Opinie
Individualisme kreeg ook westerse christen in zijn greep

Veel geloofsvormen in het Westen zijn niet anders dan religieuze zelfbespiegeling. God wordt ingezet om mijn gevoel van welzijn te voeden. Gebed en lofprijzing, prediking en catechese moeten ons richten op wat buiten onszelf vastligt.

Ds. J.A.W. Verhoeven
„In de ogen van de hedendaagse mens ligt de wereld aan zijn voeten en is hij het middelpunt van het heelal.” beeld iStock
„In de ogen van de hedendaagse mens ligt de wereld aan zijn voeten en is hij het middelpunt van het heelal.” beeld iStock

Carl Trueman (1967) publiceerde in 2022 het boek ”Een vreemde nieuwe wereld”. Ons denken over seksualiteit is in enkele decennia ingrijpend veranderd. Plotseling vinden wij allerlei zaken ”normaal”. Wie ze niet normaal vindt, wordt discriminatie verweten. Trueman vraagt zich af hoe dat verklaard kan worden. Wat is er met ons gebeurd? Om dat te duiden gaat hij de geschiedenis van het westerse denken langs. Het is geen pastoraal boek. Het is hier en daar wat Amerikaans. Soms zijn de analyses te kort door de bocht. Al met al helpt Trueman ons toch wel om woorden te geven aan wat we vaak alleen maar intuïtief vermoeden. Op mij heeft zijn boek het effect van een schrikreactie: ik ben veel meer kind van mijn tijd dan ik voor mogelijk houd.

Mimèsis

Met de term ”mimèsis” bedoelen we een wereld waarin bepaalde dingen vastliggen. Ze zijn vooraf gegeven. Er is een heilige orde. Zo was de wereld van het oude heidendom, van de Grieken (de eeuwige ideeën, Plato) en ook van het christelijk geloof. Immers: God is er. Hij gaat aan mij vooraf. Hij is mijn Schepper. Opvoeding is er dan op gericht dat het kind zich invoegt in een bestaande wereld. Je leert je plek in te nemen. Onderwijs is dan inwijding in de geschiedenis van de eeuwen. Je leert erop voort te bouwen. Catechese en leerdienst maken je wijs. Huwelijk en gezin weerspiegelen een heilzame orde. Het leven heeft begin en grond. En er is een doel, een bestemming.

Poièsis

De wereld van de mimèsis is cultureel definitief voorbij. Het heeft geen zin die via een ”culture war” (cultuurstrijd) terug te willen winnen. We leven in de sfeer van de ”poièsis”. Met die term wordt bedoeld: ik ben niet een product van de dingen, de dingen zijn een product van mij. Mijn leven is niet ingebed in iets wat groter is dan ik, want niets is groter dan ik. God heeft niet mij geschapen, ik schep mijn eigen god – en dat ben ik zelf. De schepping is mij niet voorgegeven. Het is ruw materiaal in mijn handen en ik zet die naar mijn hand. Dat is mijn vrijheid. Dat kan niet anders, dat is mijn lot. Er is geen grond en geen doel. Alles is vloeibaar, alles is denkbaar, alles is binnen handbereik. De wereld ligt aan mijn voeten. Ik ben het middelpunt van het heelal.

Opvoeding is dan: leren het verleden van je af te schudden. Bestaande codes beperken immers slechts mijn vrijheid. Onderwijs is er dan op gericht dat ik mijzelf uitvind, dat ik los van alles en iedereen gestalte geef aan mijn authentieke ”zelf”. Het wordt ons op de kleuterschool al geleerd. Het is typerend voor onze tijd, dit expressief individualisme. Zelfs als ik iets (of veel) uit mijn traditie overneem, doe ik dat. En ik doe het om mijn individuele keuze te etaleren.

Met mijzelf alleen

Wat is het nieuwe aan deze ”nieuwe” wereld? Dat er geen godenwereld is, geen Schepper, geen God. Achter het bestaande zit niets. Ik ben met mijzelf alleen. Het is in de verlichting (Descartes, Voltaire) begonnen als een denkexperiment: kunnen wij ons het leven voorstellen zonder enige achtergrond? Door de romantiek (Rousseau) en het evolutionisme (19e eeuw) is dat voorstelbaar geworden. Niet alleen voor diepzinnige filosofen, maar ook voor Jan en alleman. God is een overbodige vooronderstelling. Hij dwarsboomt slechts mijn vrijheid.

Dat levensgevoel is een noviteit. Nooit eerder in de geschiedenis van de mensheid is dit als optie voorstelbaar geacht. Sterker nog: een andere optie dan dit gesloten wereldbeeld lijkt inmiddels ondenkbaar en wordt als bedreigend voor onze vrijheid ervaren.
Nietzsche heeft wellicht het scherpst de consequenties ingezien. Er blijft voor een mens niets anders over dan zijn eigen zelfcreatie. Ik heb alleen mijzelf. De hel: dat is de ander (Sartre). Ons levensgevoel: ik geef uitdrukking aan mijn eigen leven. Instituties moeten worden afgebroken, ze bedreigen de waardigheid van de mens.

