Uit een grootschalige studie onder 54.000 boeren die jarenlang Roundup gebruikten, blijkt dat de werkzame stof glyfosaat toch niet kankerverwekkend is. Eerder verdacht de Wereldgezondheidsorganisatie WHO glyfosaat ervan dat het wel kanker veroorzaakt. De lidstaten van de Europese Unie verschillen van mening over de toelaatbaarheid ervan en moeten voor 15 december een knoop doorhakken. Ook in Nederland is het onkruidbestrijdingsmiddel algemeen in gebruik.
Het onderzoek is uitgevoerd door het National Cancer Institute in het Amerikaanse Rockville. Het is donderdag gepubliceerd in het vakblad van het instituut, het Journal of the National Cancer Institute.
In totaal 54.251 boeren zijn ondervraagd. Zij hadden in de periode van 1993 tot 1997 een vergunning aangevraagd voor het gebruik van pesticiden. Van hen gebruikte 83 procent glyfosaat. De boeren zijn in de periode 1999-2005 ondervraagd op het voorkomen van kanker en bij dit onderzoek zijn gegevens gebruikt uit 2012 en 2013.
Onder de totale groep hebben 7290 personen gemeld dat ze een vorm van kanker hebben (13,4 procent). Van de boeren die glyfosaat gebruiken, hebben er 5779 (12,9 procent) melding gemaakt van kanker. De onderzoekers hebben verder rekening gehouden met leeftijd, geslacht, het gebruik van alcohol en tabak en het voorkomen van kanker in de familie. Daarnaast brachten de wetenschappers in kaart hoeveel dagen per jaar en hoeveel jaren de boeren glyfosaat hadden gebruikt. Bij geen enkele van de verschillende vormen van kanker bleek er een verband te zijn met glyfosaatgebruik. Alleen acute myeloide leukemie, een vorm van bloedkanker, kwam iets vaker voor bij de boeren die vaak glyfosaat gebruikten vergeleken met degenen die het middel nooit gebruikten, maar ook dat verschil was niet significant.
De uitkomsten van dit onderzoek kunnen van belang zijn voor de besprekingen binnen de Europese Unie over de toelating van glyfosaat. Donderdag kwamen de lidstaten niet tot overeenstemming over een voorstel om de toelating met vijf jaar te verlengen. De kwestie houdt de gemoederen al lang bezig.
De Wereldgezondheidsorganisatie WHO stelde in 2015 dat glyfosaat waarschijnlijk kankerverwekkend. Dat rapport was voor een belangrijk deel gebaseerd op dierstudies. De WHO reageerde destijds ook op het onderzoek onder boeren en gaf aan dat het om waardevol onderzoek ging maar dat het gebaseerd was op een te korte periode. De WHO wees op een andere studie waarbij er een verband werd gevonden tussen glyfosaat en lymfklierkanker (Non-Hodgkin lymfoom).
In het huidige vervolgonderzoek is die onderzoeksperiode met zeven tot elf jaar verlengd, zodat een eventueel effect van glyfosaat beter zichtbaar zou kunnen worden. Desondanks blijkt nu dat er geen verband tussen glyfosaat en kanker aangetroffen is, ook niet voor lymfklierkanker.
Een van de directeuren van Monsanto, Scott Partridge, zei tegen Reuters dat de studie duidelijk de veiligheid van het middel aantoont. “Dit is de grootste studie van akkerbouwers in de geschiedenis, over de langste tijdsspanne. Dit is de gouden standaard en die toont definitief aan dat het gebruik van glyfosaat in gewone omstandigheden geen kanker veroorzaakt.”
Critici van dit onderzoek wijzen erop dat hierbij alleen gekeken is naar de eventuele relatie tussen glyfosaatgebruik en kanker en alleen bij boeren die het middel gebruiken. Er zijn ook studies die erop wijzen dat glyfosaat andere gezondheidsgevolgen heeft en dat het middel ook in de voedselketen terecht kan komen.