Economie
Zeven dagen Vroom

In enkele weken tijd startte hij twee rechtszaken tegen het misbruik van koopzondagen. En hij vindt dat meer christenen dat zouden moeten doen. Ondernemer Jan Linker: „Ik zie vaak een ongelooflijke lijdelijkheid.”

Marcel ten Broeke
Ondernemer Jan Linker: Ten diepste willen veel winkeliers helemaal niet open op zondag, mits de concurrentie dat ook niet doet. Foto RD, Anton Dommerholt
Ondernemer Jan Linker: Ten diepste willen veel winkeliers helemaal niet open op zondag, mits de concurrentie dat ook niet doet. Foto RD, Anton Dommerholt
Wie op een koopzondag een van zijn beddenwinkels –de filialen van Droomdomein, Linker Lisse en verscheidene Auping Plaza’s– bezoekt, vindt achter de gesloten deuren een bordje. Daarop staat de tekst: „Op zondag zijn wij gesloten, de rest van de week bent u hartelijk welkom.”

Ondernemer Jan Linker (62), die nog nimmer zijn deuren opende op zondag, heeft zijn zaken in winkelcentra waar deze dag steeds vaker als een normale dag wordt gezien. Zo ook in het Rotterdamse winkelgebied Alexandrium, waar de Lissenaar twee filialen heeft. Sinds eind vorig jaar kunnen de winkels daar iedere zondag open, doordat de gemeente Rotterdam het koopcentrum tot toeristisch gebied bestempelde.

De situatie werd nog gekker toen Corio, verhuurder van de meeste panden in Alexandrium, in deze krant liet weten winkeliers zelfs te willen dwingen hun deuren op zondag te openen. Wie niet horen wil, moest maar voelen. Een boete van 500 euro per zondag behoorde tot de juridische mogelijkheden, aldus Corio.

Linker heeft zelf geen last van die ‘Coriodwang’. Hij betrekt zijn vierkante meters in Alexandrium bij een andere vastgoedreus. Toch is hij een van de twaalf winkeliers die een rechtzaak aanspanden (zie kader) om de vrije koopzondag in het centrum terug te draaien. Inmiddels fungeert hij zelfs als onofficiële spreekbuis van het twaalftal.

Hoe schat u de kansen in?

„Ik denk dat we een ongelooflijk sterke zaak hebben. De toeristische route die de gemeente genomen heeft om de zondagsopening mogelijk te maken, is onwettig. In Alexandrium is werkelijk geen toerist te bekennen. Als de winkels op zondag gesloten zijn, kun je hier een kanon afschieten.”

Hoe reageren de andere winkeliers?

„We voeren de rechtszaak met twaalf man, maar het draagvlak onder winkeliers is vele malen groter. Ik denk dat in het gedeelte van Alexandrium waar de meeste kleinere detaillisten gevestigd zijn, de helft van de ondernemers onze strijd steunt. Zelf willen ze liever niet met naam en toenaam in de stukken verschijnen. Ook al is dat natuurlijk jammer, ik begrijp het goed. Er is toch ook een bepaalde druk in zo’n centrum van ondernemers die wél open willen. Die verwijten ons dat we hen het brood uit de mond stoten.”

Zit daar niet wat in?

„Natuurlijk niet. Mensen besteden een euro maar één keer. De koek wordt niet plotseling groter door maar vaker open te zijn. Waar ik ook steeds meer achter kom, is dat heel veel winkeliers ten diepste helemaal niet open willen op zondag, mits de concurrentie dat ook niet doet. Nu zetten ze elkaar echter vaak onder hoge psychische druk om toch maar open te gaan. En zo ontstaat een trend die niet te keren lijkt. Terwijl, vooral voor kleinere winkeliers, het helemaal niet rendabel is om op zondag, een dag waarop lonen dubbel betaald moeten worden, de deuren te openen.”

Dat geldt waarschijnlijk niet voor de woonboulevards waarin u veelal met uw winkels gevestigd bent. Wat is daar het economische belang van de koopzondag?

