Open Doors constateert „een forse toename” van geweld tegen christenen in Afrika. Hoofd onderzoek Stephan da Silva noemt de tendens „zorgwekkend.” „Het geweld breidt zich steeds verder uit.”
Er zijn landen in sub-Sahara Afrika, waar het altijd al gevaarlijk is geweest om christen te zijn. Neem Somalië: nummer drie op de nieuwste Ranglijst Christenvervolging. Da Silva, hoofd onderzoek bij Open Doors, vertelt dat hij zo’n vijftien jaar geleden eens een Amerikaanse zendeling sprak die de ondergrondse kerk in het land in kaart had gebracht. „Hij berekende de overlevingskans voor tot het christendom bekeerde moslims na vijf jaar op zo’n 6 procent. Ik denk niet dat het nu veel beter is.”
Het Oost-Afrikaanse land is sterk islamitisch, het aantal Somalische christenen schat Da Silva op hooguit enkele honderden. Somaliërs zien etniciteit en geloof als een eenheid en beschouwen bekeerlingen dan ook als verraders. Een deel van de christenen in Somalië komt in kleine groepen samen, terwijl een ander deel het geloof in afzondering beleeft.
Nieuwer op de lijst zijn landen als Mozambique en de Democratische Republiek Congo. Da Silva ziet een uitbreiding van geweld van bepaalde, meer noordelijke regio’s, naar het zuiden. „Daarbij lijkt honger naar grondstoffen een rol te spelen. Militanten groepen maken gebruik van zwakke overheden.”
In de top 10 is Nigeria nieuw. Het rapport stelt dat in het land in 2020 3530 christenen om hun geloof zijn vermoord, op een wereldwijd totaal van 4761 omgebrachte christenen.
De cijfers die circuleren van het aantal slachtoffers van terreur in Nigeria lopen sterk uiteen. Hoe komt u aan uw cijfers?
„We krijgen informatie van lokale partners en doen eigen, professioneel veldonderzoek. Daarnaast doen we een beroep op externe partners voor verificatie. Elk geval willen we hard kunnen maken. Vanwege de reisbeperkingen konden we Nigeria in 2020 zelf beperkt in, waardoor dat proces moeilijker verliep. Het werkelijke aantal doden ligt waarschijnlijk dus nog een stuk hoger.”
Hoe weet u of iemand „om het geloof” omkomt? Militanten pakken in Nigeria om uiteenlopende redenen de wapens op, al dan niet onder de vlag van de jihad.
„Als gewapende groepen een dorp binnenvallen en daar lukraak aan het moorden slaan, bestempelen we omgekomen christenen niet als slachtoffers om het geloof. Maar als de militanten vragen naar de geloofsovertuiging en vervolgens enkel de christenen doden, wel. We moeten zeker weten dat dergelijke motieven een rol speelden.”
In Nigeria speelt een bloedig conflict om land tussen het islamitische, nomadische Fulanivolk en de overwegend christelijke boerenbevolking. Hoe wegen jullie een slachtpartij van Fulani op christelijke boeren?
„Het is steeds van belang ter plekke onderzoek te doen naar de omstandigheden. De uitkomst zal niet altijd hetzelfde zijn.”
Eritrea sloot in 2018 vrede met Ethiopië, wat verwachtingen wekte voor een verbetering van de mensenrechtensituatie in het land. Maar daar lijkt niets van terecht gekomen.
„De verwachtingen waren hooggespannen. We hoopten op versoepelingen op mensenrechtengebied. Maar dat is helaas niet gebeurd. Bepaalde kerken zijn vanouds toegestaan in Eritrea, maar met name evangelische christenen hebben het nog altijd zwaar te verduren.”
Positieve veranderingen kwamen er wel in Sudan, waar president al-Bashir in 2019 ten val kwam. Toch staat het land nog altijd op nummer dertien. Hoe zit dat?
„De nieuwe Sudanese autoriteiten zetten inderdaad een aantal belangrijke stappen, ook in de praktijk. Zo zijn er recent een aantal jihadisten opgepakt voor de aanval op een kerk. Voorheen was dat ondenkbaar. Ik had daardoor persoonlijk een grotere daling van Sudan op de lijst verwacht. Ik moet daarbij opmerken dat de ranglijst uitgaat van cijfers tot en met 30 september 2020. Ik vermoed dat Sudan lager had gestaan als de overige maanden van het jaar waren meegenomen. Sudan is één van de weinige landen waar een keer ten goede zichtbaar is. Helaas zie ik geen andere.”
In de top 10 staan verschillende landen die steevast terugkeren, zoals Noord-Korea, Afghanistan, Pakistan en Iran. Hoe hoopvol bent u dat daar nog eens verandering in komt?
„Dat verschilt per land. Als Noord-Korea ooit een ander regime krijgt, kan het hard gaan met de veranderingen. Hetzelfde geldt in Iran, waar een groot deel van de bevolking zeer kritisch tegenover een politieke islam staat. Voor landen als Afghanistan en Pakistan ben ik echter pessimistischer. Daar kan de vervolging van christenen rekenen op veel bredere steun onder de bevolking.”
De laatste jaren kwamen er wereldwijd meer speciale gezanten voor godsdienstvrijheid. De Europese Unie stelde er één aan, nagevolgd door onder meer Nederland. Ziet u daar effecten van?
„Nee, helaas. Het is mooi dat er aandacht is voor godsdienstvrijheid, maar ik zie geen omzetting van mooie woorden naar daden.”
Brussel wijst op de inzet voor de Pakistaanse christen Asia Bibi, wat resulteerde in haar vrijlating.
„Dat is natuurlijk prachtig, maar het blijft een losstaand geval. Wat heeft Europa gedaan voor jezidi’s en christenen in Syrië en Irak, ten tijde van de overheersing door Islamitische Staat? Dat is toch beschamend geweest? Op dit moment vrezen veel christenen in Syrië de invloed van Turkije. Ze zijn er nog banger voor dan voor IS. Maar wat doet Brussel richting Ankara? Ik vraag me echt af: waar zijn jullie?”