Verder zijn er wat 19e-eeuwse concerten van Bottesini, een paar modernere van Koussevitski en Nina Rota, en dan heb je het wel gehad. In de kamermuziek is er ook voor de bassist niet veel te beleven.

De markante bassist James Oesi (spreek uit: Oweesi) brengt daar verandering in met zijn in eigen beheer uitgegeven cd ”Adoration”, genoemd naar een door Oesi bewerkt orgelstuk(je) van Florence Price, een Afro-Amerikaanse componiste uit de eerste helft van de vorige eeuw.

De bassist heeft samen met de pianiste Djuwa Mroivili een aantal klassieke stukken gearrangeerd voor contrabas en piano, te beginnen met een van Dvořáks ”Romantische Stücke” opus 75. Meteen valt de mooie toon van Oesi op. Hij laat de bas in dit stuk –van oorsprong voor de viool gedacht– echt zingen. Maar Oesi is ook in staat om heel virtuoos zijn instrument te bespelen. Dat blijkt uit wat voor mij de hoogtepunten van de cd zijn: een vijftal Hongaarse dansen van Brahms, en de drie Preludes van Gershwin. Ook het spel van Mroivili komt daarin uitstekend tot zijn recht.

Het is een fijne cd om te beluisteren, goed gespeeld, mooi opgenomen. Helaas ontbreekt elke toelichting en zijn de (handgeschreven) lettertjes op de hoes lastig leesbaar.

Adoration, James Oesi en Djuwa Mroivili; € 19,99; bestellen: jamesoesi.com