Opinie
Samenspel tussen overheid en inwoner past bij christelijk burgerschap

Samenspel tussen overheid en inwoner past bij christelijk burgerschap, reageren drs. P. J. Verheij RA en ir. J. N. Rozendaal op mr. Corry-Anne van der Tang-Everse (RD 10-12).

drs. P. J. Verheij RA en ir. J. N. Rozendaal
16 December 2016 08:36Gewijzigd op 16 November 2020 09:22
beeld gemeente Alblasserdam
beeld gemeente Alblasserdam

Mr. Corry-Anne van der Tang-Everse stelt dat burgerparticipatie averechts werkt. Haar opinie­bijdrage is doorspekt met pittige uitspraken die debat oproepen en om weerwoord vragen.

Is het klimaat in het lokaal bestuur écht van dien aard dat code oranje moet worden afgekondigd? Feit is dat er recent veel rapporten verschenen waarin gepleit wordt voor een impuls voor de lokale democratie. In ”Tussen stemmen en sturen” reflecteert ook het wetenschappelijk instituut van de SGP op de gevolgen van de netwerksamenleving.

Terecht stipt Van der Tang-Everse het principe aan van de overheid die regeert bij de gratie Gods. De roep om meer burgerparticipatie vraagt om een principiële doordenking van het ambt van de overheid. Het is in dat licht wat al te lichtvaardig om te stellen dat „niet al te veel vertrouwen in de macht gezond is.. Uitgangspunt 
is het ambt van de overheid en 
de gehoorzaamheid daaraan van haar burgers. Het gezag benaderen vanuit wantrouwen past daar niet bij. ”Checks and balances”, uitgevoerd in vertrouwen, zijn veel gezonder dan controle van de macht vanuit wantrouwen.

Vaak wordt de roep om verandering gedaan door aanhangers van de volkssoevereiniteit. Dat vraagt om waakzaamheid. Gaat het om de norm of om de vorm? Vanuit eigen principiële vertrekpunten bezien kan de uitkomst zijn dat verandering van vorm ook gezond is voor vitaal lokaal bestuur.

De overheid heeft in de twintigste eeuw veel taken naar zich toegetrokken die haar niet principieel toebehoren. Dat vraagt om herbezinning. Loslaten en ruimte biede voor participatie past prima in het gedachtegoed dat de overheid niet overal over moet gaan. Op veel vlakken is er niets principieels op tegen om ruimte te geven aan maatschappelijk initiatief en participatie. Overigens is een precieze definitie van de taak van de overheid door de SGP nooit gegeven.

Artikel 8 van het beginselprogram van de SGP heeft het over „onder medewerking van het volk.” Deze notie lijkt bij Van der Tang-Everse uit beeld geraakt. Er zijn inmiddels veel meer mogelijkheden en vormen om het samenspel vorm te geven dan het toekennen van het kiesrecht. Onze stelling is dat het niet gaan om óf de overheid óf de inwoners aan de macht, maar dat het gaat om het samenspel tussen de participatieve en de representatieve democratie. Hierbij passen duidelijke afspraken, regels en procedures.

De stelling van Van der Tang-Everse dat het gewoon niet samengaat, is uit de praktijk te weerleggen en strookt ook niet met de noties in de SGP-studie ”Tussen stemmen en sturen”. Daarin heeft Arwin van Buuren terecht aangegeven dat het de plicht van christelijk burgerschap is om de ruimte te benutten die de overheid geeft voor participatie. Dat biedt mogelijkheden om actief en getuigend present te zijn, zo stelde hij ook recent in de SGP-uitgave ”Zicht”.

Inwoners, zo is onze ervaring, kunnen best leven met een afwijkend besluit. Procedurele rechtvaardigheid is echter van essentieel belang. Eerlijk, transparant bestuur en gehoord worden zijn kernwaarden voor een vertrouwensvolle relatie met inwoners.

Kernpunt blijft dat de legitimiteit van de politieke besluitvorming niet wordt ondergraven. Dat vraagt van zowel het college, de gemeenteraad, de organisatie als de inwoners een juiste rolbepaling en rolneming. En wel tijdens het proces in plaats van ”ja, of ja” aan het eind van de pijplijn. Als dat het overheersende gevoel is bij raadsleden dan is het simpelweg niet goed georganiseerd.

Een aanpak van ”samen doen” ondersteunt het vertrouwen in het lokaal bestuur. Wij zien het zelfs als een remedie tegen plat populisme dat op dit moment via bewegingen zoals GeenPeil de kop opsteekt. Die maken er op dit vlak een behoorlijke janboel van.

Terecht stelt Van der Tang-Everse het vertrouwen in het lokaal bestuur aan de orde. Daarbij moet echter niet het kind met het badwater weggegooid worden door te stellen dat participatieprocessen alleen maar tot teleurstelling leiden en afbreuk doen aan het vertrouwen. Deze maatschappelijke trend in het lokaal bestuur vraagt om een principieel én genuanceerd antwoord. Een antwoord waarbij we onze op de Schrift gegronde principes en noties in onze tijd handen en voeten geven.

De auteurs zijn wethouder voor de SGP in respectievelijk Alblasserdam en Papendrecht.

RD.nl in uw mailbox?

Ontvang onze wekelijkse nieuwsbrief om op de hoogte te blijven.

Hebt u een taalfout gezien? Mail naar redactie@rd.nl

Home

Krant

Media

Puzzels

Meer