Jilke Tanis bij de voordeur van haar woning in Rotterdam-Carnisse. beeld Cees van der Wal
Mens & samenlevingHet Gesprek

Journalist Jilke Tanis reist naar rampgebieden: Ons leven hoeft niet altijd comfortabel te zijn

Zeuren of klagen, daar houdt Jilke Tanis (36) niet van. Als journalist reist ze regelmatig naar rampgebieden. Ze ziet er mensen die veel ellende meemaken en toch dankbaar zijn. Die houding inspireert haar. „Een leven met God is niet altijd comfortabel.”

Janita van Hoeven
18 April 2025 15:40Leestijd 16 minuten

„Kijk maar of je blijft eten. Ik zal zorgen dat er lunch is”, mailt Jilke Tanis bij het maken van de afspraak voor het interview. Gastvrijheid staat bij haar hoog in het vaandel. Overal ter wereld sliep ze op de bank bij onbekenden. Het inspireert haar om vreemden zelf ook een warm onthaal te bieden.

Na tien jaar buitenland streek de journalist, die als storyteller verslag doet van rampen en oorlogen, met haar man Mattias en twee dochters in 2022 neer in Rotterdam-Carnisse. De wijk staat bekend als „sociaal zwak”, maar vandaag valt daar op straat weinig van te merken. Bij een zaakje op de hoek drinkt een groepje mannen koffie in de lentezon. Een verkoper stapt de winkel uit met een lolly voor een verlegen peutermeisje dat wegschuilt achter haar gesluierde moeder.

Tanis geniet van het wonen hier, vertelt ze aan de keukentafel in haar knusse woning met kersenrode muren en Afrikaanse souvenirs. Hoewel er ook een andere kant van de wijk bestaat. „Een straat verderop vindt er weleens een schietincident plaats, maar daar hebben wij vrijwel geen last van. We voelen ons hier thuis.”

„In een dorp met aangeharkte tuintjes passen wij niet”

Jilke Tanis, journalist en fotograaf

Waarom kozen jullie er drie jaar geleden voor om je als gezin in een achterstandswijk te settelen?

„Als je zo lang in het buitenland hebt gewoond, is zo’n wijk als deze de enige optie. Je hebt hier de wereld in het klein. In een dorp met aangeharkte tuintjes passen wij niet. Rotterdam wordt door christenen soms gezien als een Sodom en Gomorra, maar ik ervaar dat anders. Veel mensen hier zijn gelovig of op zoek naar zingeving en houvast, waardoor soms de mooiste geloofsgesprekken ontstaan.”

Wat was de reden om na vier jaar Ethiopië terug te keren naar Nederland?

„Onze tijd in Ethiopië was best intensief. Eerst kwam corona, waardoor we tijdelijk het land uit moesten. Daarna brak er een oorlog uit, en moesten we regelmatig binnenblijven. Ook kregen we twee kinderen. Na vier jaar bood autofabrikant Volkswagen, de vroegere werkgever van Mattias, hem een baan aan. Om rust te creëren, besloten we om naar Nederland te vertrekken.

Die beslissing vond ik moeilijk, want ik had het ontzettend naar mijn zin in Ethiopië. Ik vond het lastig om dat leven los te laten. Tot ik op een zondagmiddag met mijn moeder, die op bezoek was, een paar jongens zag voetballen. Ze trapten niet tegen een bal, maar tegen een menselijke schedel. Daar was ik zo boos over dat ik een willekeurige voorbijganger aansprak. De man pakte de schedel op en gooide die met een enorme zwaai in de bosjes. Die situatie vond ik zo absurd dat ik toen dacht: oké, het is goed zo. Ik ben klaar met het leven hier. Laten we gaan.”

Jilke Tanis met haar man op de bank in haar woonkamer. beeld Cees van der Wal

„De eerste twee jaar in Nederland voelde ik me een schipper aan wal die de zee mist”

JIlke Tanis, journalist en fotograaf

Hoe ervaart u het om weer in Nederland te wonen?

„De eerste twee jaar voelde ik me een schipper aan wal die de zee mist. Ik wilde alleen maar weg. Terug naar de adrenaline en het avontuur. Opeens woonde ik in het comfortabele Nederland, waar gesprekken vooral gingen over huis-tuin-en-keukenzaken. Voortdurend vergeleek ik de problemen hier met die in crisisgebieden en dacht ik: dit stelt niks voor. Daarmee deed ik geen recht aan het leed van mensen, dat weet ik. Ik voelde alleen heel sterk: hier pas ik niet. Dat duurde best wel een tijd. Op een gegeven moment realiseerde ik me dat er ook in Nederland goede en belangrijke dingen te doen zijn.