Als er buiten mijn eigen zelf geen enkele reële werkelijkheid bestaat, is er ook niets of niemand meer die kan zeggen wat goed en wat kwaad is. Het is aan mij om dat te bepalen. Geen enkel taboe mag mij daarbij in de weg staan. Ik mag denken wat ik wil, ik mag zeggen wat ik wil, ik mag doen wat ik wel, ik mag zijn wie ik wil zijn. Niemand gaat daarover, alleen ikzelf. Authenticiteit is het sleutelwoord. Ik mág niet alleen mezelf gelukkig maken, ik móet het ook. Het zelfbeeld is gepsychologiseerd en geseksualiseerd (Freud). Geluk is een gevoel. „Zit je goed in je vel?”

De psychologisering van ons zelfbeeld levert als resultaat de ”therapeutische mens”. Mijn geluksgevoel is doorslaggevend. Ethiek is slechts een kwestie van persoonlijke voorkeuren op basis van sentimenten (emotivism). „Het voelt goed.” „Ik heb er een goed gevoel bij.” Als er geen instantie buiten mijzelf bestaat, moet ik zelf uitmaken wat goed is. Als mijn eigen geluksgevoel dan leidraad is, resulteert dat in egoïsme, in uiterste consequentie tot het veiligstellen van het recht van de sterkste.

De uitslag van de recente verkiezingen weerspiegelt dit plaatje perfect. De verschuivingen op het terrein van de seksuele moraal zijn slechts een uiting van het secularisme. Een andere uiting is het ongebreidelde materialisme.

Christelijke gemeente

In christelijke kring maken we veelal bezwaar tegen de door Trueman geschilderde ontwikkelingen. De eerlijkheid gebiedt echter te zeggen dat we er deel van uitmaken. Ze gaan de christelijke gemeente niet voorbij. Ook onder christenen gaat het vaak zo: we bepalen onze eigen doeleinden, vullen die individualistisch in, om er vervolgens onze ethische keuzes op aan te passen. Ook in de kerk gaat het vaak meer over mijn geloof dan over God. Ook daar heeft de gedachte vrij spel dat ik mezelf als gelovig mens moet positioneren. De laatste vraag is die naar het goede leven: hoe word ik een mooi mens? De vraag hoe ik door Gods oordeel heen kom, raakt nauwelijks een snaar. De vraag is veeleer: hoe verhoud ik me tot mijzelf? Kan ik mezelf aankijken in de spiegel? Hoe kom ik klaar met mijn rafelranden, angst, onzekerheid, gebutstheid, mislukkingen?

Veel vormen van geloof in het Westen zijn niet anders dan religieuze zelfbespiegeling, ook in orthodoxe kring. Wij zoeken een kerk die dat levert. Natuurlijk wordt God genoemd, maar Hij wordt ingezet om mijn gevoel van welzijn te voeden. Hij helpt mij om me op de been te houden in de gekte van het bestaan. Het draait uiteindelijk om mijn vroomheid, mijn bekering, mijn gelovigheid. Dat is de gepsychologiseerde variant van het welvaartsevangelie. De culturele onderstromen woelen ook in ons hart en dat maakt het gezag van de Schrift problematisch. Er is geen enkele reden om neerbuigend te doen naar onze tijdgenoten, alsof we buitenstaanders zijn. Ook wij hebben er enorm veel moeite mee om ons door iemand anders (en de Ander) te laten gezeggen.

Volhardend gebed

We staan voor de vraag in welke context wij gemeente zijn. Kwade machten in de lucht willen alles wat naar God verwijst in rook laten opgaan. Ze laten zich niet bedwingen door een zuil, door actie of door menselijke remedie.

Voor alles uit is gebed nodig. Als je knielt, erken je daarmee: niet ik ben het middelpunt. Onder gebed schaar ik ook de lofprijzing. De zondagse eredienst is verzet tegen de zuigkracht van het secularisme in mijn hart. In prediking en catechese is het dringend nodig om te spreken vanuit de dingen die buiten onszelf vastliggen. Een Bijbels grondwoord als verbond helpt om houvast te vinden in de vloedgolven van subjectivisme. En ook verkiezing. Gods trouw is onwankelbaar.

De auteur is voorzitter van de Gereformeerde Bond. Dit artikel is een samenvatting van zijn lezing op 28 november tijdens het halfjaarlijkse predikantenberaad van de Gereformeerde Bond met de predikanten/voorgangers uit Groningen, Friesland en Drenthe.

RD.nl in uw mailbox?

Ontvang onze wekelijkse nieuwsbrief om op de hoogte te blijven.

Hebt u een taalfout gezien? Mail naar redactie@rd.nl

Home

Krant

Media

Puzzels

Meer