Zo kan overheid asielcrisis bestrijden
Overvolle asielzoekerscentra, lange wachttijden voor een asielaanvraag en statushouders die al maanden wachten op een huis: Nederland verkeert in een asielcrisis. Wat is eraan te doen? Vijf mogelijke oplossingen.
1 Sluit de grenzen
Dat is geen optie, stelt prof. dr. Monique Kremer, voorzitter van de Adviescommissie voor Vreemdelingenzaken (ACVZ). „Dat betekent dat je het Vluchtelingenverdrag en Europese afspraken opzegt.” Het Vluchtelingenverdrag van de Verenigde Naties, aangenomen in 1951, bepaalt dat vluchtelingen niet mogen worden teruggestuurd naar een land waar ze gevaar lopen. Het recht op asiel aanvragen is bovendien vastgelegd in artikel 18 van het Handvest van de grondrechten van de Europese Unie.
Kremer voorspelt meer problemen als Nederland het Vluchtelingenverdrag opzegt. „Dan kunnen landen als Turkije ook zeggen: Wij stoppen met de opvang van vluchtelingen.” Turkije heeft de afgelopen tien jaar alleen al ruim 3,5 miljoen Syriërs opgevangen, meer dan welk land ter wereld.
2 Vang vluchtelingen in de eigen regio op
De meeste Nederlanders zijn voorstander van het opvangen van vluchtelingen in de eigen regio, blijkt uit een recente peiling door onderzoeksbureau Ipsos in opdracht van Stichting Connect International, een Nederlandse hulporganisatie die vooral in Afrika actief is. Opvang in de buurt van het land van herkomst zorgt ervoor dat alle migranten dezelfde hulp krijgen, wat eerlijker is voor de 85 procent die geen geld heeft om naar Europa te reizen. Dat stelt Tom de Veer, directeur van Stichting Connect International, eind juli in een opinieartikel in Trouw. Ook bespaart dat volgens De Veer veel geld –opvang in Europa is vijftig keer duurder dan in de regio– en voorkomt het dure en gevaarlijke reizen van volwassenen en kinderen.
Het leeuwendeel van de vluchtelingen wórdt al opgevangen in de regio, reageert ACVZ-voorzitter prof. Kremer. „Dat is al decennialang het beleid. Ik vind het prima om te kijken of we de regionale opvang kunnen versterken, maar dat zal geen groot effect hebben. We zullen moeten accepteren dat er altijd vluchtelingen naar Europa blijven komen.”
Mr. dr. Carolus Grütters, senior onderzoeker bij het Centrum voor Migratierecht van de Radboud Universiteit in Nijmegen, vindt de oproep van De Veer zelfs „beschamend.” „Wij worden maar met een fractie van alle vluchtelingen wereldwijd geconfronteerd.” Volgens VluchtelingenWerk Nederland werden er in 2021 bijna 540.000 eerste asielaanvragen in de Europese Unie ingediend. De EU telt een kleine 450 miljoen inwoners. Omgerekend komt dat neer op één vluchteling per ruim 800 Europeanen. Grütters: „Het is bepaald niet zo dat we worden platgedrukt door asielzoekers. Al is de beeldvorming wel zo, door onder meer de media-aandacht voor de problemen bij het aanmeldcentrum in Ter Apel.”
3 Vang vluchtelingen op boten op
Het kabinet maakte vorige maand bekend drie cruiseschepen te huren voor de opvang van vluchtelingen. Voordeel van zo’n boot is dat er veel mensen op passen –zeker duizend– en dat veel voorzieningen al aanwezig zijn, zoals bedden, badkamers en keukens. „Op korte termijn is dat een realistische oplossing”, vindt Martijn van der Linden, woordvoerder van VluchtelingenWerk Nederland. „Maar dan moeten gemeentes wel meewerken.”
De bedoeling is dat de drie cruiseschepen ergens in een haven aanmeren. Eén cruiseschip komt in de gemeente Velsen (bij IJmuiden) te liggen, over een tweede schip is het kabinet met een aantal gemeentes in gesprek.