Ik maak nu één tot drie keer per jaar een grote reis voor hulporganisaties. Ik zou dat wel vaker willen doen, maar mijn dochters worden ouder. Zij vinden het niet leuk als ik langer wegga. Dat kost soms zelfverloochening, maar de gedachte dat ik ook hier voor mensen van betekenis kan zijn, helpt me om mijn plek in te nemen.”

Wist u al jong dat u de journalistiek in wilde?

„Ja, dat zat er al in toen ik kind was. Toen ik amper kon schrijven, maakte ik al krantjes. De juffrouw van groep 4 zei over mij tegen mijn moeder: „Die wordt vast schrijver of journalist.”

„Stuur me in mijn eentje op reis en ik begin te zingen”

Jilke Tanis, journalist en fotograaf

In mijn jeugd wilde ik graag wat van de wereld zien. Eerst ging ik met vriendinnen op reis, later alleen. Dat laatste vind ik het allerleukste wat er is. Helemaal op jezelf teruggeworpen worden. Op een vliegveld komen waar je de taal niet spreekt en niet weten waar je die nacht slaapt. Ik heb de leukste man en de liefste kinderen, maar stuur me in mijn eentje op reis en ik begin te zingen.”

Na uw studie journalistiek verbleef u vier maanden in Egypte.

„Eerst heb ik nog door Azië rondgereisd. Daarna heb ik in een kibboets in Israël gewerkt, waar ik Mattias heb ontmoet. Als Duitser deed hij daar zijn vervangende dienstplicht. Vervolgens vertrok ik voor vier maanden naar Egypte. Het was in de nadagen van de Arabische Lente en er vonden elke week protesten plaats op het Tahrirplein in Caïro. Een heel boeiende tijd. Doordeweeks werkte ik als communicatiemedewerker voor Arab Vision, een organisatie die christelijke videoproducties maakt voor de Arabische wereld. In de weekenden zwierf ik door de stad om mensen te interviewen. Daar heb ik geleerd om flink van me af te bijten. Mattias heeft mij in Caïro een paar weken opgezocht. In 2013 zijn we getrouwd en in Duitsland gaan wonen.”

Jilke Tanis bij de haven in Rotterdam. beeld Cees van der Wal

Als freelancer reist u vooral naar rampgebieden. Waarom trekt u dat?

„Hoe meer ik zie van de ellende in deze wereld, hoe gemotiveerder ik raak om de verhalen uit die gebieden te vertellen. Om juist degenen die geen stem hebben een stem te geven. In conflicten hebben we vaak de neiging om een kant te kiezen. Maar als je naast een moeder zit die net haar kind heeft verloren, dan doet het er niet meer toe dat groep A tegen groep B vecht. Dat leed overstijgt alle verschillen.

Wij kunnen de wereldproblematiek niet oplossen, maar we kunnen wel beginnen met luisteren en begrip tonen voor de ander. Daar wil ik met mijn verhalen aan bijdragen. Nog mooier vind ik het als ik door die verhalen mensen weet te bewegen om organisaties te steunen die in gebieden werken waar de meeste mensen zelf niet komen. Daarom geeft het me voldoening om producties te maken voor hulporganisaties.”

In 2018 verslaat u live een aardbeving in het Indonesische Lombok. Voelt u angst op zo’n moment?

„Ik was daar met een ervaren collega en had al best wat veiligheidstrainingen gevolgd. Dat scheelt. Als je de regels kent, dan weet je wat je moet doen. Dus nee, ik voelde geen angst. Ik stond in dat filmpje niet in de buurt van een lantaarnpaal of van huizen die konden instorten. Bovendien had ik al eerder een aardbeving meegemaakt. Een paar jaar eerder, in Myanmar. Ik was alleen in het hotel toen de aarde ineens begon te beven.”

Ze grinnikt: „Ik had geen idee wat ik moest doen, dus het eerste wat ik deed, was googelen. Daar las ik dat ik zo snel mogelijk naar buiten moest. Dat heb ik toen gedaan.”

Hoe gevaarlijk is uw werk?

