Debatstijl Macron en Le Pen slecht voor herstel vertrouwen in politiek
Een twee uur durende uitwisseling van beledigingen. Zo noemen veel media het tv-debat van woensdagavond tussen de twee Franse presidentskandidaten, Emmanuel Macron en Marine Le Pen.
Fransen hebben in de wereld de naam van beschaafd, gemanierd en goed gekleed, en zo zagen de kandidaten er woensdag ook uit. Maar wie ging luisteren, hoorde twee kemphanen. Deze debatstijl voedt vooral het bittere cynisme van mensen tegenover de overheid. Veel politici spreken over herstel van vertrouwen tussen burger en bestuur. Maar zo’n herstel begint met een waardig optreden van hen die de leiding van het land nastreven. Wat dat betreft verloren ze woensdagavond dus allebei.
Komende zondag beslist de Franse kiezer wie het nieuwe staatshoofd wordt. Vorige week zondag was de eerste ronde, toen er elf kandidaten streden om het vertrouwen. Macron en Le Pen eindigden toen als de grootsten, en tussen hen gaat de eindsprint.
Deze verkiezing is niet alleen belangrijk voor Frankrijk, maar voor heel Europa en eigenlijk voor de hele wereld. Frankrijk is een grootmacht, wat inhoudt dat het land een permanente zetel in de Veiligheidsraad van de Verenigde Naties heeft en daardoor een stempel drukt op alle internationale kwesties. Ook in de Europese Unie is de ”as tussen Berlijn en Parijs” cruciaal. De uitkomst van de stemming komende zondag is daarom voor Nederland van minstens zo groot belang als de verkiezing van president Trump in de VS.
Als het gaat over de internationale koers van Frankrijk valt er zeker ook iets te kiezen. Macron wil „meer Europese integratie”, ook al zwakte hij dat de afgelopen week wat af. Le Pen wil juist de andere kant op. Net als de Britse (oud-)premier Cameron wil zij met de EU onderhandelen over de terugkeer van soevereiniteit naar Parijs. Daarnaast wil ze een referendum over de euro, de gemeenschappelijke munt.
Vorig jaar koos Groot-Brittannië met 52 procent voor vertrek uit de Europese Unie. Voor het land dat jarenlang de grootste dwarsligger in de EU was, is zo’n meerderheid niet groot. Of een vergelijkbare stemming daarom in Frankrijk op een meerderheid kan rekenen, is daarom de vraag. Frankrijk is immers altijd een van de grote motoren van de Europese integratie geweest. Hoewel met deze toevoeging dat EU-beleid voor Parijs het verlengstuk van Frankrijk was.
Maar toch, als Le Pen president wordt, groeit de onzekerheid in de EU nog meer, terwijl we nog niet eens weten waar het schip van de brexit gaat stranden. Een stem op haar is geen stem voor stabiliteit.
In de peilingen is de voorsprong van Macron groot: hij zou 60 procent kunnen krijgen, tegenover 40 procent voor Le Pen. Dat is op zich een daverende overwinning. Maar als Le Pen inderdaad die 40 procent binnenhaalt, moeten we ook zeggen dat het Franse nationalisme weer terug is. In 2002 won Chirac met 82 tegenover 18 procent van vader Jean-Marie Le Pen.
De winst van Le Pen valt op te tellen bij vergelijkbare tendensen in de wereld: de PVV in Nederland, Trump in de VS. En maandagochtend zal dan ook het nieuws zijn dat het groeiende nationalisme heel goed weleens de volgende verkiezingen kan winnen.