Honderdduizenden mensen in Oekraïne hebben volgens president Volodymyr Zelensky geen normale toegang tot drinkwater. Door de vernieling van de dam in de Dnipro-rivier is ook een van de grootste waterreservoirs verwoest. Zelensky zegt dat de autoriteiten er alles aan doen om mensen te helpen, maar dat ze alleen hulp kunnen bieden in de gebieden die onder controle staan van Kyiv.
De Oekraïense president schrijft op Telegram wederom dat de Russen de dam opzettelijk hebben opgeblazen, een bewijs van „het cynisme waarmee Rusland de mensen behandeld wier land het bezet”. Het Kremlin zegt juist dat Oekraïne achter de explosie zit.
De zeer brede Dnipro-rivier fungeert al maanden als frontlijn in de oorlog. Volgens Zelensky woonden voor de Russische invasie zo’n 100.000 mensen in het gebied dat al is overstroomd of nog dreigt onder te lopen. Nu zouden er nog enkele tienduizenden wonen. Oekraïense autoriteiten schatten eerder al dat zo’n 42.000 mensen worden geraakt door de overstromingen. Aan beide oevers van de rivier worden mensen geëvacueerd.