OpinieOpinie

Villabelasting leidt tot onbillijke belastingdruk

De villabelasting staat de laatste tijd volop in de belangstelling. Daarmee wordt de extra inkomstenbelasting bedoeld die eigenaren van dure woningen (woningen met een hoge WOZ-waarde) moeten betalen. De huidige regeling is onrealistisch en behoeft dringend aanpassing.

Mr. H.M. (Mient) Klooster RB
6 September 2024 14:22
De Oude Pastorie in Voorthuizen. Het pand is niet meer in bezit van de hervormde gemeente. Voor sommige woningeigenaren leidt de zogenoemde villabelasting tot een onevenredig zware belastingdruk. Ook monumentale pastorieën kunnen hiermee te maken hebben. beeld RD, Anton Dommerholt
De Oude Pastorie in Voorthuizen. Het pand is niet meer in bezit van de hervormde gemeente. Voor sommige woningeigenaren leidt de zogenoemde villabelasting tot een onevenredig zware belastingdruk. Ook monumentale pastorieën kunnen hiermee te maken hebben. beeld RD, Anton Dommerholt

De meeste huizen in Nederland vallen voor het eigenwoningforfait in de waardeklasse van 75.000 tot 1.310.000 euro. Voor deze woningen wordt in de aangifte inkomstenbelasting over het jaar 2024 een bijtelling aangegeven van 0,35 procent van de WOZ-waarde. Als de eigen woning meer waard is dan 1.310.000 euro, dan gaat een veel hoger percentage gelden, namelijk 2,35 procent. Dit resulteert in een hogere inkomstenbelasting, populair aangeduid als ”villabelasting”. De wetgever ziet deze ”heel dure woningen” namelijk niet alleen als woning, maar ook als investering.

Ook ondernemers die de woning ”op de zaak” hebben staan, kunnen met deze hoge percentages te maken krijgen. Dit kan hun belastingdruk flink verhogen. Hetzelfde geldt voor resultaatgenieters die in een huis wonen dat hun ter beschikking is gesteld, zoals predikanten die met hun gezin een pastorie bewonen. In sommige delen van het land hebben pastorieën een dermate hoge WOZ-waarde dat de inkomstenbelasting over de bijtelling een serieuze aanslag op het gezinsinkomen van de predikant betekent.

Ongelijk

Een voorbeeld helpt om dit duidelijk te maken. Stel, je hebt een huis met een WOZ-waarde van 1.500.000 euro en je betaalt 40.000 euro hypotheekrente met een salaris van 80.000 euro. In dit geval kan je belasting oplopen tot 15.100 euro. Als je enkel de lagere bijtelling van 0,35 procent zou betalen, zou dit bedrag 13.000 euro zijn. Dat is een jaarlijks verschil van 2100 euro. Heb je een huis met een WOZ-waarde van 3.000.000 euro, dan kan het jaarlijkse nadeel zelfs oplopen tot maar liefst 16.000 euro.

Er klinkt steeds meer kritiek op de villabelasting. Zo blijft de grens voor de belasting achter bij de stijgende huizenprijzen. Eind 2023 waren er bijna 200.000 woningen met een waarde van een miljoen euro of meer; eind 2013 waren dat er slechts 14.000. Ook is het lagere percentage in de loop der jaren gedaald, terwijl het hoge percentage gelijk bleef. Verder is het twijfelachtig of de villabelasting wel het effect heeft dat de wetgever oorspronkelijk beoogde, namelijk de stabilisering van de woningmarkt. Ook miskent de vaste bijtelling van 2,35 procent dat het genoten voordeel van een eigen woning niet blijft stijgen bij een toenemende waarde van de woning. Daarnaast maakt de hoge belastingdruk inbreuk op het eigendomsrecht. Verder is die druk voor mensen die wel een woning met een hoge WOZ-waarde hebben maar geen hoog inkomen genieten onevenredig zwaar.

Realistisch

De Hoge Raad heeft in uitspraken, gedaan in box-3-procedures, aangegeven dat de inkomstenbelasting geheven moet worden op basis van wat iemand werkelijk verdient. Als een inkomenscategorie wordt bepaald door middel van een veronderstelde situatie (forfaitair), dan moet die situatie wel realistisch zijn. Door de stijging van de huizenprijzen vallen steeds meer woningen onder de villabelasting, terwijl het idee dat deze huizen ook als investering dienen voor veel mensen niet opgaat.

Het is nog niet duidelijk hoe de belastingrechter hierover zal oordelen. Het is raadzaam om bezwaar te maken tegen definitieve aanslagen inkomstenbelasting, zeker als daar enig belang mee is gemoeid.

De regeling moet naar mijn mening worden aangepast, zodat ze meer aansluit bij de werkelijkheid. Over nog niet gerealiseerde voordelen moet niet geheven worden. Ik pleit voor een sterke verlaging van het hoge forfait van 2,35 procent in combinatie met de herinvoering van een maximumbijtelling (het plafond). Het is wenselijk dat de wetgever nu sneller en beter acteert dan hij bij de box-3-problematiek heeft gedaan.

De auteur is als belastingadviseur werkzaam bij vhm | accountants & belastingadviseurs in Epe, Veenendaal en Genemuiden.

> www.villabelasting.nl

RD.nl in uw mailbox?

Ontvang onze wekelijkse nieuwsbrief om op de hoogte te blijven.

Hebt u een taalfout gezien? Mail naar redactie@rd.nl

Home

Krant

Media

Puzzels

Meer