Opinie
Naar de onderhandelingstafel

De Nederlandse militaire aanwezigheid in Uruzgan bepaalt de toekomst van het Nederlandse kabinet maar niet de toekomst van Afghanistan, poneert Jan Gruiters. Sterker nog, niet militairen maar diplomaten zullen vrede in Afghanistan moeten realiseren.

Het debat over verlengen of vertrekken nadert een dramatische ontknoping. Intussen voltrekt zich in Afghanistan het nieuwe militaire offensief. Operatie Moshtarak richt zich op de bevrijding van Marjah, maar moet vooral bewijzen dat de nieuwe Afghanistan strategie van president Obama werkt.

„Het offensief verloopt goed”, zo liet de woordvoerder van het Witte Huis ons deze week weten. Mij lijkt de kans op mislukking echter levensgroot. Daarvoor zijn vier goede redenen te geven.

Ten eerste zullen de burgerslachtoffers, alweer vijftien binnen één week, de vertrouwensbreuk tussen buitenlandse militairen en Afghaanse burgers vergroten.

In de tweede plaats gaan de taliban een militaire confrontatie uit de weg, het probleem wordt dus niet opgelost maar verplaatst.

In de derde plaats hebben de VN in Kabul zich deze week scherp uitgesproken tegen de „militarisering van humanitaire hulp” en aangegeven niet bereid te zijn bij te dragen aan de reconstructie van Marjah.

In de vierde plaats zijn er te weinig militairen in Afghanistan voor het behalen van een militaire overwinning en voor het beschermen van burgers.

Politieke oplossing

De toekomst van Afghanistan zal daarom niet op het slagveld maar aan de onderhandelingstafel bepaald worden. Machtsdeling met de taliban is daarvoor noodzakelijk. Juist aan de onderhandelingstafel moeten onopgeefbare fundamentele waarden verdedigd worden.

Het CDA, voorstander van verlenging, wijst erop dat de omstandigheden zo zijn gewijzigd dat de afspraak om in 2010 te vertrekken herzien moet worden. Het CDA heeft gelijk. De omstandigheden zijn inderdaad gewijzigd. Meer dan ooit is duidelijk dat de opstandelingen het initiatief in handen hebben. De Afghaanse regering en de internationale gemeenschap falen in het leveren van veiligheid en basisvoorzieningen. Meer dan ooit leeft het besef dat burgerslachtoffers die vallen bij „goed verlopende” militaire acties van ISAF, de taliban in de kaart spelen en uiteindelijk kunnen leiden tot een strategische overwinning van de taliban.

Het CDA heeft dus gelijk. De omstandigheden zijn gewijzigd, maar dat pleit juist niet voor verlenging van de militaire missie, maar voor het zoeken van een politieke oplossing. Daarover horen wij geen woord.

De PvdA, voorstander van vertrek, wijst erop dat afspraak afspraak is en dat vertrek daarmee onvermijdelijk is. De PvdA heeft gelijk. Nederland heeft een substantiële militaire bijdrage geleverd. Nederlandse troepen en materieel zijn aan een rustpauze toe. Bovendien kalft de steun onder de bevolking voor de missie in Afghanistan af; 66 procent van de Nederlandse bevolking steunt beëindiging van de missie in Uruzgan.

Maar daarmee is niet alles gezegd. Ook burgers in Afghanistan hebben een stem. Zij beroepen zich ook op een gemaakte afspraak. Was er niet afgesproken dat de internationale gemeenschap hen zou ondersteunen bij het realiseren van veiligheid en ontwikkeling? Moet hier ook niet gelden: afspraak is afspraak? Daarover horen wij geen woord.

Trainingsmissie

Als het CDA en PvdA werkelijk om Afghanistan te doen is dan moeten zij samen zoeken naar een wijze waarop Nederland kan bijdragen aan het zoeken naar een politieke oplossing die in elk geval machtdeling met de taliban en betrokkenheid van de buurlanden vergt. Daarin kan juist minister Verhagen het voortouw nemen.

En de toekomst van het kabinet dan? Wel, er is één optie die zowel het kabinet kan redden als een bijdrage kan leveren aan een vreedzame toekomst van Afghanistan. Beëindig de missie in Uruzgan maar participeer ruimhartig in de training van het Afghaanse leger en politiek. Dat kan buiten Uruzgan. En Nederlandse trainers kunnen beschermd worden door buitenlandse troepen, dat was immers ook het geval bij de trainingsmissie in Irak. Een trainingsmissie is een compromis waarvoor niemand zich behoeft te schamen. Maar waar het vooral op aankomt is dat Nederland een actieve rol gaat spelen in het bepleiten van een politieke oplossing aan de onderhandelingstafel.

De auteur is directeur van IKV Pax Christi.

RD.nl in uw mailbox?

Ontvang onze wekelijkse nieuwsbrief om op de hoogte te blijven.

Hebt u een taalfout gezien? Mail naar redactie@rd.nl

Home

Krant

Media

Puzzels

Meer