Consument
Wandeling: Trage Tocht Driebruggen

In de Trage Tocht Driebruggen toont het Groene Hart zich op zijn mooist: je vindt er grasdijken, veen, een molen, schapen, dorpjes en van die Hollandse wolkenluchten waar de oude meesters geen genoeg van konden krijgen.

Els van der Vlist
De Oucoopse Molen. beeld Els van der Vlist
De Oucoopse Molen. beeld Els van der Vlist

Op een doordeweekse ochtend fietsen scholieren met wapperende rokken over het fietspad waar de route begint. Voor de brug over de Enkele Wiericke, een 8 kilometer lang kanaal van de Oude Rijn naar de Hollandse IJssel, staat sinds 2017 uitkijktoren De Wierickewachter. Deze is geplaatst na de meest recente dijkversterking. Drie bomen moesten daarbij worden gekapt. Op hun hoge stronken staan houten aalscholvers, aan hun voeten is het in de luwte en de zon goed toeven voor een vroege pauze.

Na de brug komt de Prinsendijk, een graskade langs het water. Wandelaar en natuur zijn samen in het cultuurlandschap; rietzanger en koekoek laten zich horen. Grazende schapen trekken zich niet veel van mensen aan. Dit is het land van lange lijnen en weidsheid. Het land van rijke historie.

Deze Prinsendijk behoort tot de Oude Hollandse Waterlinie. Prins Willem III besloot in het Rampjaar 1672 het nabijgelegen fort Wierickerschans te versterken én langs de Enkele Wiericke een ”slaperdijk” aan te leggen, een reservedijk voor als de Fransen de Lekdijk zouden doorsteken.

Onderaan die dijk staat het Lancastermonument, dat de voorbijganger stilzet bij het neerhalen van een geallieerde bommenwer in juni 1943, een Lancaster. Alle zeven bemanningsleden stierven; ze werden tussen de 21 en 29 jaar oud.

De tocht vervolgt over de Kippenkade, een door bomen omsloten paadje, met doorkijkjes naar de Reeuwijkse Plassen, een 735 hectare groot gebied met dertien plassen, ontstaan door afgraving van turf. Door de buurtschap Oukoop pakt de route wat asfalt mee. Ik wandel langs boerderij-heerlijkheid Wiltenburg. Opvallend is het rijk versierde toegangshek: twee leeuwen dragen een wapen, getooid met een kroon. ”Quam parva, nulli cedo” (al ben ik klein, ik wijk voor niets).

Door het grasland loop ik naar de Oucoopse Molen. Eeuwenlang heeft deze wipwatermolen uit 1672 dienst gedaan om de polder te bemalen. De molen is te bezichtigen wanneer de wieken draaien en op afspraak. Na een bankje met zicht op de Put van Kruijt –een kleine plas die eveneens door turfafsteking is ontstaan– een veenweidegebied, het rustige dorp Hogebrug en de Dubbele Wiericke arriveer ik weer in Driebruggen.

RD.nl in uw mailbox?

Ontvang onze wekelijkse nieuwsbrief om op de hoogte te blijven.

Hebt u een taalfout gezien? Mail naar redactie@rd.nl
Meer over
Buiten

Home

Krant

Media

Puzzels

Meer