CLERMONT-FERRAND. Als we het Franse Front National (FN) moeten geloven is de situatie desastreus. Na de recente doorbraak bij de gemeenteraadsverkiezingen richt de partij zich vol overgave op de verovering van het platteland. Met de voedingsbodem zit het daar wel goed. Nergens voel je de euroscepsis zo sterk.
„Ik heb geen positieve boodschap voor u.” Zo begint Bernard Monot zijn betoog. „U moet weten: het is afgelopen met de Franse landbouw. De Franse boer gaat ten onder in de ultraliberale prijzenoorlog met de Angelsaksische landen.”
De lijstaanvoerder van het FN uit Midden-Frankrijk voor het Europees Parlement is er voor achter zijn tafel vandaan gekomen. Het woord ”catastrofaal” is favoriet. De zaal applaudisseert.
Zo’n honderd mensen, jong en oud, zijn deze middag afgekomen op de bijeenkomst van het Front National. Dat is wel wat meer dan de twee boeren die zich ’s ochtends hebben gemeld voor het rondetafelgesprek. Er wordt geklaagd over de Europese regels; het administratieve gedoe als er een kalf wordt geboren; de immigranten, het inkomen, dat door de wisselende prijzen nooit hetzelfde is. Bernard Monot en zijn mannen luisteren, knikken vol begrip en voeren het tweetal nog een beetje.
De opkomst in Clermont-Ferrand is geen goede graadmeter. Als de peilingen kloppen, is het Front National bezig met een historische opmars. Marine Le Pen zou zondag 20 procent van de stemmen kunnen halen. De partij zou daarmee het aantal zetels in het Europees Parlement minstens verviervoudigen. Het rechtse UMP staat nog maar 1 procent voor.
De ”frontisten” voelen zich daarbij gesteund door de verrassende uitslag bij de recente gemeenteraadsverkiezingen. In elf gemeenten werd het FN de grootste en kon het de burgemeester leveren. Ook in het midden van Frankrijk lopen de kandidaten rechtop en is de trots van hun gezichten af te lezen.
„Van nul naar elf is relatief weinig als je het aantal gemeenten (36.000, MH) in ogenschouw neemt. Maar het is hoe dan ook waar dat het electoraat van het Front National consolideert”, zegt politicoloog en extreem rechts-specialist Jean-Yves Camus. „Je kunt allang niet meer zeggen dat een stem op het Front National een proteststem is. Dat laten de gemeenteraadsverkiezingen ook zien. Ook bij de tweede ronde wordt er op het FN gestemd. Ze trekken bij de tweede ronde zelfs nieuwe kiezers, mensen die eerder thuisbleven.”
Een „reveil”, zo wordt dat door de aanhangers van het FN genoemd. Fransen krijgen volgens hen in de gaten dat Frankrijk in gevaar is. En in de landbouw zien ze dat duidelijk terug. Boosdoener is de Europese landbouwpolitiek. De lage prijzen leiden tot kleinere marges en zo snijden de boeren zichzelf in de vingers. Kwaliteit doet er niet meer toe. Het aantal boeren dat zelfmoord pleegt, zou nog hoger liggen dan onder het personeel bij telecombedrijf Orange.
Bernard Monot pleit vurig voor het terugbrengen van de kwaliteit door een alternatieve landbouwpolitiek. „Boeren moeten weer een gegarandeerde prijs voor hun producten krijgen. Het geld daarvoor komt van de 7 miljard die Frankrijk te veel betaalt aan Brussel.”
De twee termen die bij Monot terugkeren zijn: ”economisch patriottisme” en ”intelligent protectionisme”. Het bedrijf Alstom, dat op de verlanglijst van het Amerikaanse General Electric staat, moet Frans blijven. „Dat bedrijf moet financiële steun krijgen”, zegt Monot. „Niet van de Franse belastingbetaler, het is geen nationalisatie, maar van een speciaal instituut.”
En dat protectionisme houdt dat in dat wijnboeren weer massaal goedkope wijn mogen maken omdat ze toch een gegarandeerde prijs krijgen? Monots antwoord is vaag: „Sommige producten moeten beschermd worden. Fransen moeten hun eigen wijn weer gaan drinken.” Eigen wijn eerst, dus. En de export kan omhoog door de opnieuw in te voeren Franse franc meteen te devalueren.
„Als de uitslag zondag overeenkomstig de peilingen is, zal dat wel gevolgen hebben voor de huidige rechtse partijen”, vermoedt Jean-Yves Camus. „Het verbod dat Jacques Chirac de leden van het UMP oplegde om met vertegenwoordigers van het FN te praten, zal verleden tijd zijn.”
Maar eerst moet er worden gestemd. In het verleden trokken de Europese verkiezingen zelden veel frontisten naar de stembus. Maar nu is daar de boodschap om toch te stemmen. Tégen Europa. Monot drukt zijn mensen daarom op het hart „niet te gaan vissen.”