OpinieToegespitst
Voor het leven getekend

De afgelopen zomer voelde ik me hoe langer hoe ongemakkelijker toen ik steeds meer de indruk kreeg dat ik nog een van de weinigen was die geen tattoo hadden. In de zomer geven mensen wat meer huid bloot, waardoor het meer opviel hoeveel mensen inmiddels met een tattoo rondlopen.

Prof. dr. Marc J. de Vries
21 November 2022 15:18Gewijzigd op 21 November 2022 16:24
„Het fundamentele bezwaar tegen tattoos ligt dieper dan een enkele Bijbeltekst. Ze zijn een uiting van de tijdgeest en hebben iets van de ”ikkigheid” van onze cultuur. Ik wil gezien worden, ik wil er bij horen, ik wil iets duidelijk maken. Dat kan zelfs een christelijke vorm aannemen.” beeld RD, Henk Visscher
„Het fundamentele bezwaar tegen tattoos ligt dieper dan een enkele Bijbeltekst. Ze zijn een uiting van de tijdgeest en hebben iets van de ”ikkigheid” van onze cultuur. Ik wil gezien worden, ik wil er bij horen, ik wil iets duidelijk maken. Dat kan zelfs een christelijke vorm aannemen.” beeld RD, Henk Visscher

De variatie is groot. Bij sommige mensen is vrijwel het hele lichaam ermee bedekt. Bij anderen is het gebleven bij een klein sterretje op de enkel of een bloemetje op de schouder.

De snelle opkomst van de tattoo is inmiddels zo opvallend dat ze het onderwerp van onderzoek geworden is. Historicus Henri Beunders heeft er een heel boek over geschreven, met als titel ”Optocht der tattoos: jacht op een betekenisvol bestaan”. Ook hem was de toegenomen populariteit opgevallen en het riep bij hem de vraag op welke motieven mensen zouden kunnen hebben om zo’n tattoo te laten plaatsen, temeer omdat hij er zelf niet de minste behoefte toe voelde. Wat drijft mensen om iets op hun lichaam te laten zetten waarvan ze weten dat ze er de rest van hun leven aan vastzitten? Hij ging het mensen vragen en hoewel de antwoorden sterk uiteenliepen, ontdekte Beunders toch wel iets gemeenschappelijks. Die ontdekking moet voor elke christen een aanleiding zijn om zich ernstig af te vragen of het wel verantwoord is om een tattoo te laten zetten.

Aandacht

Verschillend als de motieven waren, volgens Beunders is de grootste gemene deler dat mensen zoeken naar aandacht en erkenning. Die krijgt men onvoldoende met het lichaam dat men heeft en daarom moet daar iets aan worden toegevoegd dat de aandacht trekt.

Want een tattoo communiceert iets. In de begintijd van de tattoos waren ze een vorm van protest. Het waren dan ook vooral mensen uit minderheidsgroeperingen die tattoos lieten aanbrengen. Daarmee vergrootten ze de afstand tot de rest van de samenleving nog meer. Als je in die tijd een tattoo had, kon dat problemen opleveren om een baan te krijgen, vooral als de tattoo ’s zomers tevoorschijn kwam. Tattoos werden door de meeste mensen geassocieerd met punkers. In veel gevallen klopte dat.

Later werd de tattoo ook opgevat als een kunstuiting. Een soort schilderij, maar dan niet op een doek maar op de huid. Toen waren het juist beroemdheden die er een lieten aanbrengen. Dit lijkt een heel ander motief, maar net als bij het protest-motief geldt de behoefte om gezien te worden.

Ondertussen werden tattoos ook gezet ter herinnering aan iets. Bijvoorbeeld een geliefde of een bepaalde gebeurtenis gemarkeerd met een jaartal. Het lijkt een ander motief, maar het feit dat de tattoo soms op een voor de drager zelf onzichtbare plaats staat (op de rug bijvoorbeeld), verraadt dat het motief van door een ander gezien willen worden nog steeds geldt.

Levenslang

Een apart hoofdstuk in het boek van Beunders is gewijd aan mensen die spijt kregen van het laten zetten van een bepaalde tattoo. De relatie met de vriendin wier naam ingekerfd was, is inmiddels uit, maar de naam staat er nog. Of de wilde haren zijn weg en het protest is genuanceerder geworden, maar de tattoo niet. In principe is het mogelijk om met een laser een tattoo te verwijderen, maar dit is een langdurig en niet altijd succesvol proces. In principe is een tattoo levenslang. Veel van de spijtoptanten die Beunders sprak, zeiden achteraf dat de beslissing om een tattoo te nemen impulsief genomen was.

Als de schreeuw om aandacht en erkenning zo belangrijk is bij de ”optocht der tattoos”, waarom laten steeds meer christenen ook een tattoo aanbrengen? Zij zullen dat ongetwijfeld motiveren door het te zien als een getuigenis van hun christen-zijn. Eigenlijk dus hetzelfde motief als bij degenen die het als een signaal van maatschappelijk protest droegen, maar dan vanuit een heel ander kader.

Dat lijkt positiever en de discussie over de vraag of christenen een tattoo mogen laten aanbrengen richt zich daarom veel meer op Leviticus 19:28, waar staat dat je vanwege een dode geen inkerving in je lichaam mag maken en geen tatoeage bij jezelf mag aanbrengen. Een andere tekst die wel genoemd wordt, is 1 Korinthe 6:19, waar het lichaam van de gelovige beschreven wordt als een tempel van de Heilige Geest. Daar kun je niet zomaar mee doen wat je wilt.

Nu hebben beide teksten wel een specifieke context. In Leviticus 19 gaat het om het tatoeëren bij een overlijden; in 1 Korinthe 6 om hoererij. Natuurlijk kun je beide teksten wel algemener lezen omdat ze voor die context iets zeggen dat een toepassing is van een achterliggend principe, namelijk de integriteit van het lichaam. Het lijkt me wat gezocht om Jesaja 49:16 er bij te halen, waar staat dat God Sion in Zijn handpalmen gegraveerd heeft. Dat graveren is duidelijk symbolisch bedoeld, want God heeft geen fysieke handen of huid. Op grond van die tekst rechtvaardigen dat christenen tattoos mogen laten aanbrengen lijkt me dan ook niet terecht.

Woord en daad

Ik denk dat het voornaamste bezwaar tegen tattoos dieper ligt dan een enkele Bijbeltekst. Het fundamentelere bezwaar is precies waar Henri Beunders op gewezen heeft: tattoos zijn een uiting van de tijdgeest. Het heeft iets van de ”ikkigheid” waar de Vlaamse psychiater Dirk De Wachter op gewezen heeft. Ik wil gezien worden, ik wil erbij horen, ik wil iets duidelijk maken. Dat kan zelfs een christelijke vorm aannemen. Voor velen is dat ongetwijfeld oprecht bedoeld. Maar het blijft de vraag of het goed is om te evangeliseren op een manier die door ten minste twee plaatsen in de Bijbel van een vraagteken voorzien wordt. Moet je dat als christen willen? Ligt het niet meer in de lijn van de Bijbel om met woord en daad het christelijk geloof uit te dragen? Misschien vraagt ons ”wel in, maar niet van de wereld zijn” ook om niet mee te lopen in de optocht der tattoos.

De auteur is hoogleraar christelijke filosofie aan de Technische Universiteit Delft.

RD.nl in uw mailbox?

Ontvang onze wekelijkse nieuwsbrief om op de hoogte te blijven.

Hebt u een taalfout gezien? Mail naar redactie@rd.nl

Home

Krant

Media

Puzzels

Meer