De optie om de schepen op open water voor anker te leggen, werkt het kabinet niet verder uit, schreef staatssecretaris Eric van der Burg (Asiel en Migratie) eind juli in een Kamerbrief. Het is volgens hem namelijk lastig om de schepen te bevoorraden. Bovendien kleven er veiligheidsrisico’s aan opvang op zee en is het niet mogelijk om te allen tijde een pendeldienst tussen het schip en de kade in te richten. „Een absurd idee”, vindt Van der Linden. „Dan ontstaat er een situatie waarbij asielzoekers op zee moeten doorbrengen, terwijl Oekraïense vluchtelingen in onze samenleving worden opgenomen. Dat onderscheid steekt enorm.”
4 Geef organisaties betrokken bij de opvang van asielzoekers structureel meer geld
Migratiespecialist Grütters ziet als belangrijke oorzaak voor de huidige asielcrisis de jarenlange bezuinigingen door de overheid op het Centraal Orgaan opvang asielzoekers (COA) en de Immigratie- en Naturalisatiedienst (IND). „Als er vandaag wordt verwacht dat er morgen minder dossiers komen, ontsla je mensen bij de IND of sluit je centra. Dat is al tientallen jaren het overheidsbeleid. Nu zie je wat er gebeurt als de IND te weinig personeel heeft: vluchtelingen die maanden moeten wachten op een beslissing over hun asielaanvraag of statushouders die maar geen huis krijgen toegewezen.”
Op- en afschalen komt de kwaliteit van de IND bovendien niet ten goede, meent de Nijmeegse onderzoeker. „Je verliest steeds mensen met ervaring en krijgt er nieuwelingen voor terug. Dan hoeft het niet te verbazen dat de kwaliteit van de besluiten die de organisatie neemt, lager wordt. We zien dat aan de asielaanvragen die steeds vaker via de rechter worden aangevochten.”
Het jojobeleid is daarnaast geldverslindend, stelt Grütters. „Als je de opvang structureel regelt, kost dat 19 euro per persoon per dag. In de huidige crisis kost het de overheid 48 euro, blijkt uit onderzoek van belastingadviesbedrijf PricewaterhouseCoopers.” Er worden nu in allerijl opvanglocaties ingericht, compleet met riolering en drinkwatervoorzieningen. „Noodopvanglocaties gaan niet zo lang mee en worden na verloop van tijd weer afgebroken. Kapitaalvernietiging ten top.”
Ook Kremer zou het veel beter vinden als de IND en het COA structureel meer geld krijgen en niet voortdurend op- en afschalen, zodat personeel én locaties langdurig kunnen blijven. In eerdere adviesrapporten riep zij daartoe al op. In rustige periodes kunnen opvanglocaties volgens haar worden gebruikt als onderdak voor bijvoorbeeld Europese arbeidsmigranten, studenten of mensen die na een echtscheiding een woonruimte zoeken.
5 Verplicht gemeentes opvang voor asielzoekers te regelen
Op dit moment ligt het aan de welwillendheid van gemeentes of ze asielzoekers opvangen. „Het COA gaat al sinds jaar en dag met de pet rond bij burgemeesters”, verklaart Grütters. „Een paar gemeentes willen wel helpen, maar het overgrote deel zegt: Dan moet je bij de buren zijn, want wij vangen al vluchtelingen op. Of: Wij willen wel helpen, maar dan moeten jullie meebetalen aan de reparatie van een kapot zwembad. Een soort ruilhandel dus.”
De oplossing: maak alle gemeentes verantwoordelijk voor de opvang van asielzoekers. Iedere gemeente heeft nu al de wettelijke taak om mensen die een verblijfsvergunning hebben gekregen een plaats te geven om te wonen. Het aantal statushouders dat een woning moet krijgen, hangt daarbij af van de grootte van de gemeente. „Dat zou je in dezelfde wet ook voor asielzoekers kunnen regelen”, oppert Grütters. Zijn voorstel heeft hij onlangs op papier gezet en naar de Tweede Kamer gestuurd.
