„Tientallen doden door gifgasaanval Syrië”
Bij een luchtaanval op een plaats in de noordelijke Syrische provincie Idlib is vermoedelijk gifgas gebruikt, zegt het Syrisch Observatorium voor de Mensenrechten. Door de aanval kwamen zeker 58 mensen om het leven. Onder hen zijn elf kinderen.
Het in Groot-Brittannië gevestigde Observatorium vreest dat het aantal doden nog zal oplopen.
Uit Khan Sheikhoun komen foto’s en video’s van slachtoffers, kinderen zowel als volwassenen, die moeite hebben met lopen en ademhalen. Sommigen hebben ook schuim om de mond. Hulpverleners spoelden de getroffenen af met water. Een arts zei dat drie patiënten vernauwde pupillen hadden die niet op licht reageerden. De genoemde symptomen worden meestal in verband gebracht met blootstelling aan gifgas.
De activisten konden niet zeggen welk middel bij de aanval kan zijn gebruikt. De aanval zou door Syrische of door Russische gevechtsvliegtuigen zijn uitgevoerd. In de afgelopen week zouden er ook al twee gifgasaanvallen zijn geweest in de provincie Hama, in een gebied niet ver van Khan Sheikhoun.
De provincie Idlib is vrijwel geheel in handen van tegenstanders van de Syrische regering. Er verblijven volgens gegevens van de Verenigde Naties zo’n 900.000 mensen die hun woonplaatsen elders in Syrië zijn ontvlucht. In Idlib zitten ook veel strijders van jihadistische groepen, die na de val van de stad Aleppo zijn uitgeweken. Rebellen en vertegenwoordigers van de oppositie vrezen dat de regering dit zal aangrijpen als excuus voor een meer geconcentreerde aanval op de overvolle provincie.
In de oorlog in Syrië zouden al vaker chemische wapens zijn ingezet, vooral chloorgas. De ergste aanval, in augustus 2013 in Ghouta bij Damascus, kostte honderden mensen het leven. Volgens de Verenigde Naties werd toen het zenuwgas sarin gebruikt.