Psychiater Damiaan Denys: Het leven is een geschenk, soms een bitter geschenk
Hij zag hoe de drempels voor euthanasie de afgelopen twintig jaar keer op keer werden verlaagd. Dat baart hem zorgen. Prof. dr. Damiaan Denys, hoogleraar psychiatrie: „Lijden kan ons misschien in positieve zin helpen.”
„Waar is de grote behoedzaamheid gebleven?” vraagt psychiater Damiaan Denys (1965) zich af. In het debat over euthanasie ziet hij terughoudendheid verdwijnen. „Euthanasie is een kwetsbaar recht in Nederland, niet iets wat je in de media moet propageren”, verzucht Denys, eveneens filosoof, tijdens een vraaggesprek in zijn woonboerderij.
U uitte onlangs tegenover OM-topman Otte uw zorgen over een steeds ruimere euthanasiepraktijk in Nederland. Waarom?
Denys, die in België opgroeide en geldt als een van Nederlands bekendste psychiaters: „Sommige collega’s prijzen in de media euthanasie voor jongeren aan als behandeloptie. Ze roepen collega’s op om sneller de stap naar euthanasie te zetten en minder terughoudend te zijn. Daar zit voor mij en veel van mijn collega’s de pijn. Euthanasie moet wat mij betreft ook mogelijk blijven in geval van psychisch lijden. Maar alleen als de euthanasiewens blijvend is, iemand in staat is de keus redelijkerwijs te maken en uitzichtloos en ondraaglijk lijdt. Al blijven dat subjectieve criteria. Hoe dan ook moet de stap naar euthanasie met grote behoedzaamheid zijn omgeven.”
U keert zich tegen euthanasie voor psychisch zieke jongeren die ernstig lijden aan het leven?
Denys, hoogleraar psychiatrie aan de Universiteit van Amsterdam: „Ik ben niet per definitie tegen euthanasie op grond van psychisch lijden. Maar zeker voor jongeren moet dat een zeldzaamheid blijven. Ik verzet me tegen de normalisering van euthanasie als behandeloptie. Dat werkt drempelverlagend. Het is heel lastig vast te stellen of een psychisch zieke jongere echt dood wil. Heeft hij of zij het overzicht over zijn of haar leven? Is zijn doodswens misschien de stem van de ziekte in zijn persoon? Uit onderzoek van de Levenseindekliniek blijkt dat sommige depressieve mensen die op een wachtlijst voor euthanasie stonden, op hun schreden terugkeerden. Opvallend is dat zij bleken te zijn geholpen door diepgaande, langere en filosofische gesprekken over de dood en het leven.”
Psychisch zieke jongeren belanden nogal eens op een ggz-wachtlijst. Zou Nederland dat probleem niet moeten aanpakken?
„Zeker. De lange wachtlijsten worden door voorstanders van euthanasie als argument gebruikt om dan maar iemands leven te beëindigen. Ik zou zeggen: investeer in gezondheidszorg, opdat mensen mentaal sterker worden. En minder snel denken dat de dood een oplossing is.”
Belanden we in een soort doodscultuur?
„Jaarlijks denken in Nederland gemiddeld 100.000 mensen aan de dood als oplossing voor hun problemen. Elk jaar zijn er zo’n 2000 gelukte suïcides. Vaak denken mensen dat ze te veel tegenslag hebben, dat het leven te ingewikkeld is. Er zit een groot verschil tussen mensen die het leven niet meer aankunnen en mensen die willen sterven. Zeker voor mensen die het leven niet meer aankunnen, bijvoorbeeld omdat ze heel geïsoleerd leven, zouden we als samenleving oplossingen kunnen bedenken. We kunnen hun eenzaamheid bestrijden. Geef eenzamen aandacht, drink koffie met hen, nodig ze uit voor een buurtbarbecue, organiseer filosofische besprekingen over de dood. Geef mensen het gevoel dat ze weer worden gehoord en gezien.”
