Duizendpoot schrijft zelfs in zomervakantie vrolijk door
Het onderwijs staat bekend om de hoge werkdruk, maar docent Wim de Jongste (62) uit Gouda lijkt daar niet onder gebukt te gaan. Hij houdt er meerdere nevenactiviteiten op na. „Ik kan niet stilzitten.”
Aan het Driestar College in Lekkerkerk geeft De Jongste als fulltimer les in drie vakken, waaronder Nederlands. Recent gaf hij er enige maanden maatschappijleer bij, omdat een collega door corona was geveld. „Het onderwijs kent veel vakanties, maar een fulltimeleraar moet per jaar 1659 uren ‘maken’. Dat betekent dat we in veertig weken wekelijks 41,5 uur moeten werken.”
Dit geldt dus ook voor De Jongste. In het dagelijks leven staat hij echter niet alleen voor de klas. Sinds 2007 heeft hij een eigen tekstbureau. „Ik werk zo’n zestig uur in de week. Vele avonden ga ik tot elf uur door.”
De Jongste schrijft onder meer voor de GezinsGids. Vooral artikelen met een persoonlijke invalshoek boeien hem. „Of ik nu een dominee spreek of een vuilnisman, ik ben altijd op zoek naar iemands drive: de diepere laag. Dat spreekt me enorm aan.”
Als scribent van het gezinsblad bezoekt hij onder meer ouderen voor een persoonlijk verhaal. Soms kost het even tijd om het vertrouwen te winnen, maar het levert vaak unieke inkijkjes op in iemands (geestelijk) leven. De Jongste: „Aan het eind van een gesprek zei iemand eens: „Dit heb ik zelfs mijn kinderen niet verteld.””
De Jongste laat zijn gesprekspartners veel aan het woord. De scribent wil zo min mogelijk „een eigen invulling” geven aan de tekst. Het gaat tenslotte om de geïnterviewde. „Het grootste compliment dat ik achteraf kan krijgen, is dat mijn gesprekspartner na het lezen van de tekst zegt: „Zo was het precies!””, vertelt de Gouwenaar.
Clusteren
In de zes weken durende zomervakantie zit De Jongste bepaald niet stil; hij is bezig met interviews, het uitwerken hiervan en met het schrijven van andere teksten, zoals voor de Vereniging van Reformatorische Ondernemingen (VRO) en het evangelisatieorgaan Silas.
Hij gaat nagenoeg iedere zomervakantie twee weken, en vaak met vrienden naar Zwitserland. Toch kruipt het bloed ook dan waar het niet gaan kan. „Het werk staat dan niet stil”, vertelt de scribent. „Soms zie ik ineens in iets een onderwerp om over te schrijven.”
De Jongste vindt het ook leuk om te klussen en te tuinieren en houdt vogels en kippen. Na het werk loopt hij steevast even de tuin in. „Dan kijk ik hoe het met de planten en vruchten gaat. Ik kan vrij gemakkelijk schakelen. Direct na school kan ik mij weer gemakkelijk richten op iets anders.”
Tandje minder
Als organist is De Jongste ook op zondag nog bezig. Met het oog op de veelzijdigheid van zijn bezigheden vroeg iemand hem eens of hij een denker is of toch een doener. „Ik denk dat ik al doende denk”, reageerde hij gevat. „Bovendien denk ik bij nieuwe dingen die ik hoor direct hoe ik die toe kan passen. Maar het zou soms allemaal best een tandje minder kunnen”, bekent hij tegelijkertijd.
De Jongste onderkent het gevaar dat hij door zijn vele activiteiten de wezenlijke zaken in het leven vergeet. „Soms neem ik me voor vaker stil te staan en te investeren in sociale contacten, maar door mijn brede interesse winnen nieuwe uitdagingen het vaak.”
Serie Extraatje
Deel 2 in een serie interviews met mensen die naast hun vaste baan wat extra’s bijverdienen in een compleet andere sector.