Manifest: Joods-christelijke wortels van Nederland zijn mythe
Theoloog des Vaderlands Janneke Stegeman en theoloog des Twitterlands Alain Verheij noemen de joods-christelijke wortels van Nederland „een mythe.”
De twee theologen schrijven dat in een kritisch manifest over de christelijke traditie dat dinsdag is gepubliceerd op nieuwwij.nl. Aanleiding voor hun schrijven is dat „de peilingen 36 zetels aangeven voor een partij die de islam uit dit land wil verbannen. Tijd voor christenen om naast moslims te gaan staan.”
De christelijke traditie wordt vaak gebruikt om de islam verdacht te maken, vinden Stegeman en Verheij. „Wij constateren dat de samenleving die zich zo trots seculier noemde, steeds vaker schermt met haar joods-christelijke wortels. Die wortels zien wij als gevaarlijke fictie, als een mythe die niets is dan een stok om moslims mee te slaan en een muur om hen buiten te sluiten.”
Het tweetal verbaast zich erover dat „het christendom altijd buiten schot blijft in het hedendaagse debat over geloof. Dat een kritisch gesprek over de Bijbel bij Pauw eindigt in een gezamenlijke aanval van christenen en seculieren op de moedige excuus-moslim aan tafel. We verbazen ons over de dubbele maat bij opiniemakers die zichzelf seculier noemen: christenen zijn hoogstens een beetje domme, wollige dominees, maar moslims zijn licht ontvlambaar en eng.”
Christenen moeten niet te snel wijzen naar het antisemitisme onder moslims, vinden Stegeman en Verheij, maar de hand in eigen boezem steken. „We spreken over een joods-christelijke traditie alsof er geen jodenvervolging is geweest. Dat maakt het gemakkelijk moslims te zien als inherente antisemieten, en niet te zien wat de overeenkomsten zijn tussen uitsluiting van moslims nu en joden toen, en tussen racisme tegen joden, tegen moslims en tegen zwarten.”
Slavernij
Wie de islam gewelddadig noemt, doet er volgens de theologen „goed aan zich te verdiepen in de westerse geschiedenis van kolonialisme en de ideologische rol van het christendom daarin. Als uitverkoren volk van God waren we geroepen overal het evangelie te brengen (praktisch: iedereen onze cultuur en regering door de strot te duwen). Gerechtigd om slaven te maken van iedereen die niet wit was, die vervloekte zonen van Cham, en hen te beroven en uit te buiten.”
Stegeman en Verheij leggen eveneens de vinger bij critici die de islam vrouwonvriendelijk noemen. „Wie de islam vrouwonvriendelijk noemt, gebruikt moslims vaak als gratuit excuus voor de eigen feministische onmacht (…). In Nederland gaat de meest direct op de bijbel geënte christelijke politieke partij tot het uiterste om passief kiesrecht voor vrouwen te omzeilen.”
Wie de islam waarschuwend een ideologie noemt, moet volgens het tweetal beseffen „dat het christendom ook nooit een godsdienst voor achter de voordeur is geweest. Op dit moment worden religie en seculariteit op een rare manier tegen elkaar uitgespeeld. Resultaat is dat religie verdacht is als inspiratiebron, tenzij het verschijnt in het jasje van joods-christelijke cultuur.”
De theologen geven aan dat ze dit manifest schrijven, „juist omdat wij van het christendom houden. We willen niet in de verleiding trappen te denken dat christenen beter zijn dan andere mensen. Want liefde voor je traditie blijkt juist uit een kritische blik. Onze traditie verdient die.”
Te waardevol
Het grootste gevaar voor onze post-seculiere samenleving is niet de islam, vinden Stegeman en Verheij, „maar Wilders’ mythe van een roemrijke en schuldloze joods-christelijk-humanistische historie.” Als christenen van een nieuwe generatie vinden de theologen hun geloof „te waardevol om het te laten misbruiken voor het legitimeren van onverbloemde haat. Te waardevol om door ‘secularisten’ te laten kaltstellen tot een onschuldig sprookje achter de voordeur. Te waardevol om het door islamofobe populisten te laten romantiseren tot een Groots Verleden.”