Ze werd geboren in Scheveningen en bracht een groot deel van haar leven door in Den Haag. Na een scheiding vond ze onderdak bij een organisatie die dak- en thuislozen helpt. Nu bewoont Yvonne Mallander met plezier een appartement in de Haagse Schilderswijk.
In haar knusse tweekamerwoning zet Mallander (64) koffie en cake op tafel. Ze is de oudste uit een gezin met zeven kinderen. Toen ze geboren werd, hadden haar ouders geen woonruimte. De precieze achtergrond daarvan kent ze niet, maar ze weet wel dat ze als baby bij haar oma verbleef.
Op tweejarige leeftijd ging Mallander alsnog naar haar ouders, die inmiddels een woning in Den Haag hadden. Vader was rooms-katholiek, moeder hervormd. „Als enige van de kinderen ben ik niet gedoopt. In mijn jeugd gingen we naar de katholieke kerk, maar ik heb me daar nooit thuis gevoeld. Ik geloofde in God, maar waar het in de kerk over ging, begreep ik niet goed.”
Nachtwaakster
Aan haar jeugd denkt Mallander met gemengde gevoelens terug. Ze herinnert zich ruzies en huiselijk geweld, maar verhaalt ook hoe haar vader, die werkte als internationaal chauffeur, omzag naar mensen aan de rand van de samenleving. „Hij haalde geregeld overtollige spullen op bij winkeliers en stelde daarvan pakketten samen die hij bezorgde bij zwervers.”
Zelf werkte Mallander jarenlang in de maatschappelijke opvang. Zo was ze een periode nachtwaakster bij het Leger des Heils. Later volgde ze een opleiding voor woonbegeleider en ging ze in die functie aan de slag. „Dat voelde voor mij als thuiskomen. In dit werk kreeg ik zo veel liefde van mensen. Gods heeft het zo geleid dat ik dit ben gaan doen.”
Privé liep ze de nodige beschadigingen op. Haar huwelijk eindigde na 23 jaar in een scheiding. In 2012 kreeg ze na een val van een trap rugklachten die het werken belemmerden. Haar baan raakte ze kwijt en inmiddels is ze afgekeurd. „Omdat ik mijn werk miste, ben ik vrijwilligerswerk gaan doen, onder meer in een opvang voor daklozen in Den Haag.”
Nadat haar tweede huwelijk eveneens strandde, had Mallander flinke schulden. Ze woonde kort bij haar enige dochter, die klein behuisd is, en vond daarna woonruimte in een maisonnette in de Haagse Muziekbuurt. Door ernstige overlast van een buurman die drugs dealde, hield ze het er niet uit. „Ik voelde dat ik agressief werd. In die tijd werd ook vastgesteld dat ik een posttraumatische stressstoornis heb.”
Mallander meldde zich aan bij de Kessler Stichting, een organisatie voor maatschappelijke opvang waar ze eerder had gewerkt. „Ik kon daar een kamer krijgen. De douche moest ik met een andere bewoonster delen. Ik ben daar goed opgevangen.”
Gaandeweg probeerde ze haar leven weer op de rails te krijgen. Via de Kessler Stichting vond ze anderhalf jaar geleden haar huidige appartement, een zogeheten omklapwoning. „De woning viel eerst onder Kessler, maar na een jaar kon ik die zelf huren.”
Toen Mallander de woning betrok, had ze vrijwel niets. „Ik begon met een bed en een tweedehands koelkast en wasmachine. De andere spullen die er nu staan komen uit de kringloop of heb ik gekregen. Een van de buurvrouwen hier heeft me geholpen het huis in te richten.”
De buurt is veelkleurig. Behalve twee Nederlandse vrouwen wonen er in Mallanders flat mensen uit Pakistan, Suriname, Marokko en Turkije. Ze voelt zich er thuis. „Ik houd van andere culturen.”
Mallander zit in de schuldsanering. „Ik heb 55 euro per week te besteden. Daarvan geef ik een tientje uit aan ov-kosten. Ook de kat kost geld. En ik rook nog steeds, al probeer ik met hulp van een coach te stoppen. Twee maanden geleden gebruikte ik een pakje per dag, nu doe ik er vier dagen mee. Ik bid veel dat ik ervan af mag komen.”
Mallander was nooit bij een kerk aangesloten. „Ik voelde me nergens thuis. Wel las ik elke avond uit de Bijbel.” Via een vrouw die ze ontmoette in een kringloopwinkel vond ze ruim een jaar geleden de weg naar de Nederlands gereformeerde Havenkerk in de Schilderswijk. „De Bijbel wordt daar zo uitgelegd dat ik het kan begrijpen en ik voel me er thuis.”
Psalm 23
Samen met dochter Marina (33) volgt ze een Alpha-cursus. „Daardoor is mijn geloof versterkt.” Beiden zien ernaar uit volgend jaar in de Havenkerk te worden gedoopt. „Daar kijk ik erg naar uit. In ons gezin ben ik de enige die niet is gedoopt en ik ben de enige die nog naar de kerk gaat.”
Psalm 23 vindt Mallander mooi. „En ook het boek Job. Ik was net als Job alles kwijt, maar ik heb het tienvoudig teruggekregen. Niet in materieel opzicht, dat is niet belangrijk, maar wel in liefde van de mensen om me heen. Ik ben enorm dankbaar voor alles wat God me heeft gegeven. Hij zorgt elke dag voor me.”