Signify behoorde vrijdag tot de grote winnaars op de Amsterdamse beurs. Het verlichtingsbedrijf zag de omzet in het derde kwartaal opnieuw dalen, door de aanhoudende zwakke vraag in Europa en China. In Europa heeft het bedrijf onder meer nog last van het verbod op spaarlampen en tl-buizen die kwik bevatten. De nettowinst nam wel toe. Signify handhaafde daarnaast de verwachting voor de winstmarge dit jaar. Het aandeel steeg 7,5 procent.
De handel in het aandeel Ebusco werd vrijdag ook hervat. Donderdag werd die stilgelegd, na een koersval van bijna 20 procent. De aandeelhouders van de noodlijdende fabrikant van elektrische bussen stemden donderdag in met de uitgifte van nieuwe aandelen, waarmee Ebusco 36 miljoen euro wil ophalen om de activiteiten voort te kunnen zetten. Daarmee lijkt het voortbestaan van het bedrijf uit het Brabantse Deurne iets zekerder geworden. Het aandeel werd 56 procent meer waard op 0,64 euro. Bij de beursgang drie jaar geleden was een aandeel nog 23 euro waard.
De AEX-index noteerde in de ochtendhandel 0,3 procent lager op 892,85 punten. Een dag eerder won de hoofdindex nog 0,7 procent. De MidKap klom 0,2 procent tot 895,87 punten onder aanvoering van Signify. De beurzen in Frankfurt, Londen en Parijs verloren tot 0,5 procent.
Chipbedrijf Besi en levensmiddelenconcern Unilever verloren 0,5 procent in de AEX. Besi won donderdag nog 5,7 procent en Unilever klom bijna 3 procent, na goed ontvangen resultaten van de twee hoofdfondsen.
Industrieel toeleverancier Aalberts (min 0,4 procent) kondigde aan Frans den Houter te willen benoemen tot financieel directeur. Hij volgt Arno Monincx op. Den Houter is momenteel financieel topman van bouwer BAM. BAM (min 2 procent) liet weten Henri de Pater te willen benoemen als opvolger van Den Houter. De Pater is momenteel financieel directeur van de divisie Verenigd Koninkrijk en Ierland van BAM.
Pharming (plus 1,6 procent) toonde wat herstel. De biotechnoloog zakte een dag eerder bijna 11 procent na de aankondiging van het vertrek van topman Sijmen de Vries.
De euro was 1,0822 dollar waard, tegen 1,0802 dollar een dag eerder. Een vat Amerikaanse olie kostte 0,4 procent meer op 70,48 dollar. Brentolie klom ook 0,4 procent in prijs, tot 74,69 dollar per vat.
