Woord op zondag
Verstoten

„Maar Gij hebt hem verstoten

en verworpen.”

Psalm 89:39

En dan ineens lijkt het alsof alle lampen uitgaan in Psalm 89. Vele verzen lang heeft Ethan, de dichter van dit lied, Gods trouw en goedertierenheid bezongen. Zelfs in vers 38 wordt nog eens benadrukt dat Gods beloften eeuwig en vast zijn.

En dan, plotseling, scharniert het lied. „Maar Gij hebt hem verstoten en verworpen.” Is dat geen fout?

Of is hier misschien de dichter van Psalm 88 weer aan het woord? Nee, dat niet. Maar Ethan schakelt over op donkere tonen en zingt, nadat hij God geprezen heeft, ongehoorde woorden.

RD.nl in uw mailbox?

Ontvang onze wekelijkse nieuwsbrief om op de hoogte te blijven.

Hebt u een taalfout gezien? Mail naar redactie@rd.nl

Home

Krant

Media

Puzzels

Meer