De notabelen van het Reveil, de influencers van nu
In de benen komen voor iemand in nood gaat nu heel anders dan in de tijd van het Reveil. Maar er zijn ook overeenkomsten. Hoe meer ‘volgers’ je hebt, hoe meer je voor elkaar krijgt.
Maandagmorgen 22 februari, 6.49. Gymdocent Arjan Bal zit in de auto, op weg naar Leeuwarden. Jas aan, muts op, boterhammetje tussen zijn tanden. Hij bereidt zich mentaal voor op een fikse uitdaging. Zes dagen lang zal hij weinig anders zien dan Friese wateren die hij gaat bedwingen met supboard en peddel. Met deze Elfstedentocht haalt hij geld op voor een goed doel, in dit geval de RD-actie Draagt Elkanders Lasten (DEL). Bij de start van de tocht staat de teller op ruim 13.000 euro. De supper heeft geluk. De lente zit in de lucht. Een week eerder was Nederland bedekt met een laag ijs en sneeuw.
Voor de familie Wolfsen uit Elburg was het winterweer juist reden om in actie te komen. In de voortuin van hun huis bouwden ze een iglo, waarna ze er om beurten de nacht doorbrachten. Het kwik daalde tot -14 graden Celsius, maar met isolerende matjes en wollen dekens haalden ze de morgen én het streefbedrag van duizend euro voor Compassion en Open Doors.
En zo zijn er nog veel meer initiatieven, lokaal of internationaal. Het wemelt ervan. Een koude douche voor vluchtelingen op Lesbos, een beklimming van de Mont Ventoux, marathons en Muskathlons. Je kunt in je eentje op pad of met de massa, als er tenminste geen coronabeperkingen zijn.
Ook in 2021 staan er weer wandel-, fiets- en zwemevents gepland ten behoeve van een goed doel. Zet je alle inspanningen voor goede doelen op een rijtje, dan vallen een paar dingen op.
1. Inspirerende individuen spelen een hoofdrol op het goededoelentoneel. Mensen willen niet alleen passief geven, maar zélf actievoeren. Ze laten zich raken door de nood van een ander en komen met plannen op de proppen. Massaal. Dat heeft te maken met de wens om iets te doen, om zelf in actie te komen en met eigen ogen te zien wat de impact is. Het heeft ook te maken met de behoefte aan beleving. De tijd dat velen een tientje gaven en het daarbij lieten, is voorbij.Goededoelenorganisaties maken daar gebruik van. Tot Heil des Volks juicht al dat eigen initiatief toe, zegt voorlichter Simone Schoemaker. De stichting bedenkt daarom steeds meer ‘belevingselementen’ om in die behoefte te voorzien. Woord en Daad riep ”Mijn actie” in het leven, waarmee mensen zelf een actiepagina kunnen maken om geld in te zamelen voor hun grensverleggende prestatie. Zo zie je dat Corné van Waay op 28 mei 2021 met een aantal kameraden de Elfstedentocht (235 kilometer) gaat fietsen en dat het team daarvoor al 23.632,50 euro heeft opgehaald.
Een eenling kan het verschil maken, mits hij op een slimme manier gebruikmaakt van zijn netwerk. Voor de mensen eromheen is het steunen van dergelijke acties best aantrekkelijk. Ze zijn overzichtelijk, hebben een kop en een staart. Als de buurman een voettocht door Spanje wil maken, spreekt dat tot de verbeelding. Zijn actie is zichtbaar en persoonlijk. Iemand zei eens: Mensen geven niet aan mensen, maar aan mensen met idealen. Als je zulke figuren kent en tegenkomt, is doneren zo gedaan.
Uit onderzoek blijkt dat steeds meer organisaties een beroep doen op een steeds kleiner wordende bevolkingsgroep die graag geeft, zegt Annemieke van der Horst van adviesbureau Transmissie. Die gevende bevolkingsgroep bestaat vooral uit christenen. Logisch dus dat fondsenwervers graag gebruikmaken van de vele bevlogen actievoerders.
Hoe meer naamsbekendheid de kartrekker heeft, hoe beter het is. Fondsenwerving kan niet meer zonder inspirerende personen. Op een andere manier is dat te zien aan de inzet van bekende mensen als boegbeeld van een organisatie. Deze zogenoemde influencers maken de organisatie zichtbaar.
