Praten met een Schipholpastor lucht op
Het wordt wel flitspastoraat genoemd, het luchthavenpastoraat op Schiphol, vanwege de vluchtige ontmoetingen en de vele losse eindjes in de contacten. Wie gestrand of onthand is, kan terecht bij onder anderen de protestantse pastor ds. Marieke Meiring.
In het kantoor van het luchthavenpastoraat op Schiphol maakt pater Gerard Timmermans zich klaar voor een rondje door de terminal. „Ik ga de vloer op”, kondigt hij aan, en weg is hij.
Samen met pastor Nico Sarot vervullen ds. Meiring en de rooms-katholieke pastor Timmermans om beurten een oproepdienst, wat betekent dat ze paraat staan om mensen die op welke manier dan ook in nood zijn, op te vangen. Verzoeken om bijstand komen uit alle mogelijke hoeken van de luchthaven zoals van de alarmcentrales, de marechaussee of de medische dienst. Als het rustig blijft, maken de pastors rondes over de luchthaven, met name in de vertrek- en aankomsthallen.
„Ik loop niet in mijn toga op de pier hoor”, verklaart ds. Meiring al tijdens het maken van een afspraak. De luchthavenpastor, tot november 2015 predikant in de protestantse gemeente in IJsselstein, is desondanks herkenbaar. Om haar hals hangt een paarse keycord waarop het woord ”chaplain” staat. Soms zijn reizigers zo in paniek dat ze niet eens nota nemen van wat er op haar badge staat, zegt ze. Dan zijn ze allang blij dat ze iemand tegenkomen die iets met de luchthaven te maken heeft.
Jaarlijks krijgen de pastores honderden oproepen. De hulpverlening varieert. Ze vragen, luisteren, wijzen de weg of brengen een glas water. Diaconaat, noemt de predikant deze praktische vorm van hulpverlening. Een groot deel van het werk bestaat echter uit het verlenen van hulp in crisissituaties. Een sterfgeval kan ertoe leiden dat een reiziger zijn reis acuut moet afbreken of dat familieleden van een overledene in allerijl naar de luchthaven moeten komen. „Ons werk bestaat dan vooral uit luisterend aanwezig zijn. We staan aan het begin van een rouwproces. Er is verdriet, ongeloof, verbijstering, soms ook angst. Wij bieden een veilige omgeving voor het uiten van die emoties. Wat je doet, heeft te maken met zowel nabij zijn als met ruimte geven.”
Reizigers zijn soms ziek. Of zwanger. Of verdwaald. Of dronken. De pastores drinken niet alleen koffie met bedroefden maar ook met dronken passagiers die het vliegtuig niet in mogen zolang er te veel alcohol in hun bloed zit. Ds. Meiring: „We ontmoeten mensen die denken dat de liefde van hun leven –gevonden via internet– op de luchthaven op hen wacht. Maar de liefde van hun leven komt niet opdagen of valt erg tegen. Dat is moeilijk.”
Bij een koffiestandje of op een rustige plek komen soms de verhalen los. Verbaast het de predikant dat reizigers hun hart bij haar, een wildvreemde, luchten? „In zeker opzicht wel”, antwoordt ze. „Maar dat we elkaar niet kennen, heeft ook voordelen. We zullen elkaar waarschijnlijk nooit weerzien. Het verhaal is veilig bij ons. De kracht van ons werk is juist gelegen in het voorbijgaande karakter ervan.”
Stiltecentrum
Op de route die de pastores dagelijks afleggen ligt ook het stiltecentrum, nu tijdelijk aan het begin van de F-pier. Deze ruimte bevindt zich achter de paspoortcontrole en is dan ook alleen toegankelijk voor mensen die ingecheckt zijn. Reizigers kunnen er een gesprekje voeren maar vooral tot rust komen of bidden. In de sobere interreligieuze gebedsruimte liggen attributen die daarbij kunnen helpen, zoals rozenkransen en gebedskleedjes. In een hoek wijst een pijl de kibla aan, de gebedsrichting naar Mekka. Een man knielt neer op een kleedje en sluit zijn ogen. Op deze plaats begint ds. Meiring altijd haar werkdag. „Ik kan dit werk alleen doen als ik ruimte maak voor de mensen en hun verhalen. Hier stel ik mijzelf open voor God en voor wat er komen gaat.”
Geestelijke vragen krijgt ze soms ook. Onlangs sprak de pastor met een jonge hindoe. „Hij vroeg zich af hoe de verschillende godsdiensten zich tot elkaar verhouden en hoe hij daar zijn weg in moest vinden. Al die verschillen, maar ook het feit dat vrouwen in verschillende religies achtergesteld worden, verwarden hem.”
Wat antwoordde u?
„Dat voor God alle mensen gelijk zijn en dat iedereen welkom is. Ook vrouwen.”
Wat een pastor aan mensen meegeeft, hangt sterk samen met zijn persoonlijke overtuiging.
„Ik denk dat geen enkele religie zo superieur is dat deze de totale waarheid kan claimen. Daarom is het goed dat we respectvol met elkaar omgaan. Bij iedereen komt weer een ander stukje van God aan het licht.”
Zou een predikant voor wie er maar één waarheid is hier ook werkzaam kunnen zijn?
„Dat denk ik wel. Mijn persoonlijke overtuiging is echter dat we dit alles uit respect voor de Eeuwige en voor elkaar niet te veel dicht moeten timmeren en het laatste woord bij de Eeuwige moeten laten.”