Overijssel heeft nu bepaald in welke gebieden de turbines wel en niet kunnen komen. Op 16 oktober worden diverse gebieden ‘opengezet’, wat betekent dat geïnteresseerde initiatiefnemers voor een project met windturbines zich kunnen aanmelden. „Dan gaat een heel proces lopen dat meerdere jaren duurt”, zegt gedeputeerde Tijs de Bree (energietransitie, PvdA). „Er zullen heus projecten zijn die vóór 2030 in realisatie zijn. Maar ik denk niet dat we alle windturbines dan hebben staan, dat wordt heel ingewikkeld.”

Het duurt zes tot acht jaar tot een plan daadwerkelijk is gerealiseerd. Dat betekent dat Overijssel vermoedelijk pas in 2032 of 2033 het afgesproken doel bereikt, al wil De Bree geen specifiek jaartal noemen. „We hebben gekozen voor zorgvuldigheid, door letterlijk de tijd en ruimte te nemen om onze inwoners te laten meedenken over het beleid”, zegt de gedeputeerde. „Het halen van het doel in 2030 komt daardoor inderdaad niet dichterbij. Maar we vinden het goed verdedigbaar, want we deden dit in het belang van de inwoners.”

In Overijssel staan nu iets meer dan dertig windturbines. Om aan de afspraken voor duurzame energie te voldoen, moeten er nog ongeveer negentig bij komen. Overijssel heeft hiervoor vier grote ‘voorkeursgebieden’ aangewezen. Daarbuiten mogen alleen turbines komen als het clusters van minimaal vier stuks zijn.

„Voor heel veel plekken in Overijssel is nu duidelijkheid of daar wel of geen windturbines kunnen komen. En zo ja, onder welke voorwaarden. Alle aanvragen beoordelen en wegen we, onder meer op basis van hoe ze ruimtelijk ingepast worden”, aldus De Bree. De eerste gebieden die ‘open’ gaan, zijn onder meer in Twente waar nu nog geen enkele windturbine staat.

Omdat Overijssel het doel voor het opwekken van zonne-energie al vrijwel heeft behaald, is een verbod ingesteld voor nieuwe zonneparken op landbouwgrond. De provincie zet de komende jaren vooral in op windenergie.