DEN HAAG. De nieuwe prenatale bloedtest waarmee het syndroom van Down al voor de geboorte kan worden opgespoord moet voor elke vrouw toegankelijk zijn.
Een Kamermeerderheid van VVD, PvdA en SP heeft daar vandaag voor gepleit in een debat met minister Schippers van Volksgezondheid. Eerder sprak ook de PVV zich hiervoor uit.
Nu mag de test, officieel de Non-Invasieve Prenatale Test (NIPT) geheten, alleen worden aangeboden aan vrouwen die daarvoor al de prenatale combinatietest hebben ondergaan. Voorwaarde is verder dat deze test een verhoogde kans heeft uitgewezen op de komst van een kind met down.
Een Kamermeerderheid vindt die voorwaarden te beperkt. „Deze test moet zo snel mogelijk en voor iedereen betaald toegankelijk worden”, stelde PvdA-Kamerlid Wolbert dinsdag in het AD. De VVD plaatst nog wel vraagtekens bij de kosten die de overheid moet maken wanneer elke zwangere vrouw de test aangeboden krijgt.
In de Tweede Kamer uitte activiste Renate Lindeman van Downpride dinsdag de zorg dat er van de test een negatief signaal zal uitgaan naar mensen met het syndroom van Down. PvdA en SP vinden die reactie voorbarig. „Ik snap de angst van tegenstanders, maar ik geloof niet dat we een samenleving krijgen waarin kinderen met down niet meer welkom zijn als vrouwen de mogelijkheid krijgen deze makkelijke test te doen”, aldus Wolbert vandaag.
Bij CU-Tweede Kamerlid Dik-Faber zijn de zorgen daaromtrent alleen maar toegenomen, mede door het zwartboek dat Lindeman vandaag aanbood aan de vaste Kamercommissie van volksgezondheid. „Standaard screening op down zal ertoe leiden dat er nauwelijks nog kinderen met het downsyndroom worden geboren”, aldus het Kamerlid.
Ze noemt het „onbegrijpelijk” dat de overheid het VN-gehandicaptenverdrag ratificeert en tegelijkertijd een screeningsprogramma invoert „waarmee de boodschap wordt uitgedragen dat het leven met deze specifieke beperking er niet hoeft te zijn.” Het syndroom van Down wordt gezien als een zeer ernstige beperking, maar de medische zorg is inmiddels zo goed dat kinderen met downsyndroom een goed perspectief hebben, stelt Dik-Faber. „Ik wil dat artsen het eerlijke verhaal vertellen.”