Ook de ACVZ en de Raad voor het Openbaar Bestuur (ROB) adviseren de regering gemeentes te verplichten „kansrijke” asielzoekers op te vangen, naar rato van het aantal inwoners. Dat schreven de organisaties in juni in het rapport ”Asielopvang uit de crisis”. „Bij statushouders is het inmiddels vanzelfsprekend dat alle gemeenten bijdragen. Dat zou bij asielzoekers ook zo moeten zijn”, verklaart ACVZ-voorzitter Kremer.
Evenredig
Kremer en Grütters pleiten voor een evenredige verdeling van de lasten, waarbij het aantal op te vangen vluchtelingen in overeenstemming is met de grootte van de gemeente. Grütters: „Als je uitgaat van 30 bedden per 10.000 inwoners, kun je met 344 gemeentes van gemiddeld 50.000 inwoners ruim 51.000 opvangplekken structureel realiseren”, rekent de migratie-expert voor. Zoveel plekken zijn er volgens het COA eind dit jaar nodig.
Staatssecretaris Van der Burg is bezig met een wetsvoorstel dat het mogelijk maakt specifieke gemeentes te verplichten mee te werken aan asielopvang. Hij hoopt dat de Tweede en Eerste Kamer in het najaar akkoord gaan, zodat de nieuwe wet op 1 januari 2023 in werking kan treden.
VluchtelingenWerk Nederland is blij met het wetsvoorstel, maar vindt dat het sneller moet. „Er wordt nu gewerkt aan een wet die pas begin volgend jaar in werking treedt”, zegt woordvoerder Van der Linden. „Terwijl mensen nu in Ter Apel buiten in het gras moeten overnachten. Daar kunnen zij niet op wachten, zeker niet als het straks winter wordt.”
De stichting heeft het kabinet daarom om een spoedwet gevraagd, zodat gemeentes nu al gedwongen kunnen worden vluchtelingen op te vangen. Van der Linden: „Maar daar wil het kabinet niet aan.”
Overvaltactiek
Migratiespecialist Grütters voorziet een ander probleem. Hij is bang dat het plan van staatssecretaris Van der Burg ertoe leidt dat hij straks een paar gemeentes aanwijst voor het realiseren van grote opvanglocaties, terwijl andere gemeentes de dans ontspringen. „Dan krijg je een soort overvaltactiek. Dat zal veel weerstand oproepen bij de lokale bevolking, die zich afvraagt waarom zij de klos is.”
Het lijkt hem beter dat álle gemeentes bijdragen en kleine opvangplekken realiseren, dan dat een paar gemeentes grote opvanglocaties inrichten. „Als je het kleinschalig organiseert, kunnen gemeentes kijken waar plek is, bijvoorbeeld in een leeg gemeentehuis. Met een beperkt aantal vluchtelingen zal het draagvlak in de gemeente bovendien groter zijn, én het kan hun integratie bevorderen. Zij gaan bijvoorbeeld naar de lokale bakker of slager, en horen dat er werk is.”
Arbitrair
De ACVZ en de ROB zijn voorstander van het maken van onderscheid tussen asielzoekers die een grote kans hebben op een vergunning, en degenen die waarschijnlijk terug moeten naar het land van herkomst. Kremer: „Wij zeggen: Laten de meer kansrijke asielzoekers naar de gemeente gaan, waar zij ondersteund worden bij het integratieproces. Van de andere groep, mensen die bijvoorbeeld uit een veilig land komen, vinden we dat het COA die beter kan opvangen, zodat zij makkelijker teruggestuurd kunnen worden.”
Grütters is geen voorstander van dat onderscheid. „De asielprocedure zelf is bedoeld om vast te stellen of iemand in aanmerking komt voor bescherming. Nog een selectie daaraan voorafgaand is arbitrair en kost veel tijd.”