De jaren tellen zowel voor Biden als voor Trump
De grijsheid strijdt in Amerika om de sleutels van het Witte Huis. Moet er geen leeftijdsgrens komen, vraagt 70 procent van de Amerikanen zich af.
De Amerikaanse president Joe Biden struikelt, stuntelt, stottert en is soms zelfs met stomheid geslagen. Zijn rivaal Donald Trump drijft daarom geregeld spot met de hoge leeftijd van ”Sleepy Joe”. „Biden kan nog geen twee zinnen achter elkaar zetten”, sneert Trump. „Hij weet niet eens dat ‘ie nog leeft.” Trump vergeet dan voor het gemak zelf slechts vier jaar jonger te zijn dan zijn 81-jarige Democratische concurrent.
De Nederlandse journalist Michiel Vos, schoonzoon van de bekende Amerikaanse politica Nancy Pelosi, schrijft in zijn nieuwe boek dat wanneer je Biden op drie meter afstand op een podium ziet staan, zijn ouderdom wel heel erg opvalt. Vos vraagt zich zelfs hardop af of Biden een half jaar na de verkiezingen nog wel leeft.
Mocht Biden na een mogelijke herverkiezing zijn tweede termijn helemaal vol kunnen maken, dan is hij 86 als hij de deur van de presidentiële ambtswoning voorgoed achter zich dichttrekt. Wint Trump, die op 14 juni 78 jaar wordt, dan is hij aan het einde van zijn tweede ambtstermijn 82.
Jeugdigheid
Zijn deze twee mannen niet te oud? Die kwestie wordt in de VS veelvuldig en uitgebreid besproken. Toch is deze discussie niet nieuw in de Amerikaanse geschiedenis. Toen de 73-jarige Ronald Reagan zich in 1984 opmaakte voor zijn herverkiezing, werd hem ook al die vraag gesteld. Reagan reageerde met een grap: „Ik ga van leeftijd geen issue maken in deze campagne: ik wil de jeugdigheid en onervarenheid van mijn tegenstander niet uitbuiten,” zei hij over zijn toen 56-jarige concurrent Walter Mondale. Reagan won in 1984 de verkiezingen en werd toen de oudste president van Amerika. Dat bleef hij tot het aantreden van Biden.
Toch was met de herverkiezing van Reagan de discussie over zijn ouderdom niet voorbij. Zijn vele versprekingen en zijn vergeetachtigheid vielen op. De zorgen over zijn mentale gezondheid waren daardoor geregeld een thema in de media. Hoewel pas vijf jaar na zijn presidentschap officieel werd vastgesteld dat hij aan alzheimer leed, zijn er sterke aanwijzingen dat hij die ziekte al tijdens zijn tweede ambtsperiode bij zich droeg. Zijn vrouw Nancy , die optrad als zijn persoonlijke coach, maskeerde de gebreken zoveel mogelijk.
Beroerte
Nancy was niet de enige first lady die het heft in handen nam omdat de president zelf daartoe minder of geheel niet in staat was. Toen president Woodrow Wilson in 1919 een beroerte kreeg, nam zijn vrouw Edith feitelijk het landsbestuur van hem over. Het Congres werd om de tuin geleid. Er was ook nog geen 25e amendement van de grondwet, dat de mogelijkheid opent om een president af te zetten die niet meer in staat is het ambt uit te oefenen en dat niet zelf onderkent. Dat amendement werd pas in 1967 aangenomen.
Ook de geheugenproblemen waarmee Reagan worstelde waren niet uniek in de geschiedenis van Amerikaanse presidenten. Toen Franklin D. Roosevelt zich in 1944 voor de vierde keer kandidaat stelde, waren er zorgen over de conditie van zijn geheugen. Weliswaar was hij nog maar zestig jaar, maar journalisten stelden tijdens persconferenties vast dat dat hij dingen vergat, dat zijn handen trilden en dat zijn kaak hing. Hij was ook duidelijk vermagerd. Achteraf gezien kan worden gezegd dat het in zijn voordeel was dat er in die tijd geen tv-uitzendingen van zijn optredens waren. Als dat wel het geval was geweest zou er zeker een intens debat over zijn conditie zijn opgelaaid.
Smeersels
Hoe Biden en Trump er fysiek aan toe zijn, is vandaag de dag regelmatig voor iedere Amerikaan zichtbaar via de media. Dat de huidige president niet meer de meest vitale is, is algemeen bekend. Trump daarentegen komt veel kwieker over. Wel moet worden bedacht dat hij naast het verven van zijn haar ook veel smeersels gebruikt om de rimpels en de vale kleur van zijn gezicht te maskeren.
Om te bewijzen dat zijn conditie nog goed is en hij daarom zijn werk nog prima kan doen, maakt Biden met enige regelmaat zijn medisch dossier openbaar. Trump doet dat niet, maar hij wapperde in 2016 wel met een brief van zijn lijfarts. Daarin stond dat hij „een buitengewone fysieke kracht en een zeer goed uithoudingsvermogen” zou hebben en dat „dhr. Trump, eenmaal gekozen, de gezondste persoon ooit zou zijn die tot president is gekozen.” Wie deze zinnen leest en enigszins bekend is met het spreken in superlatieven door Trump, zal niet verbaasd zijn dat achteraf bleek dat Trump zelf de brief aan de arts had gedicteerd.
Toen in 2019 er geruchten gingen dat Trump getroffen was door een paar miniberoertes, deelde hij mee „met vlag en wimpel” te zijn geslaagd voor enkele cognitieve testen. Trump deed het voorkomen alsof dit een IQ-test was, terwijl deze testen doorgaans worden afgenomen om te kijken of een oudere patiënt nog bij de pinken is. Kortom, de bejaarde kandidaten doen er alles aan om te bewijzen dat ze nog goed hun ambtswerk als president kunnen doen.
Leeftijdsgrens
Toch wordt de roep steeds luider om een leeftijdsgrens voor het presidentschap in te stellen. Een ondergrens is er wel. Een kandidaat moet minimaal 35 jaar zijn. Maar een bovengrens bestaat niet. Bijna driekwart van de Amerikanen zegt die te missen. In september vorig jaar pleitte de Republikeinse politica Nikki Haley, toen nog presidentskandidaat, voor een competentietoets voor kandidaten van 75 jaar of ouder.
Met haar voorstel zit Haley tien jaar boven de grens die de Californische neuroloog Mark Fisher in een artikel uit 2014 noemde. Hij legt de grens bij 65 jaar. Nadien verouderen de hersenen zodanig dat volgens hem politiek leiderschap niet meer verantwoord kan worden gedragen. De kans op een beroerte is dan behoorlijk groot. Onomwonden stelt hij: „Gebaseerd op bekende veranderingen in de hersenen die met ouderdom gepaard gaan, moeten we er waarschijnlijk vanuit gaan dat een belangrijk deel van onze politieke leiders boven de 65 kampt met gebreken in hun handelen.”
Voor voormalig president Jimmy Carter die in 1981 plaats moest maken voor Reagan is zo’n leeftijdstoets helemaal niet nodig. Drie jaar geleden zei hij: „Als je boven de zeventig bent gekomen, moet je geen politieke taak meer op je nemen. Je bent niet alert meer, je raakt snel uitgeput en je loopt het risico grote en belangrijke dingen uit het oog te verliezen.”
Meld je aan voor de gratis nieuwsbrief RD Amerika en ontvang iedere week extra achtergronden en duidingen rondom de presidentsverkiezingen.