Je kunt niet naar Glasgow gaan, zonder de Schotse Hooglanden te zien. Dus op een zonnige dag trek ik er op uit. En dat levert behalve verwondering over de prachtige schepping ook bezinning op.
De novemberzon werpt haar stralen over de naar het schijnt verroeste heuvels van de Schotse wildernis. De bruinrode kleur is te danken aan de verdorde varens die hier veel groeien.
Het is genieten geblazen. Stilte. Niemandsland. Ver weg van het geraas van auto’s en het jachtige, stadse leven. Alleen in de natuur. Nietig. Tussen de machtige heuvels en onder de wijdse hemel.
Langzaam trekken de kilometers van het John Muirpad voorbij. Een fazant fladdert met veel kabaal weg bij het langslopen. Even verderop lijkt een groepje staartmezen zich kostelijk te vermaken in het struikgewas.
De naam van de route doet terugdenken aan een artikel dat ik in 2014 schreef over John Muir. Het was ter gelegenheid van de honderdste sterfdag van deze uitermate intrigerende persoon. Ik besef dat we allemaal –zeker ook de onderhandelaars in Glasgow– wel een onsje Muir zouden kunnen gebruiken. Deze ietwat zonderlinge figuur leefde jarenlang in de Amerikaanse wildernis. De geboren Schot zette zich het grootste deel van zijn werkzame leven in voor natuurbehoud. Aan hem is het te danken dat er nationale parken zijn. Muir zag haarscherp in dat het kapitalisme ten koste ging van de natuur.
Op de top zou iedereen er goed aan doen om de raad van deze ”apostel voor de natuur” op te volgen. Hij adviseerde: „Blijf dicht bij het hart van de natuur (…) en beklim, eens in de zoveel tijd, een berg of breng een week in het bos door. Was uw geest schoon.” Ik denk dat dat goed zou kunnen uitpakken voor de onderhandelingen.
Muir had ontzag voor Gods schepping. Over het onweer zei hij eens: „O, dit is groots! Dit is magnifiek! Luister naar de stem van de Heere! Hoe Hij spreekt in de verhevenheid van Zijn macht en glorie!”
Zijn eerbied voor het geschapene zet christenen een spiegel voor. Want werden we als het gaat om de zorg voor de schepping niet te laat wakker? Hadden wij niet als eerste aan de noodrem moeten trekken als het gaat om het klimaat? Zagen we niet aankomen dat de westerse levensstijl onhoudbaar is? Waar was het heldere bazuingeluid van ons als wachters op de muren? Als we ons eerder hadden geroerd, stonden christenen waarschijnlijk minder aan de zijlijn in Glasgow en zaten we er nadrukkelijker aan tafel.