Kerk & religieCornelis Steenoven 1723

Aartsbisschop Bernd Wallet: Wij zijn bevindelijk katholiek

De Oud-Katholieke Kerk van Nederland viert zaterdag haar 300-jarig bestaan. In de parochiekerk van de H. Augustinus in Den Haag wordt dan herdacht dat Cornelis Steenoven in 1723 tot aartsbisschop van Utrecht werd gekozen en gewijd. Het kerkgenootschap wil nog altijd een augustijnse spiritualiteit en een nadruk op de liturgie met elkaar combineren.

20 April 2023 13:08Gewijzigd op 21 April 2023 07:16
Wallet. beeld Wikimedia/Dio van Maaren
Wallet. beeld Wikimedia/Dio van Maaren

Een kerkrechtelijke stoutmoedigheid, zo noemt aartsbisschop Barend Theodoor (Bernd) Wallet (1971) de verkiezing en wijding van Steenoven. Wallet ontvangt zijn gast in de pastorie aan het Willemsplantsoen in Utrecht, in de zogeheten ”driehoek van Sinte Marie”, het deel van Utrecht waar vanouds, ten tijde van de Republiek, de katholieke schuilkerken stonden en waar later de Sint-Gertrudis­kathedraal is verrezen. In de kapittelkamer staan fraaie oude banden in de boekenkasten, onder andere met de werken van Blaise Pascal, wiens 400e geboortejaar dit jaar eveneens wordt herdacht en die van alles met de kerk van Wallet te maken heeft.

„De Oud-Katholieke Kerk is het beste te typeren als christocentrisch katholiek” - Bernd Wallet, aartsbisschop

De paus in Rome, zo legt Wallet uit, wilde begin achttiende eeuw geen bisschop in Nederland benoemen, omdat bisschop (apostolisch vicaris) Petrus Codde en diens voorganger Johannes van Neercassel van jansenistische sympathieën werden verdacht. Het jansenisme –zo genoemd naar de uit Acquoy afkomstige theoloog Cornelius Jansenius– wilde de Katholieke Kerk van binnenuit hervormen door een heroriëntatie op het werk van Augustinus. De beroemde wetenschapper en filosoof Blaise Pascal was een vooraanstaand lid van deze beweging. Maar de paus had het jansenisme veroordeeld, en wilde in Nederland geen bisschop benoemen die met deze beweging sympathiseerde. De Hollandse Zending, die paters naar de Republiek stuurde, kwam dat ook beter uit. „Daarmee”, aldus Wallet, „was een impasse ontstaan.”

19245242.JPG
Cornelis Steenoven. beeld Wikimedia
„De kerk was een gemankeerde kerk geworden, waar het pastoraat in gevaar kwam omdat er geen nieuwe ambtsdragers gewijd konden worden. Joan Christiaan van Erkel, deken van het Metropolitaan Kapittel, betoogde toen, na veel adviezen te hebben ingewonnen, dat een lokale kerk het recht heeft een bisschop te kiezen en te wijden. Dat is wat in april 1723 met de keuze voor Steenoven is gebeurd. Hij werd gewijd door de Franse missiebisschop Dominicus Maria Varlet, bisschop van Babylonië, een rigoristische man, die ook aandrong op stichting van het seminarie van onze kerk aan de Muurhuizen in Amersfoort. Tegenwoordig studeren onze studenten in Utrecht, aan het Oud-Katholiek Seminarie en aan de Tilburgse School voor Theologie.”

Willibrord en Bonifatius

De oude naam voor de Oud-Katholieke Kerk is Rooms-Katholieke Kerk van de Oud-Bisschoppelijke Cleresie. „In die naam is uitgedrukt dat we rooms-katholiek zijn, maar aanhangers van de bisschoppelijke lijn. We willen niet van buitenaf, door Rome, worden bestuurd. Deze lijn hebben we in 1723 alleen maar voortgezet. Onze kerk is de kerk van Willibrord en Bonifatius, de vaderlandse kerk, en wij zetten voort wat voortgezet moet worden. En we oriënteren ons sterk op de Vroege Kerk, op de canon van de Bijbel en de vroegste concilies van de kerk zonder de directe hiërarchische onderschikking aan Rome, die de nieuwe lijn van de Hollandse Zending kenmerkte.”

Naast dit kerkrechtelijke geschil, zo benadrukt Wallet, was er ook een „spiritueel verschil. In de Hollandse Zending domineerden de jezuïeten en de franciscanen, en die hadden een wat optimistisch mensbeeld. De Nederlandse geestelijken ontvingen hun opleiding in Leuven, waar de theologie van Augustinus centraal stond en leidinggevend was. In die traditie worden de zondigheid van de mens en de onmisbaarheid van de genade sterk benadrukt.” Nogal wat jansenisten in Frankrijk ontvluchtten hun land wegens de vervolgingen onder Lodewijk XIV. Hun klooster Port-Royal, ten zuidwesten van Parijs, werd begin achttiende eeuw gesloten en afgebroken. Met hun boeken, manuscripten en kerkelijke schatten kwamen velen van hen naar Nederland, „vanwege de spirituele herkenning over en weer”. Zij vestigden zich aanvankelijk vooral op landgoed Rhijnwijck bij Zeist, en later in Utrecht.