„Het zijn vaak de gebieden waarvoor een negatief reisadvies geldt waarin ik onderweg ben. Door mijn ervaring weet ik meestal wat ik wel en niet kan doen. Ik heb veiligheidstrainingen gevolgd en reis in de meeste gevallen met een auto met chauffeur of met een lokaal team. Zij spreken de lokale taal en weten precies waar je wel of niet heen kunt gaan. Daarnaast vertrouw ik, na God, extreem op mijn eigen intuïtie en gevoel. Als de sfeer niet goed voelt, stop ik.”

„We hoorden een enorme knal: een aanslag op de bus waar we net uit waren gestapt”

Jilke Tanis, journalist en fotograaf

Kwam u weleens in een gevaarlijke situatie terecht?

„Doordat ik met een lokaal team reis, word ik daar gelukkig vaak voor behoed. In Nairobi bezocht ik met een predikant een Somalische christin in een wijk waar veel Somaliërs wonen. Toen we net binnen waren, hoorden we een enorme knal: een aanslag op de bus waar we net uit waren gestapt. Twintig mensen kwamen om. Als westerling kon ik snel vertrekken. Daarom wil ik daar niet dramatisch over doen. De lokale bevolking heeft niet de luxe om in een taxi aan haar situatie te ontsnappen.”

Jilke Tanis. beeld Cees van der Wal

Hoe gaat u om met dat verschil?

„De ene keer raakt het me meer dan de andere keer. Maar ik vind het wel altijd heel schrijnend en ongemakkelijk. Hoe kan het dat wij westerlingen zo’n bevoorrechte positie hebben en anderen niet? In Ethiopië kregen wij van de ambassade een waarschuwing als het onveilig werd en konden we, in het ergste geval, het land verlaten. De burgerbevolking kon dat niet. Vreselijk vond ik dat.

Toen ik dertig weken zwanger was, stond ik in Ethiopië bij een couveuse met daarin een baby die na dertig weken zwangerschap was geboren. Maar die couveuse werkte niet, omdat er geen stroom was. Dus het kindje lag daar eigenlijk te sterven.”

Met tranen in haar ogen: „Ik dacht: stel dat mijn dochter nu geboren zou worden. Hoeveel meer overlevingskansen zou zij hebben. Alleen maar omdat zij in mijn buik zit. Dat voelde zo oneerlijk.”

Wat doet dat met uw geloof in God?

Tanis herhaalt de vraag, valt dan even stil. „Ja, dat vind ik zo lastig. Daar moet ik echt even goed over nadenken. Ik heb daar eigenlijk geen antwoord op. Alle antwoorden die wij in het Westen op leed geven, zijn vaak zo relatief in een gebied waar de meest onmenselijke dingen plaatsvinden. Een Ethiopiër uit Tigray vertelde mij dat hij en zijn neef zijn huis uit vluchtten, omdat er gewapende bendes in aantocht waren. Zijn neef werd in de deuropening doodgeschoten. Hij moest over hem heen stappen, maar trapte per ongeluk op hem. Wat is het antwoord daarop?

„Ik ben –hoe zeg ik dat reformatorisch– dankbaar dat ik niet in Gods schoenen sta”

Jilke Tanis, journalist en fotograaf

Ik ben ­–hoe zeg ik dat reformatorisch?– dankbaar dat ik niet in Gods schoenen sta. Hij is Degene Die het hele plaatje overziet. Ik heb geleerd dat ik het lijden in Zijn hand mag leggen in het vertrouwen dat Hij ook met die mensen daar is.

Overigens zijn wij westerlingen vaak degenen die vragen naar God in het lijden. Op veel plekken in de wereld gebeurt dat minder. Ik heb bij mensen gestaan die alles verloren hadden en God dankten voor wat hun overkwam.

Jilke Tanis aan het werk. beeld Cees van der Wal

Het zien van zo veel leed heeft mij extra dankbaar gemaakt voor de zegeningen in Nederland: schoon water uit de kraan, een douche, een warm bed, een stabiel elektriciteitsnet, een fijn huis waarin ik me kan terugtrekken als ik me niet fijn voel. Vergeleken met een groot deel van deze wereld zijn deze voor ons normale dingen pure luxe.”

Lukt het om dat gevoel vast te houden nu u weer in Nederland woont?

„Ik denk dat ik genoeg gezien heb om die dankbaarheid vast te houden. De rijkdom die we hier hebben, blijft voor mij een worsteling. Ik zie die ook niet altijd als een zegen. In Ethiopië leefden wij heel eenvoudig. Als er geen gasten waren, ontbeten we soms wekenlang met witbrood en avocado en bananen. En daar voelden we ons geen seconde slechter door.

