Hezbollah gaat een „zware prijs” betalen in een toekomstige oorlog met Israël. Dat zei het hoofd van het Noordelijk Commando van het Israëlische leger, generaal-majoor Amir Baram, deze week. Maar iedereen beseft dat ook Israël het heel moeilijk zal krijgen.
Vijftien jaar geleden was het raak. Soldaten van het pro-Iraanse Libanese sjiitische leger staken op 12 juli 2006 de grens met Israël over en ontvoerden soldaten. Hezbollah beweerde dat het in de daarop volgende oorlog 250 strijders verloor, maar het Israëlische leger schatte het aantal op 600. Verder verloren in Libanon rond de 1000 burgers het leven. Aan Israëlische zijde vielen 121 doden onder de soldaten en 46 onder de burgers.
Israëlische veiligheidsdeskundigen achten de kans op een oorlog op dit moment klein. Hezbollah heeft er alle belang bij om een treffen te voorkomen. Libanon verkeert namelijk in een crisis op het gebied van de politiek, de economie en de volksgezondheid. Toch kan niemand een militair conflict uitsluiten. Een relatief klein incident kan namelijk een kettingreactie veroorzaken. Dat kan leiden tot een groot conflict en zelfs tot oorlog.
Israëlische bronnen wijzen er steeds weer op dat er bij een nieuwe oorlog in Libanon veel burgerslachtoffers zullen vallen. Dat is omdat Hezbollah de burgers als menselijk schild gebruikt. Het leger tweette woensdag dat Hezbollah in het dorp Ebba raketten, explosieven en andere wapens opslaat in een woonappartement tegenover een school met 300 leerlingen. Baram zei dat als Hezbollah de wapens niet verwijdert, het leger niet zal aarzelen de opslagplaats aan te vallen. Het gebouw is een van de duizenden doelen die het leger op de lijst heeft staan. Uiteraard zullen deze aanvallen tegen de wapenopslagplaatsen onder de Libanese burgers in Europa tot vele anti-Israël-demonstraties leiden.
Maar het is niet alleen in Libanon waar burgerslachtoffers zullen vallen. Al zal het Israëlische leger proberen burgerslachtoffers zoveel mogelijk te vermijden (door bijvoorbeeld waarschuwingen te geven voordat het een doel aanvalt), Israël moet rekening houden met de komst van 3000 raketten per dag. Moderne woongebouwen zijn voldoende beveiligd, maar de burgers die in oude huizen wonen zijn kwetsbaar, met name die in het grensgebied leven.
Israëlische deskundigen schatten het aantal raketten dat Hezbollah heeft op meer dan 100.000. Het gaat deels om geleide raketten, die het pro-Iraanse leger nauwgezet kan richten op bijvoorbeeld watervoorzieningen, elektriciteitscentrales en vliegvelden. Bovendien is er kans dat Hezbollah zal proberen de noordgrens van Israël over te steken om burgers te doden.
Reservist-kolonel Kobi Marom, die zelf in Noord-Israël woont, gelooft dat in geval van confrontatie het Israëlische leger Libanon moet binnenvallen om de wapenopslagplaatsen van Hezbollah op te ruimen. Dat zal ook slachtoffers vergen onder eigen strijdkrachten.
Geen wonder dat veiligheidsexperts waarschuwen dat een oorlog met Hezbollah de zwaarste oorlog kan worden in Israëls geschiedenis.