John Piper: Kruis leidt tot heerlijkheid van God
Maar twee weken per jaar kleurt de esdoorn in zijn voortuin rood, geel en oranje. John Piper ziet de boom als een kleine gelijkenis van God, voor hem persoonlijk. „Iedere dag, twee weken lang, vertelt deze boom me over Gods heerlijkheid.”
In een donker „verzamelgebouw”, aan een kilometerslange weg door een industrieterrein in Minneapolis, bevindt zich het kantoor van ”Desiring God”. Met deze organisatie vraagt Piper aandacht voor wat volgens hem het hoogste doel van de mens is: de verheerlijking van God door eeuwig van Hem te genieten.
En daartoe is de esdoorn in zijn tuin een middel, zegt Piper in een werkkamer. Hij haalt zijn iPhone tevoorschijn. „Kijk, dit is de boom die ernaast staat. Hij heeft zijn bladeren al verloren. Zo zal het met de esdoorn ook gaan. Maar door zijn prachtige kleuren herinnert hij me nu nog dagelijks aan de heerlijkheid van God.”
Volgens de Amerikaanse predikant deed de Reformatie een aantal grote ontdekkingen, zoals de centraliteit van de Bijbel en het geloof als enig middel om gered te worden. „Voor de reformatoren was de soevereine genade van God het fundament. Toen Maarten Luther met Desiderius Erasmus in gesprek ging over de vrije wil, zei hij: Dit is de kern van de zaak. Als je niet doorhebt dat de wil gebonden is, heb je ook niet door hoeveel genade er nodig is om een mens te verlossen. We kunnen niets bijdragen aan onze redding. Die komt alleen van God, en daarom is alle eer voor Hem alleen: soli Deo gloria.
Als je eenmaal overweldigd bent door Gods Woord, neem je de Bijbel van kaft tot kaft serieus. Dan zie je op bijna elke pagina het doel van God: dat mensen Zijn heerlijkheid zien, smaken en weerspiegelen.
Of dat het hart van de Reformatie is? Het zou goed kunnen. Gods heerlijkheid is het doel van alles. Of je nu eet of drinkt of iets anders doet, laat alles tot eer van God zijn.”
Wat betekenen de woorden ”eer” of ”heerlijkheid” in soli Deo gloria?
„De heerlijkheid van God is het afschijnsel en de schoonheid van Zijn volkomenheden. Zijn heerlijkheid ligt dicht bij Zijn heiligheid, zoals Jesaja 6 laat zien. De engelen roepen uit: „Heilig, heilig, heilig is de Heere der heirscharen! De ganse aarde is van Zijn heerlijkheid vol!” Je verwacht dat Jesaja zou zeggen: „De ganse aarde is vol van Zijn heiligheid.” Maar nee, de engelen roepen: „Heerlijkheid.” Ik denk dat de reden is dat heiligheid Zijn innerlijke volkomenheid is: alles wat Hij in Zichzelf is. Als die tot ons komt, is dát Zijn heerlijkheid. Dan is de hele aarde vol van de glans en schittering van Zijn heiligheid.”
Volgens Luther kunnen mensen God alleen in Zijn heerlijkheid en majesteit kennen als ze Hem ook leren zien in Zijn nederigheid en in de schaamte van het kruis. Eens?
„Ja, want wat God uniek maakt, is niet enkel Zijn majesteit. Er bestaat als het ware een huwelijk tussen majesteit en zachtmoedigheid.”
Hij pakt zijn Bijbel erbij. „In Jesaja 57:15 staat dat God in de hoogte en in het heilige woont, en bij degenen die een verbrijzelde en nederige geest hebben. Het kruis is de plek waar Hij laat zien hoe diep Hij wilde gaan in Zijn genade om mensen op te richten uit de dood en om hen Zijn majesteit te laten zien.
In Filippenzen 2 staat dat Christus Jezus de gestalte van een dienstknecht heeft aangenomen en de mensen gelijk is geworden. Hij heeft Zichzelf vernederd, gehoorzaam geworden tot de dood aan het kruis. Wat betekent dat? Christus is gezonden, naar beneden. Naar het laagst mogelijke, namelijk de schaamte, pijn en kwelling van het kruis.
En dan is het volgende woord: „Dáárom.” „Daarom heeft God Hem ook uitermate verhoogd, en heeft Hem een Naam gegeven, welke boven alle naam is; opdat in de Naam van Jezus zich zou buigen alle knie van degenen die in de hemel en die op de aarde en die onder de aarde zijn. En alle tong zou belijden, dat Jezus Christus de Heere zij, tot heerlijkheid van God de Vader.”
Dus wat met heerlijkheid begint, eindigt in heerlijkheid. En daartussen staan Zijn lijden, nederigheid en zachtmoedigheid. Ik denk dat je de heerlijkheid van de God van het universum niet echt kunt leren kennen als je geen weet hebt van het lijden van Zijn Zoon.”
Kan de nadruk op de heerlijkheid van God afleiden van een Bijbelse theologie van het kruis?
„Een Bijbelse theologie van de glorie is noodzakelijkerwijs een theologie van het kruis. Een kernvers voor mij is 2 Korinthiërs 4:4: „De god van deze eeuw heeft de zinnen verblind, namelijk van de ongelovigen, opdat hen niet bestrale de verlichting van het Evangelie van de heerlijkheid van Christus.” Dus in het Evangelie –Christus stierf voor onze zonden– schijnt Zijn heerlijkheid het helderst. In het kruis bereikt het Evangelie zijn top. Het doel van de verlossing is dat we Zijn heerlijkheid zien.
Een theologie van de glorie kán een bepaald soort triomfantelijkheid met zich meebrengen. Sommige christenen denken dat het draait om kracht, om grote kerkgebouwen, bla bla bla. Dat is welvaartsevangelie. Of de theologie van de Rooms-Katholieke Kerk in de middeleeuwen, die grote kathedralen bouwde omdat ze geloofde in een God van glorie.
Maar daarmee verwaarlozen we het lijden, de nederigheid en de eenzaamheid. Heerlijkheid houdt niet alleen in dat Christus Jezus Zich tot het laagste punt vernederde, maar ook dat Hij Zijn volk tot een leven van nederigheid, lijden, opoffering en dienstbaarheid roept. Het doel is niet een leven met de allerduurste kleding, auto’s en huizen.”
Wat kan christenen afhouden van een leven tot eer van God?
„Mensen zijn egoïstisch. We houden van onze eigen eer en heerlijkheid. Dat is de meest fundamentele zonde en het grootste obstakel om God te kennen, lief te hebben, te gehoorzamen en dienstbaar te zijn aan deze wereld.
Jezus zegt in Johannes 5:44: „Hoe kunt gij geloven, gij, die eer van elkander neemt, en de eer, die van God alleen is, niet zoekt?” Het antwoord is nee. Geloven in Christus is onmogelijk voor mensen die hun eigen eer zoeken. Zolang we de eer van mensen zoeken –en dat doen we totdat de Heilige Geest ons breekt– kunnen we ons vertrouwen niet op Hem stellen. Je kunt vele goede werken doen, zelfs een ziekenhuis voor andere mensen bouwen, maar als je daarmee niet de eer van God op het oog hebt, schiet het uiteindelijk aan zijn doel voorbij.”
Dit is het vijfde en laatste deel van een serie over de kernpunten van de Reformatie, die 500 jaar geleden begon.