OSLO (ANP/AFP) – De Noorse politie heeft dinsdagavond toegegeven een langere route te hebben genomen naar het eilandje Utoya dan nodig was. Dat meldde de televisiezender NRK.
Volgens politiewoordvoerder Johan Frederiksen is gebleken dat de plek waar de politie in de boten stapte, „niet geschikt was”. Eerder meldde de politie dat de agenten met vertraging op het eiland aankwamen door motorproblemen van hun boot. Frederiksen zei woensdag dat de politie uiteindelijk snelle loodsboten gebruikte, waardoor tijdswinst werd geboekt.
De politie moest op weg naar het eiland 3,6 kilometer water per boot overbruggen, hoewel een ander opstappunt op slechts 670 meter afstand van het eiland ligt. De politie krijgt in Noorwegen veel kritiek. Het zou te lang zou hebben geduurd voordat agenten het eiland bereikten waar de Noor Anders Behring Breivik op 22 juli een bloedbad aanrichtte.
Noorse media berichtten woensdag ook over onenigheid op 22 juli in de politietop over hoe te reageren op de schietpartij op Utoya. Speciale politie-eenheden hadden een kwartier na het alarm op het eiland kunnen zijn.
De Noorse luchtmacht bevestigt dat een Sea King-reddingshelikopter, die op een grasveld bij een ziekenhuis vier minuten rijden van Oslo’s centrum klaarstond, acht tot tien zwaarbewapende agenten had kunnen meenemen. De vliegtijd naar Utöya zou ongeveer tien minuten zijn geweest.
De beschikbare luchtmachthelikopter was volgens de stafchef van de Noorse politie gereserveerd voor de medische diensten. Drie uur nadat in Oslo een bom was afgegaan, verzocht de politie defensie officieel om bijstand.