Rinus Otte zei recent in het Reformatorisch Dagblad dat het niet de goede richting opgaat als er wetgeving komt die euthanasie mogelijk maakt voor mensen die hun leven voltooid achten. Wat vindt u?
„Socioloog prof. Paul Schnabel toonde in 2016 in een rapport aan dat de huidige euthanasiewetgeving voldoende geborgd is. Nieuwe wetgeving die euthanasie op basis van voltooid leven mogelijk zou moeten maken, creëert verschillende bedenkingen. In hoeverre is het legitiem om voltooid leven als reden te beschouwen voor euthanasie? Er zou dan ook een speciale beroepsgroep moeten komen die dergelijke verzoeken inwilligt. Zo eenvoudig is dat niet.
„Ik denk dat het lastig is voor jezelf uit te maken of je leven voltooid is” - Damiaan Denys, hoogleraar psychiatrie
Het concept voltooid leven vind ik ingewikkeld en merkwaardig. Het gaat uit van de gedachte dat het leven tot voltooiing kan komen. Dat zou dan meetbaar en toetsbaar moeten zijn. Zo’n idee komt nogal mechanistisch en individualistisch op mij over. Ik denk dat het lastig is voor jezelf uit te maken of je leven voltooid is.
Voor mij is het leven voornamelijk een geschenk dat je krijgt, soms een bitter geschenk. Dat leven doe je samen met anderen. Anderen geven mijn leven betekenis, andersom geef ik hun leven betekenis. Mensen kunnen alleen ten volle genieten van geluk of lijden onder moeiten als ze dat alles deelachtig maken met anderen.
Stel dat je in je eentje twee weken op vakantie gaat naar Griekenland. Je komt thuis en je hebt niemand met wie je je ervaringen kunt delen. Iedereen voelt aan dat een deel van het vakantiegenot bestaat uit het samen tijd doorbrengen en foto’s en ervaringen delen.
Ik vertelde een collega-psychiater uit Denemarken dat Nederland misschien wettelijk gaat toestaan dat je euthanasie laat plegen als je je leven voltooid acht. Denk aan een 80-jarige man die in een dorp woont en naar wie niemand omkijkt. Die collega reageerde verbaasd: „Bij ons in een dorp zou de gemeenschap proberen diens leven betekenis te geven.” Dat is een elegantere oplossing dan tegen iemand zeggen: Ga maar dood.”
U spreekt over het delen van lijden met anderen. Waar doelt u dan precies op?
„Als het gaat om betekenis geven aan het lijden, is het meedelen van dat lijden aan de ander cruciaal. Om zo dat lijden te kunnen dragen.
Een deel van het leven is per definitie vervlochten met lijden. Ik zie dat in mijn spreekkamer. Eenieder die geboren wordt, heeft een grote kans op lijden. We krijgen te maken met ziektes, de dood, verlies van liefhebbenden. Ik kan ontslagen worden.
Het is een verkeerde reflex om het lijden uit te willen sluiten. Voor mij is lijden essentieel. Niet omdat ik lijden zo prettig vind, maar omdat lijden noodzakelijkerwijs deel uitmaakt van het leven. En misschien ons zelfs kan helpen in positieve zin.”
Hoe kan lijden ons in positieve zin helpen?
„Er zit een groot verschil tussen prettig leven en gezond leven. We hebben de rare veronderstelling dat prettig leven ook meteen gezond leven is. Maar dat is natuurlijk niet zo. De samenleving verleidt ons voortdurend om veel te eten, alcohol en drugs te gebruiken, ons te verliezen in surfen op internet. In zeker opzicht zijn dat prettige dingen. Maar gezond zijn ze natuurlijk niet.
Daarom is discipline nodig, een kleine vorm van lijden. Dus we zullen geregeld afstand moeten nemen van onze verlangens. Op de langere termijn levert een gedisciplineerd leven een beter en betekenisvoller leven op.”
Veel christenen geloven dat het leven een geschenk van God is, dat Hij over hun leven beschikt, en dat na dit leven een eeuwigheid wacht. Hoe kijkt u daarnaar?
