De Vlaams-nationalistische partij van Bart De Wever gaat hoge ogen gooien bij de verkiezingen van zondag in België. Hij krijgt ook bij kerkelijk meelevende rooms-katholieken en protestanten voet aan de grond, maar zal met hen de oorlog niet winnen.
Het is in Roeselare, in West-Vlaanderen, nog niet eens zo gek lang geleden dat kinderen van de nonnenschool de protestantse kerk aan de andere zijde van de staat moesten passeren. Zelfs de stoep voor de ”geuzentempel”, zoals de kerk in de volksmond heet, was besmet. Protestanten, dat waren sektariërs.
Die tijd is voorbij, maar het verhaal tekent de marginale positie van protestanten in België. Ze maken zo’n 1,5 procent van de bevolking uit en vormen electoraal gezien dus een verwaarloosbare groep.
Maar wat stemmen de protestanten die er zijn?
Marc Vrambout, ouderling in de geuzentempel van Roeselare, aarzelt. „Ik weet zelf nog niet goed wat ik moet stemmen”, zegt hij. De c van de christendemocratische CD&V heeft volgens hem maar weinig betekenis, en de protestantse Kris Vleugels, die tijdens voorgaande verkiezingen op de lijst stond, doet dit keer niet mee. „Het is zoeken naar de juiste personen op de CD&V-lijsten”, zegt hij.
Dat Vrambout het op de CD&V-lijsten zoekt, is vanouds overigens zeker niet vanzelfsprekend onder protestanten. „Protestanten stemden tégen de katholieke dominantie, dus zeker niet op de CD&V en zijn voorlopers”, zegt prof. Marc Hooghe van de Katholieke Universiteit Leuven in zijn werkkamer. „Ze kwamen al snel bij de liberalen uit, de klassieke antiklerikalen.”
Uitsluiting
Protestanten hebben zich in de Belgische maatschappij altijd een vreemde eend in de bijt gevoeld. Hooghe weet dat er in Antwerpen vroeger altijd ten minste één Jood en één protestant in het gemeentebestuur zaten. Maar in andere delen van het land kregen ze nauwelijks voet aan de grond.
Het bepaalt nog altijd de houding van protestanten tegenover overheid en koningshuis, zegt ds. L. P. J. van Bruggen. Het valt de predikant, die negen maanden geleden van de hervormde gemeente van IJmuiden naar Roeselare kwam, op dat het gebed voor overheid en koning in zijn gemeente nauwelijks leeft. „Er is maar weinig voeling met de politiek en de maatschappij.”
Volgens de pastor heeft het ook te maken met een sterk gevoel van uitsluiting. „De kerkelijke gemeente hier is pas negen jaar geleden voor het eerst uitgenodigd voor de nieuwjaarsreceptie van het gemeentebestuur”, zegt hij. „Daarvoor kwamen we helemaal niet in beeld.”
Of de N-VA ook onder protestanten de handen op elkaar krijgt? Vrambout zegt evangelische protestanten te kennen die actief zijn voor de partij. Helemaal begrijpen doet hij dat echter niet. Hij wijst erop dat de N-VA in het recente debat rond euthanasie voor minderjarigen, voorstemde.
Kentering
Prof. Hooghe durft geen harde uitspraken te doen over ontwikkelingen in het protestantse stemgedrag. „We hebben hen hier nauwelijks”, lacht hij verontschuldigend.
De politieke voorkeur van kerkelijk meelevende rooms-katholieken was tot voor kort echter zonneklaar: die ging naar de christendemocraten. In een onderzoek dat Hooghe in 2009 uitvoerde naar de ‘religieuze stem’ in België bleek dit aloude patroon nog geheel intact. „Kerkse katholieken stemmen zeker niet op liberalen of socialisten. Dat staat zo ongeveer gelijk met een stem op de duivel”, licht hij toe.
Hooghe vermoedt echter dat het beeld uit 2009 „niet helemaal meer intact is.” De N-VA oogstte in 2012 grote winst in de gemeenteraadsverkiezingen. „Die ommezwaai is sneller gegaan dan ik had verwacht, ook in traditionele CD&V-bolwerken in West-Vlaanderen.”
Feit is dat de duidelijke rooms-katholieke weerstand tegen liberalen en socialisten niet per se de Vlaamse beweging geldt. „De Vlaamse beweging en de katholieke zuil zitten vanouds dicht bij elkaar”, zegt hij. „De N-VA bevindt zich op ethisch gebied bovendien in de behoudende hoek.”
Des te opmerkelijker is de kruistocht die de N-VA voert tegen een dominante instelling als de christelijke arbeidersbeweging ACW. „Dat is hier het fundament van de christelijke zuil”, zegt Hooghe. „De N-VA stelt de ACW echter onder scherpe kritiek met beschuldigingen van fraude en belangenverstrengeling met politici. Zelfs liberalen en socialisten waagden zich daar nooit aan.”
