Dat maakte de Raad van State woensdag bekend. De gemeente Tholen en de kerkvoogdij waren het oneens over het aantal decibellen dat de kerkklok van de hhg op zondag mag produceren.

Het gemeentebestuur heeft begin 2019 een vergunning verleend voor de nieuwbouw van een kerk, die inmiddels in gebruik is genomen, maar heeft daarin strikte beperkingen opgenomen voor het luiden van de kerkklok. Klokgelui zou volgens het gemeentebestuur voor overlast in de omgeving kunnen zorgen.

De hhg mag volgens de uitspraak van de Raad van State wel klokluiden, maar het mag niet „excessief” zijn. De Raad van State heeft het gemeentebestuur van Tholen nu opgedragen binnen twaalf weken een nieuw geluidsvoorschrift te formuleren. Daarbij moet duidelijk naar voren komen welke geluidsnormen voor het beteugelen van klokgelui volgens het college van burgemeester en wethouders aanvaardbaar zijn. Die duidelijkheid ontbrak in het eerdere voorschrift. Daarna volgt een definitieve uitspraak in deze kwestie. In hoger beroep bij de Raad van State stelde de hhg dat in de aanvraag van de omgevingsvergunning geen luidklok was opgenomen, zodat de gemeente hier ook geen voorschriften over mocht opnemen in de vergunning. Ook zouden er door de gemeente Tholen helemaal geen beperkingen mogen worden gesteld aan het luiden van kerkklokken. Dat is volgens het kerkbestuur in strijd met de vrijheid van godsdienst en dus in strijd met de Grondwet.

Volgens de Raad van State is het opleggen van beperkingen aan het klokgelui niet in strijd met de vrijheid van godsdienst, zoals de hhg in het hoger beroep stelde. Het begrenzen van het geluidsniveau is gerechtvaardigd „met het oog op de rechten van anderen en de openbare orde.”

Theo Hakvoort, ouderling-kerkvoogd van de hersteld hervormde gemeente verwacht op basis van de uitspraak van de Raad van State een positieve uitkomst. „We willen op termijn bij het nieuwe kerkgebouw ook een klok. We willen uiteraard rekening houden met omwonenden, en slechts tien minuten luiden bij kerkdiensten.”