„Veel religies leggen respect voor het leven vast. Ze proberen een kader te scheppen waarin dat leven begrepen kan worden. Waarom kreeg je het, waar gaat het naartoe? Ik heb respect voor die denkwijzen. Ik herinner me dat zo’n tien jaar geleden een niet-ingeënt, reformatorisch meisje van 17 jaar [uit het Zeeuwse Tholen, JV] stierf aan mazelen. ”Slachtoffer mazelen (17) koos bewust voor God”, stond er boven een krantenartikel. Ik was daar diep van onder de indruk. Ze stierf dus aan haar religieuze overtuiging. Ze had die vrijheid, en dat moeten we respecteren.
„ Ik was diep onder de indruk van het verhaal over het reformatorische meisje; ze stierf aan haar religieuze overtuiging ”
Andersom, denk ik, moeten mensen die uitzichtloos en ondraaglijk lijden ook de vrijheid hebben om euthanasie te laten plegen. Stel dat je als 85-jarige helemaal alleen op de wereld bent, je lijdt aan een opeenstapeling van ziektes. Je bent blind, je kunt niet meer horen, maar je hart doet het nog goed. Je hebt misschien nog tien jaar te leven, echter met het vooruitzicht dat je amper contact met anderen zult hebben en pijn zult hebben. Of denk aan iemand met een dwangstoornis, die geen enkel genot meer ervaart. Hij poetst twintig uur per dag zijn huis, duizenden dagen achter elkaar. Het vel is door ontsmettingsmiddelen van zijn handen geschraapt. Die voorbeelden zijn er. In die situaties kan euthanasie wat mij betreft een waardige stap zijn.”
De 19-jarige Ximena Knol, die kampte met psychische problemen, maakte met zelfdodingsmiddel X een eind aan haar leven. Haar ouders willen jongeren in de knel helpen. Hoe ziet u zo’n initiatief?
„Ik onderschrijf het belang daarvan. Toch is het probleem van mentale zorgen onder jongeren niet zomaar op te lossen. Nederland maakt deel uit van een complexe, geglobaliseerde wereld. Jongeren staan ’s ochtends op, kijken op hun telefoon en krijgen van alles mee. Een bomaanslag, een tsunami, noem maar op. Ze zien continu onheilspellende berichten uit bijvoorbeeld Oekraïne en Amerika. Ze reizen over de hele wereld, kopen online wereldwijd spullen.
Mijn vermoeden is dat jongeren de pech hebben in een samenleving te zijn opgegroeid waarin behoeften zo makkelijk bevredigd worden. Het verdragen van het vervelende wordt niet meer beleefd. Jongeren krijgen niet meer mee dat bijvoorbeeld binnen een relatie onaangename dingen kunnen gebeuren.
„Ik heb het gevoel dat mensen zich realiseren dat aan het extreme individualisme en consumentisme een grens is gekomen ”
Bovendien zijn veel jongeren onzeker en twijfelachtig omdat ze het idee hebben dat ze alles in hun eentje moeten oplossen. Hoe conservatief en oubollig het ook moge klinken, ik denk dat velen behoefte hebben aan zekerheden. Een goede vriendenkring, stabiliteit, bij tegenslag kunnen terugvallen op een vertrouwd netwerk. In dat opzicht hebben religieuze gemeenschappen een voordeel. Daar word je gedragen door hoop die verder strekt dan het individu.”
De oorlog in Oekraïne kost tienduizenden mensen het leven. Zet zo’n catastrofe mensen aan het denken?
„Die oorlog schudt veel mensen wakker uit de droom dat we onaantastbaar zijn. Ik heb het gevoel dat nogal wat mensen zich langzaamaan realiseren dat er aan het extreme individualisme en consumentisme een grens is gekomen. Ook al vanwege de klimaatcrisis. De gedachte dat alles maakbaar is, tot het geslacht van je kind toe, begint te kantelen. Steeds meer mensen leggen zichzelf beperkingen op: ik ga niet meer drie weken op vakantie, ik leg mijn telefoon een tijdje weg, ik koop geen dure auto meer.”