Kerk & religiegendervraagstuk

Masterscriptie: Ook refo’s veranderden in omgang met gender

Niet alleen de samenleving, ook de reformatorische gezindte veranderde de achterliggende twintig, dertig jaar wel enigszins in haar houding tegenover gendervraagstukken.

18 March 2023 19:41Gewijzigd op 20 March 2023 11:38
Ophef in allerlei media over de Nashvilleverklaring, beeld André Dorst
Ophef in allerlei media over de Nashvilleverklaring, beeld André Dorst

Dat schrijft Isa Pihlajamaa in haar masterscriptie geschiedenis, die zij eerder dit jaar aan de Vrije Universiteit Amsterdam (begeleider prof. dr. Fred van Lieburg) afrondde. 
Pihlajamaa, nu journaliste bij Pointer (KRO-NCRV), onderscheidt in ”De duivelse tijdgeest. De genderdiscussie onder bevindelijk gereformeerden 1990-2022” drie tijdvakken. In de periode 1990-2000 waren gendervraagstukken aanvankelijk nieuw terrein. De focus lag sterk op problemen die het individu ervaart met zijn of haar transseksualiteit.

Het tweede tijdvak loopt van 2000 tot 2015. Mede als gevolg van de introductie van het homohuwelijk vond in reformatorische kring „een verschuiving plaats naar een negatievere houding ten opzichte van de genderdiscussie”, schrijft Pihlajamaa. „Er is in dit tijdvak minder aandacht voor het individu en meer aandacht voor de juridische en politieke gevolgen van het bestaan van transmensen.” In dit tijdvak ontstaat in de gereformeerde gezindte scherpe kritiek op de „drammerigheid” van aanhangers van wat men de genderideologie noemt.

De hoofdlijn van het denken van refo’s was en is dat geslacht en gender voorgegeven werkelijkheden zijn, dat het door God gegeven lichaam bepaalt of iemand man of vrouw is en dat een werkelijke verandering van man in vrouw (of omgekeerd) niet mogelijk is. Opmerkelijk is, schrijft de journaliste, dat wanneer van een gehuwd echtpaar de vrouw in transitie gaat en zich voortaan man noemt, hun relatie in de gereformeerde gezindte vanaf dan vaak gezien wordt als een homohuwelijk.

Als voorbeeld noemt zij het huwelijk van een christelijke gereformeerde predikant van wie de echtgenote in transitie ging. „Hij en zijn man kregen minstens evenveel kritiek op hun homohuwelijk, het gevolg van zijn transitie, als op zijn transitie zelf.” Conclusie van Pihlajamaa: „Door te beargumenteren dat een transgenderhuwelijk impliciet een homohuwelijk is, wordt gender dus gezien als veranderbaar en fluïde en niet meer onlosmakelijk verbonden met iemands sekse”.

Als derde tijdvak onderscheidt zij de periode 2016-2022. „Vanaf 2016 is er een aanzienlijke intensivering in de aandacht voor de genderdiscussie in reformatorische bladen waarneembaar.” Factoren die dit bevorderen zijn de nieuwe Transgenderwet van 2014 en de Amerikaanse Nashvilleverklaring van 2017.

Verdeeldheid

Het naar buiten treden van de gereformeerde gezindte inzake lhbti-vraagstukken leidt niet alleen tot felle kritiek van de seculiere buitenwacht, maar brengt ook intern spanning en verdeeldheid. Dat komt onder meer, aldus Pihlajamaa, doordat volgens ondertekenaars van de Nederlandse Nashvilleverklaring „iemands houding tegenover homoseksualiteit en genderdiversiteit bepaalde of zo iemand een goede christen is”. Anders gezegd: „De waardering van iemands christelijke identiteit wordt gekoppeld aan meningen over de lhbti-gemeenschap”.

In de derde periode staan in bevindelijk gereformeerde kringen twee denklijnen naast elkaar, aldus de schrijfster van de masterscriptie. De ene is die van Bijbels Beraad M/V dat God mensen mannelijk en vrouwelijk heeft geschapen en dat iemands biologische lichaam meer zegt dan iemands gevoelens. De tweede „focust minder op de leer van de Bijbel en meer op de zorg en compassie voor individuen die transgender zijn.”

Eensgezind

Beide denkrichtingen zijn er echter eensgezind over dat wie daadwerkelijk in transitie gaat, Bijbels gezien een grens over gaat. Ook stemmen beide denkrichtingen overeen in hun kritiek op wat zij de genderideologie noemen, dus het idee dat een genderneutrale wereld wenselijk is.

Volgens sommigen in bevindelijke kring is het wel mogelijk te veranderen van geslacht en respect te ontvangen voor die keuze. Een van degenen met wie Pihlajamaa sprak, zei „dat hij, nadat hij verhuisde naar een andere Gereformeerde Bondsgemeente, nooit tegenwerkingen heeft gehad door zijn genderidentiteit en altijd is geaccepteerd.”

RD.nl in uw mailbox?

Ontvang onze wekelijkse nieuwsbrief om op de hoogte te blijven.

Hebt u een taalfout gezien? Mail naar redactie@rd.nl

Home

Krant

Media

Puzzels

Meer