„Van je rijkdom delen, is het mooiste wat er is”

Jilke Tanis, journalist en fotograaf

Toen we nog maar net in Nederland waren, kochten we dit huis. Dat moest volledig worden gestript. Ik moest nadenken over behangetjes en hoe ik mijn huis leuk wilde inrichten. Daar had ik veel moeite mee, omdat het me zo onbenullig leek om daarmee bezig te zijn. Tegelijkertijd realiseerde ik me dat je met een gezellig huis ook anderen kunt dienen. Van je rijkdom delen, is het mooiste wat er is.”

Jilke Tanis met haar man Mattias Feer. beeld Cees van der Wal

Hoe doet u dat?

„In Rotterdam-Zuid is dat niet moeilijk. We proberen ons huis open te stellen voor iedereen die aanklopt. Dus we hebben regelmatig mensen over de vloer die hier komen eten of slapen. Dat zijn vaak gasten die we via via leren kennen. Familiebezoek van onze buren wilde overnachten, maar dat paste niet in hun huis. Toen kwamen er een paar bij ons slapen. Een Hongaarse vrouw die stage liep, woonde een tijdje bij ons, evenals een dakloze vrouw die we via Stichting Ontmoeting leerden kennen. Ik wil daar niet over opscheppen. Mattias en ik doen dit, omdat we geloven dat ons huis niet van ons is, maar door God aan ons is gegeven.”

Kreeg u die gastvrije houding van huis uit mee?

„Ik ben bezig met een boekje over gastvrijheid en heb me veel verdiept in wat God daar in de Bijbel over zegt. Daar ben ik zelf echt door geïnspireerd geraakt. Maar het is ook een houding die ik van huis uit meekreeg. Bij ons thuis was iedereen welkom. Ook mensen van buiten de refobubbel. Mijn ouders vonden dat belangrijk.

Daarnaast speelt mee dat ik op mijn reizen veel gastvrijheid heb ervaren. Ik sliep bij mensen die ik totaal niet kende. Dat vond ik zo bijzonder. Dat zij hun huis openstelden voor mij. In Mexico deelde ik een week lang een kleine slaapkamer met een meisje dat ik via het platform Couchsurfing had leren kennen. Haar ouders verwelkomden mij als hun verloren dochter. In het weekend namen ze me mee op sleeptouw door Noord-Mexico. Dat was fantastisch.”

„Onze rijkdom brengt ook een verantwoordelijkheid met zich mee”

Jilke Tanis, journalist en fotograaf

Gastvrijheid vraagt soms ook offers. Wat is uw ervaring daarmee?

„Ja, soms komt het helemaal niet uit om gasten te ontvangen. Maar is dat niet het leven met God? Dat je offers brengt? Dat het oncomfortabel is? Het leven hoeft niet altijd comfortabel te zijn en gemak is niet normaal. Realiseren we ons wel dat de gemiddelde wereldburger zich bevindt in een appartementje in een stinkstad waar de elektriciteit niet werkt en waar de kakkerlakken door de badkamer kruipen? En dat wij Nederlanders tot de rijkste 3,5 procent van de wereldbevolking horen? Van die rijkdom mogen we genieten en er God voor bedanken. Maar tegelijk brengt die ook een verantwoordelijkheid met zich mee. Rijkdom mag ons ook best wat kosten. Het kiezen van een moeilijke weg kan veel van je vragen, maar levert ook ontzettend veel op. Omdat je het niet alleen hoeft te doen.”

Waar schuurt het in uw leven?

„In de drukte van het leven, als ik maar blijf rennen, moet ik er soms aan herinnerd worden dat wereldvrede niet van mij afhangt. Ik voel altijd de drang om de wereld te verbeteren. Om mijn talenten in te zetten om de ellende in de wereld te verminderen. Dat botst weleens met het moederschap. Reizen gaat toch ten koste van de tijd die ik door kan brengen met mijn kinderen. Om de goede balans daarin te vinden, vind ik soms een worsteling.

Maar over wat voor offer heb ik het helemaal?” Ze wijst naar de woonkamer. „Kijk wat we allemaal hebben. Ik heb niets te klagen, zeker niet in vergelijking met zo veel anderen op de wereld.”

