Zwakke afweer door twee jaar coronabeperkingen? „Onzin”
Zowel corona als griep grijpt om zich heen. Omdat ze nu allebei veel voorkomen, kunnen mensen de twee virussen zelfs tegelijkertijd oplopen. Zeven vragen aan immunoloog prof. Ger Rijkers.
Nu vrijwel alle coronamaatregelen van de baan zijn, zien virussen hun kans schoon. Niet alleen corona waart nog volop rond, met dagelijks meer dan 20.000 geregistreerde besmettingen; ook het griepvirus verslaat zijn duizenden. Sinds een kleine twee weken is er volgens het Nationaal Influenza Centrum sprake van een heuse griepepidemie.
Wat is gevaarlijker: griep of corona?
Prof. Ger Rijkers, immunoloog aan University College Roosevelt in Middelburg: „Ik zou zeggen: corona, omdat dat een nieuw virus is. Maar voor degenen die al met corona zijn besmet geraakt, wordt het een ander verhaal. Dan is griep misschien wel gevaarlijker. Jaarlijks overlijden duizenden mensen aan influenza, vooral 80-plussers.
Ouderen en kwetsbaren kunnen een griepprik halen, maar deze is lang niet zo effectief als de vaccins tegen corona. Een griepprik beschermt gemiddeld voor zo’n 50 procent tegen ernstige ziekte; de coronavaccins beschermen wel tot boven de 90 procent. We zijn een beetje verwend geraakt door de hoge effectiviteit van de coronavaccins.”
Door twee jaar van contactbeperkende maatregelen heeft onze weerstand een knak gekregen en zijn we vatbaarder geworden voor bijvoorbeeld griep, zo beweren sommigen. Wat is daarvan waar?
„Dat is onzin. Mogelijk geldt dat voor heel jonge kinderen, maar niet voor oudere kinderen of volwassenen. De opbouw van het immuunsysteem begint bij de geboorte. Dan wordt een kind voor het eerst blootgesteld aan de microbiologische buitenwereld. Het is goed als je dan in contact komt met zoveel mogelijk verschillende prikkels. Het afweersysteem van oudere kinderen heeft daardoor veel ervaring opgebouwd met allerlei ziekteverwekkers. Dat raak je niet zomaar kwijt in een relatief korte periode van twee jaar.
Immuuncellen hebben een goed geheugen. Ze zijn in staat een virus of bacterie jaren tot levenslang te onthouden. Het helpt uiteraard wel als het geheugen af en toe wordt opgefrist door blootstelling aan een bekende ziekteverwekker.”
Toch wordt ouderen aangeraden jaarlijks een griepprik te halen. Hoe verklaart u dat?
„Dat ligt niet aan het immunologisch geheugen, maar aan de steeds veranderende virusstam.”
Volgens het Nationaal Influenza Centrum sluit de griepprik die mensen afgelopen najaar konden krijgen, maar matig aan op de momenteel circulerende griepvirussen. Daardoor werkt het vaccin dit seizoen naar verwachting niet optimaal. Vindt u dat zorgelijk?
„Dat is voor deze periode wel zorgelijk. Voor komend najaar niet meer, want dan zal het vaccin inmiddels zijn aangepast.
Door de beperkingen wereldwijd waren er de afgelopen twee jaar minder patiënten met influenza. Dat is fijn, maar niet voor grieponderzoekers. Zij hadden halverwege vorig jaar daardoor minder materiaal beschikbaar om conclusies te kunnen trekken over welke virusstam nu dominant zou worden en hoe het vaccin eruit zou moeten zien.”
De jaarlijkse griepepidemie is meestal van eind december tot februari. Dit jaar begon de griepgolf pas halverwege maart. Tot hoelang zal deze duren, verwacht u?
„Dat is niet goed te voorspellen. De lengte van het griepseizoen wisselt namelijk sterk per jaar, weten we uit het verleden. Een gemiddeld seizoen duurt tweeënhalve maand. Als dat dit jaar ook zo is, zou de golf begin juni kunnen zijn uitgedoofd.
Dát een griepgolf na een bepaalde tijd weer daalt, heeft niet zo zeer met de temperatuur te maken. Er zijn ook warme landen waar influenza volop circuleert. Waar het wél mee te maken heeft? Op een gegeven moment zijn de meeste mensen met de heersende griepstammen in aanraking geweest en hebben ze immuniteit opgebouwd. Het virus krijgt het dan moeilijk en verdwijnt onder de radar.”
Niet alle virussen zijn met een opmars bezig. Opvallende wegblijver deze winter is het respiratoir syncytieel virus (RSV), een verkoudheidsvirus dat vooral jonge kinderen hard kan treffen en soms leidt tot overvolle kinder-ic’s. Hoe verklaart u het wegblijven van RSV?
„Dat is niet makkelijk te verklaren. Afgelopen zomer hadden we een RSV-epidemie. Dat was opmerkelijk, want het is een typisch wintervirus. Mogelijk zijn toen volwassenen die met baby’s omgaan –onder wie ouders en verpleegkundigen– aan het virus blootgesteld en immuun geworden. Daardoor kan RSV niet zo makkelijk de baby bereiken. Het kind loopt het virus op door geknuffel, hoe goed bedoeld dat ook is.”
Patiënten die tegelijkertijd met corona én griep besmet raken, zijn er aanzienlijk slechter aan toe dan mensen die alleen met corona geïnfecteerd raken. Zo hebben ze eerder beademing nodig op de ic en hebben ze een grotere kans om te overlijden, bleek afgelopen vrijdag uit een publicatie in vakblad The Lancet. Verrassen deze resultaten u?
„Een beetje wel. Eerder bleek uit groot Amerikaans onderzoek juist dat flurona, zoals deze combinatie wel wordt genoemd, niet leidt tot een ernstiger ziektebeloop. Dat komt waarschijnlijk omdat twee factoren elkaar opheffen. Aan de ene kant leiden beide infecties tot longschade, ontstekingen en koorts, waardoor de kans om te overlijden toeneemt.
Aan de andere kant kan een infectie met het ene virus juist beschermen tegen een andere infectie, als iemand niet precies tegelijkertijd besmet raakt. Dat heeft te maken met de reactie van het immuunsysteem. Binnen een tot twee dagen na een infectie maakt het lichaam interferon aan, een stof die onder meer longcellen beschermt tegen allerlei soorten virussen. Dus stel je loopt eerst corona op en twee dagen later griep, dan heeft je lichaam intussen interferon aangemaakt dat tegen griep beschermt. Omgekeerd werkt dat net zo. Maar er moet dan wel een dag of twee tussen zitten. Interferon blijft tot een week in je lichaam; zo lang houdt het beschermende effect aan.”