AMERSFOORT - Zoek altijd aansluiting bij de ander. Met die houding treedt de Vereniging ter Bescherming van het Ongeboren Kind (VBOK) de buitenwacht tegemoet. Ook in de Bijbel kom je dat tegen, zegt algemeen directeur drs. A. A. Takke. „Bij Paulus op de Areopagus, of in het optreden van Jezus Zelf.”
De vraag of het wel zin heeft dat de VBOK haar prolifestandpunt openlijk uitdraagt, is wat Annetje Takke betreft niet van de eerste orde; ook niet in een tijdperk waarin het aantal abortussen jaarlijks rond de 30.000 schommelt en er een onderzoeksrapport verschijnt dat aangeeft dat de abortuswet redelijk functioneert. „Gij zult Mijn getuigen zijn”, citeert de VBOK-directeur de Bijbel. „En dat betekent in mijn ogen: Doe dat zonder restricties. Dus niet alleen als mensen naar je willen luisteren, of als de tijd er rijp voor is.”
De vraag hóé je wilt getuigen is Bijbels gezien echter wel belangrijk, zegt Takke. „We lezen niet voor niets van Jezus dat Hij de schare zág en met innerlijke ontferming bewogen was.” Voor de VBOK zit de essentie van het getuigen vooral in de ont-moeting. „Los van het moeten kan de ander bij jou zichzelf zijn. Hoor en zie de ander en neem hem serieus.”
Takke zegt dit niet alleen met het oog op de manier waarop de hulpverleners van de VBOK ongewenst zwangere vrouwen tegemoet treden. „Ook met jongeren op openbare middelbare scholen zoeken we de dialoog.” Aan de hand van een filmpje gaan voorlichters met jongeren in gesprek over de ontwikkeling en waarde van het ongeboren leven. „Dat zorgt voor bewustwording.”
In de praktijk zullen de maatschappelijk werkers van de VBOK niet de confrontatie zoeken door meteen hun prolifestandpunt voor het voetlicht te brengen. „Ons vertrekpunt is de vraag: Wat beweegt jou? Je hoofd zit vol problemen, maar wat zegt je hart? Door de situatie waarin ongewenst zwangere vrouwen verkeren, zijn ze alleen maar gericht op hun problemen. Onze maatschappelijk werker brengt rust en helpt vrouwen alle mogelijkheden te overzien.”
Anders dan de meeste prolifeorganisaties is de VBOK geen christelijke, maar een algemene vereniging. In sommige opzichten is dat onze kracht, beaamt Takke spontaan. „Op het moment dat je zegt: We zijn wel prolife, maar niet christelijk, moeten mensen nadenken. Je ontneemt ze een argumentatie als: Ik ben niet christelijk, dus hoef ik niets met jullie prolifeboodschap.”
Moeten organisaties die wel christelijk zijn dat dan maar zo lang mogelijk achter hun kiezen houden? Nee, zegt Takke, „wees transparant, zeg waar je voor staat en zeg er dan onmiddellijk bij: Maar ik heb toch een boodschap voor jou.”
En wat als je én wilt uitkomen voor je principiële antiabortusstandpunt én tegelijkertijd een luisterend oor wilt bieden? Takke: „Wees een christen voordat je zegt een christen te zijn. Probeer met de ander stil te worden en naar zijn verhaal te luisteren. Als mensen merken dat je anders bent, stellen ze de vraag naar je principes vanzelf.”
Dit is het tweede deel in een serie over de vraag hoe christenen in Nederland moeten opkomen voor Bijbelse standpunten die kunnen indruisen tegen heersende opvattingen. Morgen deel 3.