Ds. Batenburg (PKN) en ds. Mulder (HHK) over de „pijnlijke” breuk in 2004; en hoe nu verder?
Op de kerkelijke kaart van Nederland verschenen in 2004 enkele nieuwe namen, waaronder Protestantse Kerk in Nederland (PKN) en Hersteld Hervormde Kerk (HHK). Waar staan deze kerkverbanden twintig jaar later en hoe kijken de presides (voorzitters) van de generale synodes naar de toekomst? Ds. M.C. Batenburg (PKN) en ds. R.W. Mulder (HHK) reageren.
Wat betekent de herdenking van twintig jaar ”2004” voor uw kerkverband?
Ds. Batenburg: „We zijn als Protestantse Kerk in Nederland dankbaar dat de vereniging na een heel lang proces uiteindelijk tot stand is gekomen. Als kerk zijn we geroepen tot eenheid en vanuit dit verlangen naar eenheid begon ooit het Samen op Weg-proces. Dat het kwam tot een vereniging van een drietal kerken is oecumenisch dan ook van grote betekenis.
Op plaatselijk niveau zien we dat voormalige hervormde gemeenten en gereformeerde kerken met vreugde samenwerken. Het was voor deze gemeenten ook om allerlei praktische redenen een zegen dat het tot de vereniging kwam. Op landelijk niveau heeft de totstandkoming van de Protestantse Kerk nieuwe ruimte gegeven om inhoudelijke thema’s te gaan doordenken, waaronder het missionaire werk. Dit heeft bijvoorbeeld geresulteerd in de totstandkoming van vele pioniersplekken.
Het jaartal 2004 roept natuurlijk ook pijnlijke gedachten in herinnering aan de scheuring die plaatsvond. Tot op vandaag voelen we de pijn dat een groep gemeenteleden geen ruimte zag om mee te gaan in de Protestantse Kerk.”
Ds. Mulder:„We realiseren ons met zeer gemengde gevoelens dat er twintig jaar zijn voorbijgegaan sinds er een verdrietige breuk ontstond en de Nederlandse Hervormde Kerk juridisch gezien ophield te bestaan.
Er is dankbaarheid voor hetgeen de Heere ons de achterliggende jaren heeft geschonken. De meeste gemeenten hebben een eigen kerkgebouw en aanverwante voorzieningen. De Heere heeft ons gedragen en verdragen, maar we ervaren tevens dat het woord ”hersteld” een verdrietige achtergrond heeft. Dit woord wijst op iets wat we als kerk dagelijks nodig hebben. Er is geen enkele reden tot zelfgenoegzaamheid. Voor Gods aangezicht is ootmoed gepast.”
Hoe ziet u de relatie tussen de Protestantse Kerk in Nederland en de Hersteld Hervormde Kerk?
Ds. Batenburg: „We zijn dankbaar dat we onlangs voor de eerste keer een gesprek hebben gehad op moderamenniveau. Ik hoop dat deze contacten in de toekomst kunnen worden uitgebouwd. Als kerken hebben we elkaar nodig – niet alleen door de nood van de tijd waarin we leven, maar ook principieel: we zijn aan elkaar gegeven en maken samen deel uit van de ene kerk van Christus.
Als kerken hebben we ons de afgelopen twintig jaar op een eigen manier ontwikkeld. Dat kan ook niet anders wanneer je een verschillende weg gaat. Dat nu een generatie opgroeit die 2004 niet zelf heeft meegemaakt, zorgt er wel voor dat de grote emoties die rond de vereniging en scheuring opspeelden in de toekomst steeds minder een factor zijn om mee te rekenen.”
Ds. Mulder: „Formeel en in praktische zin is er erkenning van elkaar en dat is een goede zaak, maar confessioneel gezien is de afstand de laatste jaren niet minder groot geworden. Als Hersteld Hervormde Kerk zien we met verdriet dat er op diverse terreinen steeds minder inhoudelijke herkenning is.
Op persoonlijk niveau zijn er hartelijke en geestelijke contacten en ook op gemeenteniveau bestaat hier en daar contact en zijn er vormen van samenwerking, bijvoorbeeld op het gebied van diaconaat, zondagsschool en jeugdwerk.”
Waar liggen de uitdagingen nu?
Ds. Batenburg: „De krimp van de kerk en verdergaande secularisatie geven aanleiding om fundamenteel na te denken over kerk-zijn in deze tijd en hoe we kerk kunnen zijn in de toekomst. Daarbij is volop aandacht voor nieuwe vormen van kerk-zijn, waaronder de pioniersplekken. Daarnaast zoeken we als Protestantse Kerk nadrukkelijk de contacten met andere kerken en willen we samenwerken waar mogelijk.”
„De krimp van de kerk en verdergaande secularisatie geven aanleiding om fundamenteel na te denken over kerk-zijn in deze tijd” - Ds. M.C. Batenburg, preses synode PKN
Ds. Mulder: „Liever spreken we over zorgpunten, waarop een Bijbelse reactie dient te komen. We merken dat het confessioneel en kerkelijk besef onder de jongere generatie vermindert. Het gevoel lijkt een steeds grotere plaats in te nemen en dat is een bedreiging voor de inhoud en het functioneren van het belijden. Juist deze zaken hebben prioriteit. Is de rechtvaardiging van de goddeloze nog steeds een kernpunt van ons kerkelijk leven?
Dit kernpunt bepaalt ook het zendings- en evangelisatiewerk. De postmoderne mens, zowel binnen als buiten de kerk, wenst zichzelf niet te zien als iemand die gerechtvaardigd moet worden door de verdiensten van Jezus Christus. Tevens loert het gevaar van wereldgelijkvormigheid. De kerk is er niet in de eerste plaats voor de wereld, maar allereerst is zij er als bruid van Christus voor Hem.”
Hoe ziet u de toekomst van uw kerkverband?
Ds. Batenburg: „De toekomst ligt niet in onze handen en dat geldt ook voor de toekomst van de kerk. Omdat de kerk van Christus is ben ik hoopvol. Zijn werk gaat door, zijn Rijk komt, ook wanneer de kerk krimpt. Daarnaast hoop ik dat de verschillende kerkgenootschappen in ons land elkaar steeds meer als zusterkerken aanvaarden en dat we samen groeien in de kennis van de lengte en de breedte, de hoogte en de diepte van de liefde van Christus.”
„De kerk is de zaak van Christus: dit spoort aan tot een Bijbels belijden, maar geeft ook een wonderlijke rust” - Ds. R.W. Mulder, preses synode HHK
Ds. Mulder:„Menselijk gezien zijn er geen verwachtingen. Verdeeldheid en oppervlakkigheid bedreigen ons. We mogen echter weten dat ook de Hersteld Hervormde Kerk niet onze zaak is, maar de zaak van Christus. Op de belijdenis die Petrus deed, bouwt Christus Zijn gemeente. De hel zal haar wel geweld aan doen, maar niet overweldigen. Dit spoort aan tot een Bijbels belijden, maar geeft ook een wonderlijke rust.”