„Dat is vrij groot. In zo’n koopcentrum heb je op een zaterdag zo’n 5000 á 6000 bezoekers. Op zondagen zijn dat er niet zelden meer dan 7000. Doordeweekse mag je met zo’n 2000 al tevreden zijn. Al zijn er natuurlijk ook zát zondagen dat het allemaal heus niet uit kan. Toch zeggen uiteindelijk de ondernemers ook hier: Als iedereen maar dicht is op zondag, dan heb ik er vrede mee. Maar door de angst om ook maar één euro mis te lopen, moeten alle sluizen open.”

In de huidige situatie shoppen klanten op zondag bij uw concurrent. Hoe voelt dat?

„Op zichzelf is dat natuurlijk vervelend. Gelukkig denk ik daar op zondag nooit over na. Ik denk dan niet bij fraai weer: het zal vandaag wel weer zwart zien van de mensen. Nooit. Als ik daarmee behept zou zijn, dan had ik geen leven. Zondags zijn wij gewoon gesloten. Dan zijn we er voor de familie en dan gaan we naar de kerk.

Ik zie de drukte op zondag verderop in de week natuurlijk wel terug in de algemene bezoekerscijfers. Maar goed, principes kosten geld. Daarom wil ik ook een oproep doen aan het winkelpubliek dat hiervoor nog waardering heeft: denk aan deze retailers. Zij hebben het vaak veel lastiger.”

Hoe bedoelt u dat?

„Wanneer je als christenondernemer je principes ten volle naleeft, zou je ook een beroep moeten kunnen doen op de achterban om daarmee rekening te houden. Ik zeg zeker niet dat je niet mag kopen bij winkels die zondags geopend zijn. Maar als je eenzelfde product met gelijke service voor dezelfde prijs ook kunt krijgen in een zaak die om principiële redenen op zondag gesloten is, dan zou ik ervoor willen pleiten het dan ook daar te kopen. Noem het een vorm van positieve discriminatie. Wel is het belangrijk dat je als christenondernemer niet marchandeert met je principes. Dus niet zondags Vroom en doordeweeks Dreesman.”

Rotterdam is niet de eerste gemeente waar Linker een zaak begon tegen de koopzondag. Eind vorig jaar vocht hij, samen met enkele plaatselijk winkeliers, met succes de allereerste koopzondag aan in het bollendorp Lisse, de plaats waar Linker ook kerkt.

U won, maar enkele weken later wees de gemeente alsnog zes koopzondagen aan voor 2010. De bekende boemerang?

„De PvdA is door de benen gegaan. Eerst hadden ze nog mooie verhalen over medelijden met werknemers en zo, maar dat zijn ze blijkbaar weer snel vergeten. Achteraf denk ik wel eens: Misschien had die koopzondag, op 20 december, beter door kunnen gaan. Dan was het de slechtste koopzondag aller tijden geweest in heel Nederland. Het vroor die dag, het sneeuwde, het was vreselijk weer. Er was vast bijna niemand komen opdagen. En dan was dat feestje flink in duigen gevallen.”

Meer koopzondagen is de trend. Voor christenondernemers wordt het moeilijker een plaatsje in een winkelcentrum te bemachtigen omdat steeds vaker zondagsopening wordt geëist. Is er straks nog wel ruimte voor hen in deze sector?

„Het wordt lastiger ja. Wij wisten in 1997 bij de start van Alexandrium nog af te dwingen nooit op zondag open te hoeven. Dat lukt in tijden dat er veel aanbod is van winkelruimte. Wanneer het aanbod beperkter is, worden er sneller eisen als zondagsopening gesteld, ook al wordt het vaak niet hardop uitgesproken.”

Is het niet vechten tegen de bierkaai?

„Misschien. Waar ik echter mogelijkheden zie om dit soort zaken terug te dringen, zal ik dat niet nalaten. Persoonlijk zie ik liever helemaal geen koopzondagen, maar de wet biedt de mogelijkheid er sowieso twaalf per jaar te organiseren. Daar heb ik me bij neer te leggen. Maar wanneer er op ondemocratische wijze misbruik gemaakt wordt van dezelfde wet, dan vecht ik dat op democratische wijze aan.”

De meeste rechtszaken tegen koopzondagen zijn tot nog toe juist aangespannen door niet-religieuze winkeliers. Zijn christenen te laks?

