De Russen hebben hun maag vol van het Westen: eerst de sancties van de Verenigde Staten, waarbij de Russische economie een klap kreeg. Nu een aanval op Syrië, Ruslands bondgenoot. „Slimme raketten moeten richting terroristen vliegen, niet richting legale overheden”, liet het ministerie van Buitenlandse Zaken weten.
De Russen klaagden vorige week nog dat er met hen niet te praten valt in „sanctietaal.” De VS knoopten deze woorden in de oren en lieten met echt wapengekletter van zich horen. Waarop de Russen feitelijk alleen nog maar konden toekijken.
De Russische president Vladimir Poetin reageerde weliswaar met fors verbaal geweld, maar zijn boodschap was een dubbele. Enerzijds noemde hij de aanval een flop, anderzijds was die kennelijk wel ernstig genoeg om met een sterke veroordeling te komen.
Met de aanval reduceerden de Verenigde Staten, Frankrijk en Groot-Brittannië het internationaal recht tot „wc-papier”, zo merkte de Russische parlementariër en militair analist Igor Korotsjenko snedig op. Het Russische minister van Buitenlandse Zaken benoemde hetzelfde pijnpunt en voegde eraan toe dat de geallieerden bovendien uitspraken van de VN-Veiligheidsraad negeerden. Dat gremium wilde vorige week geen verantwoordelijke aanwijzen voor de vermeende gifgasaanval.
Moskou sneerde dat de aanval kennelijk bedoeld was om medewerkers van de OPCW, het orgaan dat het gebruik van chemische wapens onderzoekt, te dwarsbomen in hun onderzoek door bewijsmateriaal te vernietigen.
De Amerikaanse claim dat de aanval geslaagd was vonden de Russen tamelijk overdreven. Nog geen derde van de raketten trof doel: 83 van de 113 afgevuurde wapenstukken werden uit de lucht geplukt door een dertig jaar oud Syrisch luchtafweersysteem dat nog uit de Sovjet-Unie stamt, merkten de Russen trots op.
Rusland heeft er voordeel bij de aanval zo veel mogelijk te bagatelliseren. Moskou weet namelijk dat een rechtstreekse aanvaring met het Westen gelijk staat aan militaire en economische zelfmoord. Hoe kleiner de aanval, hoe geringer de morele druk voor Moskou om terug te moeten slaan.
Een andere reden waarom Rusland geen oorlog wil is dat de wederopbouw van Syrië voor Rusland lucratief is. Assad meldde dit weekend dat hij voor onder meer gas- en olieleveranties een beroep wil doen op Russische bedrijven. In een tijd van economische sancties is dit voor Poetin uiteraard uiterst interessant, en daar moet vooral geen oorlog tussenkomen.
Het Russische volk staat in dit alles in groten getale achter zijn president. Russische media spreken schande van de aanval en wezen er fijntjes op dat de Amerikanen faalden in de strijd rond Syrië. Ze wisten in nog geen tien jaar een einde te maken aan IS, terwijl de Russen in nog geen twee jaar de overwinning claimden. Met deze aanval laat het Westen volgens Poetin zien dat ze niet de vrede in het land nastreven. „Door hun acties maken de VS de al catastrofale humanitaire situatie in Syrië alleen maar erger”, stelde hij.