Opinie

Wat is vrijheid van godsdienst en onderwijs ons waard?

Hopelijk staan ook Kamerleden zonder christelijke huwelijksvisie pal voor de klassieke tolerantie. Anders wordt de vrijheid van godsdienst en onderwijs uitgehold. Komt het toch zover, zijn we dan bereid offers te brengen?

A. B. Goedhart en dr. P. de Vries
18 November 2020 09:39Gewijzigd op 30 November 2020 11:09
„Minister Slob gaf eerst aan dat reformatorische scholen van ouders instemming met de schoolidentiteit mogen vragen, maar wekt nu de indruk dat hij bereid is mee te werken aan inperking van de vrijheid van onderwijs.” Foto: Kamerdebat over een aangescherp
„Minister Slob gaf eerst aan dat reformatorische scholen van ouders instemming met de schoolidentiteit mogen vragen, maar wekt nu de indruk dat hij bereid is mee te werken aan inperking van de vrijheid van onderwijs.” Foto: Kamerdebat over een aangescherp

In de Tweede Kamer werd een belangrijk debat gevoerd dat de vrijheid van onderwijs en in het verlengde daarvan de vrijheid van godsdienst raakt. Het debat werd helaas gekenmerkt door begripsverwarring. Inzet was de klassiek-christelijke visie van reformatorische scholen op huwelijk en seksualiteit. Onterecht werd gezegd dat deze scholen ouders vragen afstand te nemen van homoseksualiteit. Dat is niet zo. Ook christenen die vasthouden aan de Bijbelse visie op huwelijk en seksualiteit weten dat er mensen met homoseksuele gevoelens zijn. Ze wijzen hen niet af.

Zij zijn ervan overtuigd dat, sinds de mens aan het begin van de geschiedenis van de mensheid van God afviel, mensen allerlei gevoelens hebben die strijden met Gods bedoelingen. We kunnen denken aan het zoeken van eigenbelang. Sinds de zondeval is er ook niemand die in zijn gedachten op seksueel gebied niet faalt. Daarom hebben wij allen bekering nodig en moeten wij in de navolging van Christus onszelf verloochenen. Een christelijke school wil meeleven met leerlingen met homoseksuele gevoelens. Reformatorische scholen doen dat ook. Van christelijke scholen mag niet worden gevraagd dat zij voor andere seksuele relaties dan het huwelijk ruimte zien. Dan vraag je hun namelijk Christus te verloochenen.

Ook wijzen christenen mensen met andere keuzes of visies toch als mens niet af. Dat geldt niet alleen rond huwelijk en seksualiteit, maar ook rond het bestaan van de enige God en het geloof dat Jezus Christus de enige weg tot God is. Wel vragen zij de vrijheid om dit getuigenis in kerk, gezin en school door te geven aan een nieuwe generatie. De vrijheid ook om in de samenleving hiervoor uit te komen. De overheid moet dan dreigementen jegens christenen geen wettelijk fundament geven maar ervoor waken een rechtsstaat te blijven, waarin een minderheid zich veilig weet.

School is van de ouders

De verantwoordelijke minister Slob gaf eerst aan dat reformatorische scholen van ouders instemming met de schoolidentiteit mogen vragen. Maar onder druk van de publieke opinie lijkt Slob bereid dit niet te handhaven. Hij wekt nu de indruk dat hij bereid is mee te werken aan inperking van de vrijheid van onderwijs. Leerlingen moeten zich op school veilig voelen, maar met deze ontwikkelingen wordt een school voor christenleerlingen een onveilige omgeving, zoals ook de samenleving voor hen op dit gebied een stuk onveiligheid krijgt.

De gedachte achter de vrijheid van onderwijs in Nederland is dat de school van de ouders is. Zij kunnen vanuit een bepaalde identiteit een school oprichten. Uiteraard vraagt die school dan nieuwe ouders om hun instemming. Kunnen zij die niet geven, dan zijn er andere scholen. Niemand hoeft zich gedwongen te voelen.

ChristenUnie-leider Segers deed helaas mee aan de begripsverwarring. Ook hij dacht dat, in strijd met de feiten, reformatorische scholen van mensen zouden vragen hun identiteit af te wijzen. Toen hem werd gevraagd of scholen dan wel mogen vragen dat ouders instemmen met de Bijbelse visie op huwelijk en seksualiteit, wilde hij geen antwoord geven. Dat is vanuit Bijbels én staatrechtelijk oogpunt bedenkelijk.

Echte tolerantie betekent dat je bereid bent opvattingen die je volstrekt niet deelt toe te laten in het publieke domein. De klassieke vrijheden waarop onze rechtsstaat is gebaseerd, zijn daarvan het fundament. In feite heeft een Kamermeerderheid moeite met het beginsel dat een levensbeschouwelijke meerderheid bereid moet zijn om levensbeschouwelijke minderheden te tolereren.

Gebed

In christelijke kring is de Duitse theoloog Dietrich Bonhoeffer een voorbeeld. Hij keerde zich tegen de meerderheid in de samenleving, ook toen het overheidsbeleid offers ging vragen. Die offers bleken zwaarder dan de offers die Nederlandse christenen nu of straks moeten brengen. We noemen ook de Duitse predikant Paul Schneider. Nog voordat de oorlog uitbrak, heeft hij, toen hij de onchristelijke ideologie van de meerderheid durfde weerstaan, het offer van zijn leven gebracht. Laat het niet zo zijn dat men, nu dat iets gaat kosten, niet durft op te komen voor een rechtsstaat die minderheden ruimte geeft. Dan zijn die Duitse theologen beschamende voorbeelden.

Nederland ontstond in een worsteling om vrijheid. Dat was niet uitsluitend, maar wel allereerst de vrijheid om God overeenkomstig met Zijn Woord te dienen. We vragen de overheid deze vrijheid te handhaven. Om het handelen van christenen te begrijpen, moet de overheid weten dat een christen allereerst een burger is van het Koninkrijk van God en dan pas staatsburger. Een christen wil de overheid gehoorzamen, ook als hij het beleid niet bijvalt. Maar als de overheid iets vraagt wat ongehoorzaamheid aan Christus betekent, gaan de gehoorzaamheid aan Christus en navolging van Hem boven alle andere keuzes. We hopen dat de Nederlandse overheid christenen niet voor deze keuze stelt.

Laten christenen niet vergeten hun belangrijkste wapen te gebruiken: het aanhoudende gebed. Gebed voor de overheid, vooral voor christenbestuurders en christenpolitici, als ze opkomen voor de vrijheid van godsdienst. Gebed om de komst van Gods Koninkrijk. Van de verhoring van deze laatste bede mogen we volkomen zeker zijn. Christus zal Zijn kerk beschermen en bewaren. Daarom mag iedereen die Hem toebehoort welgemoed zijn.

A. B. Goedhart is oud-hoofd van een School met de Bijbel, dr. P. de Vries is docent aan het Hersteld Hervormd Seminarie. >>drpdevries.com voor een uitgebreidere versie van dit artikel.

RD.nl in uw mailbox?

Ontvang onze wekelijkse nieuwsbrief om op de hoogte te blijven.

Hebt u een taalfout gezien? Mail naar redactie@rd.nl

Home

Krant

Media

Puzzels

Meer