”Christocentrisch katholiek”, zo zouden we zijn kerk het beste kunnen typeren, volgens Wallet. „Het gaat om de persoonlijke geloofshouding, zoals je die bijvoorbeeld bij Pascal ziet. We hebben sympathie voor de augustijnse oplossing van de genadevraag. Onze geestelijke voorouders ergerden zich aan allerlei nieuwe devoties die het katholieke geloof eigenlijk alleen maar dreigden te verduisteren. In die zin staan we ook nadrukkelijk in de lijn van de Moderne Devotie. We zijn ook oud-katholiek in die zin dat we allerlei nieuwigheden uit de negentiende eeuw, zoals de dogma’s van de onfeilbaarheid van de paus en de onbevlekte ontvangenis van Maria, niet accepteren. We bidden en zingen in het Nederlands. Andre­as van der Schuur heeft eind zeventiende eeuw voor ons de Bijbel in het Nederlands vertaald. Zijn vertaling is tot in de twintigste eeuw gebruikt. De dogmaticus van onze kerk, aartsbisschop Rinkel, schreef in de jaren vijftig zijn ”Dogmatische theologie” in nauwe aansluiting op het werk van Herman Bavinck.”

Oecumenische gezindheid

De Oud-Katholieke Kerk kenmerkt zich volgens Wallet ook door haar oecumenische gezindheid. „In de negentiende eeuw hebben we eenheid gezocht en gevonden bij oud-katholieke kerken in Duitstalig Europa. Die eenheid, Unie van Utrecht geheten, is hier in het oude bisschopshuis aan de Mariaplaats getekend. Daarna hebben we ook aansluiting gezocht bij de Anglicaanse Kerk, waarmee we nu bijna een eeuw in communie staan. Met orthodoxe kerken verkeren we sinds eind negentiende eeuw in dialoog, later zijn we ook gaan optrekken met Syrische christenen en kopten. Ook weer met Rome trouwens, en dat terwijl we ons in 1853 nog aansloten bij de Aprilbeweging, die zich verzette tegen het herstel van de rooms-katholieke hiërarchie in Nederland. Recent hebben we kerkelijke eenheid kunnen bevestigen met de evangelisch-lutherse Kerk van Zweden. Wij herkennen ons in de spiritualiteit van Taizé. De stichter van deze gemeenschap, frère Roger, werd als kind aan de keukentafel uit jansenistische geschriften voorgelezen.”

De hedendaagse spiritualiteit van de Oud-Katholieke Kerk kenmerkt zich niet alleen door deze oecumenische instelling op grond van de canon van de Bijbel en de vroege concilies. „In onze diensten staat de eucharistie centraal, de wekelijkse viering van de verrijzenis van de Heer en van Zijn aanwezigheid in ons midden. Maria is voor ons de moeder Gods, de eerste van de heiligen, en het beeld van het christelijke leven. Zij is niet de weg tot Christus.”

De Oud-Katholieke Kerk heeft momenteel zo’n 5000 leden. „Zij kiezen bewust voor deze sterk liturgische traditie en voor de augustijnse spiritualiteit. Ze hebben vaak weinig met de maakbaarheidsgedachte, en leven sterk vanuit het besef van de ruimte van Gods genade om ons heen, waarin wij leven en onze plaats mogen vinden. Ons geloof wil tastbaar en voelbaar zijn, een levenshouding, niet iets wat erbij komt, maar het gaan van een weg die soms ook moeilijk is, en heel ons bestaan stempelt.

19245244.JPG
Interieur van de oud-katholieke Sint-Gertrudis­kathedraal in Utrecht. beeld utrecht.oudkatholiek.nl

We gaan niet naar de kerk, we zijn de kerk. En we kiezen ook voor de vrijheid om integer en gewetensvol nieuwe vragen theologisch te doordenken. Tientallen jaren hebben we gediscussieerd over de positie van de vrouw in de kerk. Omdat ook vrouwen bij de doop in het lichaam van Christus zijn ingelijfd en ook in hen het beeld van God wordt hersteld, en zij er dus helemaal bij horen, hebben we de ambten sinds 1999 ook voor vrouwen opengesteld.”

Nieuwe leden komen de laatste jaren vooral uit de protestantse kerken, maar ook uit rooms-katholieke hoek. Wallet zelf, zoon van Barend Wallet, voormalig preses van de Nederlandse Hervormde Kerk, ging als middelbarescholier al naar de diensten in de Sint-Gertrudiskathedraal en trad als student toe. „Deze manier van kerk-zijn heeft mij weggeblazen.”

„Ik ken predikanten die op hun vrije zondagen in onze diensten komen bijtanken. Bijtreders komen regelmatig uit de vrijgemaakte hoek, en enkelen uit de reformatorische traditie. Dat begrijp ik wel. We zijn bevindelijk katholiek.”

De Vereniging voor Nederlandse Kerkgeschiedenis wijdt op 7 oktober haar jaarlijkse studiedag aan de gebeurtenissen in april 1723: ”Katholieke kerkopbouw in een protestantse Republiek: de verkiezing en wijding van Cornelis Steenoven”

vnkonline.nl

RD.nl in uw mailbox?

Ontvang onze wekelijkse nieuwsbrief om op de hoogte te blijven.

Hebt u een taalfout gezien? Mail naar redactie@rd.nl

Home

Krant

Media

Puzzels

Meer