Opinie
Vraag naar bezieling embryo cruciale uitdaging

Zoeken naar een algemeen aanvaarde christelijke visie op de relatie tussen ziel en lichaam werpt christenen terug op fundamentele vragen en is belangrijk voor de verantwoording van hun geloof, vindt Daan van Schalkwijk.

„Het concept ziel dat ik hanteer, komt uit de aristotelische denktraditie, die met enige correctie zeker niet in tegenspraak hoeft te zijn met de Heilige Schrift.” Foto: een beeld van Aristoteles (384 322 v. Chr.). - Foto Giovanni Dall’Orto
„Het concept ziel dat ik hanteer, komt uit de aristotelische denktraditie, die met enige correctie zeker niet in tegenspraak hoeft te zijn met de Heilige Schrift.” Foto: een beeld van Aristoteles (384 322 v. Chr.). - Foto Giovanni Dall’Orto
Mijn opinieartikel over de bezieling van het embryo (RD van 28 juni) begon als een ingezonden brief in het biologenblad Bionieuws. Ik hoopte evolutionisten een nieuw perspectief op de ziel te geven. Het verzoek van de redactie van deze krant om een herziene versie vond ik leuk, zeker omdat ik als gelovig rooms-katholiek christen benieuwd was naar de reacties van mijn gereformeerde vrienden. Die zijn gekomen, en hebben mij veel geleerd.

Ik denk dat alle biologische bezwaren die dr. Teeuw aanhaalt (RD van 3 en 9 juli), overkomelijk zijn, als we het er maar over eens konden worden wat ”ziel” betekent. Het concept ziel dat ik hanteer, komt uit de aristotelische denktraditie, die met enige correctie zeker niet in tegenspraak hoeft te zijn met de Heilige Schrift. Deze lijn van denken stoelt op vertrouwen in de menselijke rede die met een door Gods genade begiftigde rede gecorrigeerd kan worden. Als Calvijn spreekt over de wet zegt hij ook dat de mens daar een zekere natuurlijke kennis van bezit. Misschien is mijn vertrouwen dus minder vreemd dan op het eerste gezicht kan lijken.

Drs. Sonnevelt en zijn vrouw (RD van 9 juli) stellen dat het beeld van God juist in de menselijke ziel te vinden is. Die stelling deel ik. Ook de stelling van dr. Seldenrijk dat de Bijbel spreekt over bezieling vanaf de conceptie kan ik onderschrijven. Maar tegelijk heb ik veel sympathie voor de stelling van dr. Teeuw dat de Bijbel niet spreekt over zich niet ontwikkelend embryonaal leven. Als we onze rede bij deze kwestie niet mogen vertrouwen, wordt het heel lastig.

We mogen onze rede niet overvragen. Een definitief antwoord op de relatie tussen ziel en lichaam die door iedereen aanvaard wordt, is niet mogelijk. We kunnen echter wel de redelijkheid aantonen van ons geloof. Ook ongelovigen kunnen daarmee instemmen, al betekent dat niet dat ze het geloof gelijk aanvaarden: bekering vraagt meer.

Gebed
Een internationale groep professoren in het Institute for Interdisciplinary Studies bestudeert al een tijd de bezieling van het embryo. Zij komen op hun website embryoperson.org tot de conclusie dat er embryo’s zijn die vanwege genetische afwijkingen stoppen in hun ontwikkeling voordat neuronale activiteit ontstaat. Deze embryo’s noemen zij pseudo-embryo’s, omdat ze volgens hen als ”hersendood” en dus zonder geestelijke ziel kunnen worden beschouwd.

Het probleem van splitsende embryo’s beantwoorden zij ook. Dat is geen bezwaar voor bezieling, omdat God op het moment van de splitsing best een tweede ziel kan scheppen, zoals bij de conceptie. Maar nogmaals, de geldigheid van deze overwegingen hangt sterk af van het concept ziel en de relatie tussen geloof en rede die men onderschrijft.

Wat mij rest is het gebed voor een grotere eenheid van hart en verstand onder alle christenen, zodat wij gezamenlijk redenen kunnen geven voor de hoop die in ons leeft (1 Pet. 3:15), die de wereld van nu zo hard nodig heeft.

De auteur is bioloog en praktiserend rooms-katholiek.

RD.nl in uw mailbox?

Ontvang onze wekelijkse nieuwsbrief om op de hoogte te blijven.

Hebt u een taalfout gezien? Mail naar redactie@rd.nl

Home

Krant

Media

Puzzels

Meer