2. Influencers kunnen niet zonder sociale media, het tweede wat opvalt. Succesvolle actievoerders gebruiken Instagram, Facebook en WhatsApp om een project onder de aandacht te brengen. Niet voor niets vroeg Stichting De Ondergrondse Kerk (SDOK) auteur en spreker Annemarie van Heijningen in 2018 mee op reis naar Pakistan. Door haar volgers op Facebook en andere sociale media is zij in staat grote groepen mensen te betrekken bij het werk voor vervolgde christenen.„Vroeger was het gemakkelijker om via de massamedia grote groepen te bereiken”, verklaart Van der Horst van Transmissie. Maar het medialandschap versplinterde en veranderde. Sociale media kwamen op. „Als je die niet inzet, ben je als fondsenwervende organisatie ternauwernood zichtbaar.”
Arjan Bal liet zijn volgers op dag 2 van de suptocht weten dat de opbrengst was gestegen tot 14.190 euro. Je zag hoe hij Sloten bereikte, hoe hij Balk passeerde en hoe zijn kinderen hem begroetten aan het einde van een vermoeiende dag. Daar kan geen kwartaalblad op de mat tegenop.
Maar valkuilen zijn er ook. Woord en Daad kiest bewust niet voor één boegbeeld, zegt directeur Rina Molenaar. „Ik moet zeggen dat ik dat kwetsbaar vind. Er hoeft maar iets fout te gaan met een ambassadeur of de kwestie kleeft aan jouw organisatie.”
Populariteit zegt haar daarom niet zo veel. Liever zet de directeur in op inhoud en betrouwbaarheid. En op lokale ambassadeurs, zoals de vrijwilligers die een kringloopwinkel draaiend houden.
Een andere valkuil is de vluchtigheid van sociale media. Je moet met je post een snaar raken, wil de boodschap effectief zijn. Hoe emotioneler de boodschap, hoe beter. „Je bent constant aan het zoeken naar wat mensen raakt”, vertelt Schoemaker van Tot Heil des Volks. „Tegelijk wil je geen kermis, je wilt integer blijven. We zijn bezig met een groot project onder prostituees. Je kunt gemakkelijk scoren met dit onderwerp, met als risico kwetsbare vrouwen opnieuw uit te buiten door hen voor je eigen karretje te spannen. Dat willen we niet. Wel laten we zien hoe bijzonder deze vrouwen zijn.”
En wat gebeurt er met mensen die buiten de boot vallen omdat hun zorgbehoefte geen traan kan opwekken? Zij blijven op sociale media buiten beeld.
- Actievoerders combineren liefdadigheid met sportieve, grensverleggende uitdagingen die het waard zijn om herinnerd te worden. Slapen in een iglo levert niet alleen geld en aandacht op voor het goede doel, maar is ook nog eens een leuke gezinsactiviteit die geheid het familiefotoboek zal halen. Kinderen maken een avontuur mee en leren tegelijk dat het leven niet alleen om hen draait. Met vrienden een bergpas bedwingen, is een onvergetelijke ervaring. Oftewel: je doet niet alleen een ander een plezier, maar ook jezelf.
Woord en Daad haakte in op de trend met het jaarlijkse sportevenement Sports for Others. In 2018 en 2019 speelde dit zich af in Zuid-Frankrijk, dit jaar komen sporters vanwege Covid-19 in Nederland in actie.
Voor andere organisaties is al die sportiviteit een mooie kans om geïnteresseerden kennis te laten maken met hun werkgebied. Neem de Muskathlon, waarbij deelnemers een sportieve prestatie leveren –wandelen, hardlopen of mountainbiken– in landen waar Compassion en Open Doors actief zijn. Door dit concept zien deelnemers met eigen ogen waar hun sponsorgeld terechtkomt. Er staan ontmoetingen op het programma met sponsorkinderen of met vervolgde christenen.
Omdat enkele reizen in 2021 geen doorgang kunnen vinden, staat er dit jaar voor de tweede keer een Muskathlon@home gepland. In Nederland dus. Tot Heil des Volks sloot zich bij het initiatief aan. „Wat wij zien”, zegt Schoemaker, „is dat organisaties veranderen in bewegingen. Je gaat samen ergens naartoe. Je tuigt een campagne op. Je roept mensen op: Help ons mee, laten we samen een vuist maken. Mensen haken daarbij aan en na een tijdje gaan ze weer wat anders doen.”
Illustratief is de ‘genoegweek’ die de Amsterdamse organisatie in het najaar organiseerde. Honderden mensen probeerden die week met veertig euro rond te komen, om zo te ervaren wat armoede is. Er kwam van alles los, zeker ook via de sociale media, zegt Schoemaker.
Zowel Woord en Daad als Tot Heil des Volks heeft niet de indruk dat nieuwe vormen van fondsenwerving de oude in de weg zitten, of dat het geefgedrag eronder lijdt. Vaste, trouwe donateurs vormen met hun steun nog steeds de ruggengraat van de organisaties. Daarbovenop komt de vaak forse bijdrage van mensen die zelf een actie op touw zetten. Kortom: je hoort ze niet klagen.