Onlinedienstverlening was voor corona al, voorzichtig, in opmars. Maar tijdens de lockdowns en de avondklok moest iedereen ineens op afstand werken. Voor veel professionals verliep dat proces met vallen en opstaan. De psycholoog: „Ik weet nu in elk geval zeker dat er niets boven persoonlijk contact gaat.”
Fysiek contact was tijdens de eerste lockdown in maart 2020 grotendeels uit den boze. Wie thuis kon werken deed dat. Hulpverleners, voor wie contact met cliënten en patiënten cruciaal is, zochten hun toevlucht tot internet. Had begin 2020 nog bijna niemand gehoord van Zoom en Teams, een paar maanden later kende de hele wereld de online vergader- en ontmoetingsapplicaties. Om een idee te geven: Zoom was, sinds de oprichting in 2011, weliswaar tot een succesvol bedrijf uitgegroeid, maar zag zijn winst in het eerste coronajaar door het dak gaan. De winst steeg zelfs met 1000 procent, van een kleine 900.000 euro in 2019 naar 900.000.000 euro in 2020. Teams van Microsoft, opgericht in 2016, spon ook garen bij de wereldwijde lockdowns. De omzet ging van 800.000.000 euro in 2019 naar 6.000.000.000 euro in 2020.
Achter deze cijfers zitten de verhalen van tientallen miljoenen mensen die plotseling dagelijks gebruikmaakten van de services. Buiten de privécontacten gerekend, waren heel diverse beroepsgroepen, van psycholoog en fysiotherapeut tot dierenarts, veroordeeld tot ‘Zoomverlening’. Maar hoe behandel je iemand die je alleen op een beeldscherm ziet? Ook de docent en de student kunnen erover meepraten.