Buitenring
Dat de CD&V moet inleveren, lijkt een logische gevolg van de secularisatie. De kerkelijke betrokkenheid in Vlaanderen is de laatste decennia dramatisch gedaald. Ging in 1966 nog meer dan 50 procent van de Vlamingen wekelijks naar de kerk, inmiddels is dat nog maar een krappe 4 procent.
„Het overgrote deel van de CD&V-kiezers is nauwelijks of niet kerkelijk betrokken”, zegt Hooghe. „Dat maakt de partij kwetsbaar.” Mede door de populariteit van de Vlaamse minister-president Kris Peeters, een christendemocraat, kan de CD&V volgens de peilingen echter nog altijd op zo’n 20 procent van de stemmen rekenen.
Hooghe plaatst N-VA-leider De Wever intussen in de „buitenring van het katholicisme”: de meer dan 50 procent van de Belgen die plechtigheden als de eerste communie nog wel van belang vindt, maar verder nauwelijks actief betrokken is bij de kerk. „De Wever staat sterk in de lijn van de Ierse conservatief Edmund Burke”, zegt Hooghe. „Hij zal het christendom waarderen als ”Leitkultur”.”
In Wallonië zijn er volgens Hooghe geen noemenswaardige verschuivingen te verwachten in de religieuze stem. De Waalse christendemocraten hebben zich in 2002 omgedoopt tot cdH: het humanistisch-democratisch centrum. Toch heeft dit volgens Hooghe niet geleid tot een massaal wegtrekken van rooms-katholieke kiezers. „De traditionele katholieken van Wallonië zijn conservatiever dan in Vlaanderen, maar ze hebben geen alternatief. Zo simpel ligt het.”
Christelijk rechts
Aan Vlaamse zijde dient zich intussen nog wel een alternatief aan: de Vlaamse Christen Partij (VCP), ontstaan uit onvrede over de ethische koers van de CD&V. De partij wil naar eigen zeggen „christelijke waarden uitdragen, gebaseerd op het Evangelie, de Tien Geboden en de sociale leer van de Rooms-Katholieke Kerk.” Ze trekt steun uit katholieke en evangelisch-protestantse hoek.
De VCP behaalde tijdens de lokale verkiezingen van 2012 als Vlaamse Christen Democraten één zetel in de Limburgse stad Bree. Of de partij het nu beter gaat doen, is de vraag. Recente uitspraken van voorzitter Agnes Jonckheere over een „mondiale overheersing met militaire controle” van de Joden doet veel potentiële kiezers op zijn minst aarzelen.
In haar appartement in Brugge probeert Jonckheere de beschuldigingen van antisemitisme („Ik wist niet dat u ervan wist”) te ontkrachten. Ja, ze ontwaart een complot van de Joodse bankiersfamilie Rothschildt en de vrijmetselaars om de wereldheerschappij over te nemen. „Ik studeer, onderzoek, lees”, verklaart ze. „Maar ik spreek niet generaliserend over alle Joden.”
Ze voert aan dat ze de Holocaust niet ontkent. „Maar ik vind wel dat de Holocaust misbruikt wordt door de staat Israël.” Ze snapt alle ophef over haar uitspraken niet. „Dat Joden er tegen in geweer komen, snap ik nog. Maar christenen?”
Jonckheere hoopt intussen met een ethisch conservatief programma, een dosis euroscepsis en een kritische attitude tegenover de bankenwereld ten minste regionaal, in Waals-Brabant, een zetel te veroveren. Daar trekt een oom van koningin Mathilde de VCP-lijst.
Naast de VCP is in Vlaanderen C’Axent actief, een beweging die „de geest van het Evangelie wil doen waaien in de samenleving.” De organisatie heeft sympathisanten in verschillende partijen, maar voor het overgrote deel in de CD&V. Op haar website geeft C’Axent per kieskring aan welke kandidaten in lijn met het sociaal-christelijk gedachtegoed willen werken.
C’Axentvoorzitter Kris Vleugels geeft aan niet in partijen te geloven, maar wel „in mensen die op de bres staan voor hun overtuiging.” En ja, op de lijst van C’Axent prijkt ook een N-VA’er. Eentje.
De Vlaamse leeuw brult vooralsnog zacht in de Vlaamse kerken.
Dit is het eerste artikel in een tweeluik over de verkiezingen in België. Morgen op de buitenlandpagina het slot.
Verkiezingen in België
België gaat zondag naar de stembus voor de federale, regionale en Europese verkiezingen. De Belgen stemmen bij de federale verkiezingen voor de 150 leden van de Kamer van Volksvertegenwoordigers. Het land is verdeeld in elf kieskringen: één per provincie en een kieskring voor Brussel.
Bij de regionale verkiezingen gaat het om vertegenwoordigers voor het Waalse parlement, het Vlaamse parlement, het parlement van de Franse gemeenschap, het parlement van de Duitstalige gemeenschap en het Brussels hoofdstedelijk parlement.
Aan Vlaamse zijde ligt in de peilingen de N-VA van Bart De Wever aan kop, aan Waalse kant de socialistische partij (PS) van premier Elio Di Rupo.