U schreef onlangs een boek over traumasensitief interviewen. Wat was de aanleiding daarvoor?

„Toen ik ging reizen, hield ik al vrij snel interviews met mensen die heel heftige dingen hadden meegemaakt. Ik merkte dat ik tijdens de opleiding journalistiek niet had geleerd hoe ik dat op een sensitieve manier kon doen. In Lombok stond ik aan het bed van een jonge jongen die zijn been was verloren bij een aardbeving. Wat zeg je dan? In Jordanië sprak ik een jongen die met benzine was overgoten en in brand gestoken. Hij zat vol littekens, fysiek en mentaal. Hoe kon ik hem interviewen zonder dat hij zijn trauma zou herbeleven en daar nachten van wakker zou liggen? Om daarachter te komen, onderzocht ik wat traumasensitief interviewen inhoudt. Ik las boeken en sprak met journalisten, psychologen en artsen. Toen had ik zo veel informatie dat ik dacht: waarom schrijf ik er geen boek over?”

„Alle verhalen kwamen terug. De verkrachtingen. De heftige gebeurtenissen.”

Jilke Tanis, journalist en fotograaf

In uw boek stelt u dat trauma besmettelijk is. Hebt u daar ervaring mee?

„Als je mensen interviewt met een trauma gaat er altijd iets van hun verhaal onder jouw huid zitten. Ik ben gezegend met de eigenschap dat ik daar goed mee om kan gaan. Jarenlang had ik nauwelijks last van de heftige dingen die ik hoorde. In Nederland veranderde dat. Al de verhalen kwamen terug. De verkrachtingen. De heftige gebeurtenissen. Ik kreeg flashbacks. Eerst negeerde ik mijn gevoel. Want ja, ik moest sterk zijn. Ik mocht niet klagen. Tot ik last kreeg van paniekaanvallen en wist dat ik er wat mee moest doen. Toen ben ik naar een coach gestapt. De gesprekken hebben me erg geholpen.”

Jilke Tanis aan het werk. beeld Cees van der Wal

U benadrukt het belang van mentale fitheid om uw werk vol te houden. Hoe ontspant u?

„Ik vind het heerlijk om creatief bezig te zijn door te schilderen. Ik ontspan ook heel erg door te schrijven. Dan zit je lekker in zo’n flow. Het nadeel van deze manier van ontspannen is dat ik altijd aan het werk ben.”

„Als ik in onze internationale kerk ben, ervaar ik iets van hoe het ooit in de hemel zal zijn”

Jilke Tanis, journalist en fotograaf

Past u na tien jaar buitenland kerkelijk nog in een hokje?

„Mattias is afkomstig uit een Russisch-Duitse baptistengemeente. Door onze ervaringen met andere culturen passen we minder in een traditionele gemeente. Daarom zijn we lid geworden van de ICF in Rotterdam, een internationale gemeente. Als ik daar ben en om me heen kijk, ervaar ik iets van hoe het ooit in de hemel zal zijn.”

Is emigreren nog een optie of blijft u voorlopig in Nederland?

„Als we volgende week het gevoel hebben dat God ons ergens anders wil hebben, pakken we ons boeltje en vertrekken we. Tegelijkertijd wil ik dat ook niet romantiseren, want ik weet welke offers dat met zich meebrengt. Een verhuizing, je familie minder zien, wennen aan een andere cultuur.

Het wonen in Nederland brengt ook veel voordelen met zich mee. Vanwege mijn netwerk en kennis van de Nederlandse taal en cultuur kan ik hier gemakkelijker mensen helpen dan in Ethiopië. Voor een christelijke vluchtelinge die naar Apeldoorn zou verhuizen, vroeg ik op sociale media om een gemeente die zich over haar wil ontfermen. Ontzettend veel mensen reageerden en ze bezoekt nu wekelijks een Bijbelstudiegroep. Dat is toch mooi?”

Wat drijft iemand in zijn of haar leven? Hoe is hij of zij gevormd? In deze rubriek een persoonlijk interview met een meer of minder bekend persoon uit de breedte van de samenleving. Deze aflevering: Jilke Tanis. Volgende week: Jeisson Delgado Sarmiento.

RD.nl in uw mailbox?

Ontvang onze wekelijkse nieuwsbrief om op de hoogte te blijven.

Hebt u een taalfout gezien? Mail naar redactie@rd.nl
Vond je dit artikel nuttig?

Home

Krant

Media

Puzzels

Meer