„Het verbaast me dat christenondernemers zo weinig op de barricade staan. Dat geldt ook voor kerken. In Duitsland heeft de hoogste rechter onlangs om sociale redenen een bijna permanente koopzondag verboden. Daar waren het juist de kerken die aan de bel hadden getrokken. Hier zie ik vaak een ongelooflijke lijdelijkheid.”

Is de gezindte te veel intern gericht?

„Veel te veel. De grote kerkelijke verscheidenheid en het niet over kerkmuren heen kunnen kijken in essentiële zaken, betreur ik ten zeerste. Een politieke partij, die op dit moment geplaagd wordt met een hele discussie over vrouwen, is iets waar ik weinig van begrijp. Twee medepartners in mijn bedrijf zijn vrouwen en dat zijn uitstekende ondernemers. De Bijbel toont ons Debora’s, Esthers. Ga liever hand in hand de barricade op. Laten we gebruikmaken van alle mogelijke middelen om tegenstanders uit te schakelen of tot medestanders te maken. Dus niet praten, maar aan de slag.”

Er is met die houding nog een wereld te winnen, meent Linker. „Er zijn zo veel mensen die, niet alleen uit religieuze maar bijvoorbeeld uit sociale of economische overwegingen, zeggen: op zondag graag rust in de winkeltent! Meer dan dat wij vaak denken. Ik sprak onlangs een ondernemer in Alexandrium wiens vrouw had gezegd: „We kunnen maar beter een echtscheiding aanvragen. Ik zie je al zo weinig en straks helemaal niet meer.”

Zes dagen werken, de zevende dag rusten; het is van oudsher een zegen, zegt Linker. En dat nu de zaak geforceerd wordt om maar massaal zeven dagen open te kunnen, noemt hij de wereld op z’n kop. „In zes dagen kun je toch ook prima winkelen? In zekere zin is de consument van vandaag vrij egoïstisch met z’n houding: ik wil shoppen wanneer het míj past.”

Ze hebben volgens de Lissenaar geen idee wat dat voor werknemers betekent. „Zo’n PvdA-wethouder bijvoorbeeld, die nu in Rotterdam beslist heeft dat de winkels iedere zondag open kunnen. Die zou zélf eens iedere zondag op het gemeentehuis moeten gaan zitten om alle verontruste Rotterdammers te woord te staan. Samen met zijn ambtenaren. Ik denk toch echt dat dit feestje dan gauw afgelopen was.”


Ogen gericht op Alexandrium

Een Rotterdamse rechter buigt zich aanstaande dinsdag over een zaak die nationaal al tot relatief veel beroering heeft geleid. Advocaat Thomas van Vugt van Blenheim Advocaten vraagt die dag namens twaalf winkeliers, onder wie Jan Linker, het besluit te torpederen van de gemeente Rotterdam om het populaire koopcentrum Alexandrium als toeristisch gebied aan te wijzen. Daardoor mogen alle winkels er alle zondagen open in plaats van op de twaalf koopzondagen die normaal zijn toegestaan. Volgens de winkeliers is Alexandrium echter helemaal niet toeristisch.

Vastgoedbeheerder Corio, eigenaar van een groot deel van de winkelruimte in Alexandrium, wakkerde het vuur eind vorig jaar in deze krant nog verder aan door zijn huurders in Alexandrium te dreigen met een boete van 500 euro voor iedere zondag dat ze hun deuren gesloten zouden houden. Regeringspartij ChristenUnie en de fracties van SP en SGP vroegen hierover al opheldering van minister Van der Hoeven (Economische Zaken).

Ook vakorganisatie CNV Dienstenbond heeft zich inmiddels aangesloten als procespartij bij de twaalf winkeliers. De bond wil daarmee duidelijk maken dat ook de belangen van werknemers een belangrijke rol spelen bij de afweging om meer koopzondagen toe te staan. Hard nodig, meent de bond, want tijdens een recent bezoek van CNV aan Alexandrium gaven diverse werknemers openlijk aan door hun werkgever op straffe van baanverlies te worden gedwongen tot zondagswerk.

RD.nl in uw mailbox?

Ontvang onze wekelijkse nieuwsbrief om op de hoogte te blijven.

Hebt u een taalfout gezien? Mail naar redactie@rd.nl

Home

Krant

Media

Puzzels

Meer