Helft Nederlandse pulsvissers mag twee jaar door
Het door Nederlandse vissers gevreesde pulsvisverbod wordt ingevoerd, maar de helft van de Nederlandse kottersvloot kan tot 1 juli 2021 blijven vissen met de pulstechniek. Het gaat dan om bijna 42 schepen. Dat zijn onderhandelaars van de EU-lidstaten, het Europees Parlement en de Europese Commissie in Straatsburg overeengekomen.
De andere helft raakt zijn vergunning dit jaar kwijt. Als uit nieuw wetenschappelijk onderzoek blijkt dat de methode, waarbij platvis via stroomstootjes het net in worden gedreven, niet schadelijk is voor het milieu en de vissen, kan het verbod worden teruggedraaid. Dan moet de Europese Commissie wel een nieuw voorstel indienen om de pulstechniek voor de visserij toe te staan. Voor onderzoek naar nieuwe vistechnieken waaronder de puls mag elk EU-land zes schepen per project inzetten, ook nog na 1 juli 2021.
Europarlementariër en onderhandelaar Peter van Dalen (ChristenUnie) zei na afloop van de onderhandelingen niet tevreden te zijn met het resultaat, maar het akkoord is volgens hem het best haalbare. Volgens Annie Schreijer-Pierik (CDA) is „iets beter dan niet”. „De overgangsperiode was het enige dat nog uit deze tragische impasse te halen viel”, zegt ze. „Maar de vraag blijft: kunnen de pulsvissers hun investering van honderdduizenden euro’s nu nog deels terugverdienen?”
Pulsvisserij is een Nederlandse vinding en Nederlanders zijn vrijwel de enigen in Europa die hier op grote schaal mee werken. Er gold overigens al een verbod op pulsvisserij. Nederland zit met ontheffingen voor 84 schepen ver boven de toegestane 5 procent van de vloot.