Aangepaste GBS-editie Markus: 86 verzen gewijzigd, 51 unieke woorden vervangen
In de aangepaste editie van het Markusevangelie in de Statenvertaling (SV), die de Gereformeerde Bijbelstichting (GBS) deze week uitbrengt, is op ruim honderd plaatsen een wijziging aangebracht ten opzichte van de vorige GBS-editie.

De nieuwe GBS-editie, die een eerste uitgave is in het project Statenvertaling bewaren, telt 103 wijzigingen in 86 verzen. Dat betekent dat in één op de acht van de in totaal 678 tekstverzen een of meerdere wijzigingen zijn aangebracht.
In 92 van de 103 aanpassingen gaat het om een woord dat (of woordgroep die) vervangen is. Het Markusevangelie telt bijna 15.000 woorden, waarvan ruim 2000 unieke woorden. Van die 2000 zijn er 51 vervangen, 2,5 procent dus. Het gaat om woorden als ”kemel” (dat werd ”kameel”), ”vlek” (”plaats” of ”dorp”) en ”in het bijzonder” (”afzonderlijk”).
Min of meer oud-Nederlandse woorden die zijn blijven staan, zijn bijvoorbeeld creaturen, gaarne, gemirreden, hondeken, krank, rantsoen, schare, ongevold, opwassen, terstond, ulieden, verhalen (in de betekenis van vertellen), zeide en zwaarlijk.
In een toelichtende brochure, die de GBS donderdag met het blad StandVastig aan haar donateurs meestuurt, staat dat de commissie die het project ter hand nam bij het vervangen van woorden de voorkeur gaf aan woorden die al in de SV voorkomen.
Ook wordt uitgelegd waarom ”magen” (verwanten) en ”tuin” (omheining) zijn vervangen: die woorden betekenen tegenwoordig iets anders dan toen en er is een goed alternatief beschikbaar in het taalkleed van de SV. Bij het woord ”eenvoudig” handhaafde de GBS daarentegen de keuze van de Statenvertalers: hoewel het op verschillende plaatsen de betekenis heeft van oprecht, betekent het Griekse woord letterlijk: enkelvoudig.
Naamval en woordvolgorde
Negen veranderingen betreffen een aangepaste naamvalsconstructie. ”Uwer” werd ”over u” (5:19) en ”om dezes woords wil” werd ”omwille van dit woord” (7:29). „Want zo wie zich Mijns en Mijner woorden zal geschaamd hebben” veranderde in: „Want zo wie zich voor Mij en Mijn woorden zal geschaamd hebben” (8:38).
De meeste naamvalsconstructies zijn blijven staan, zoals: „het begin des Evangelies” (1:1), „aller dienstknecht” (10:44) en „des anderen daags” (11:12). Ook deelwoorden zoals zeggende, staande en geroepen hebbende, zijn onveranderd gebleven. Deze keuze is gemaakt omdat deze woord(groep)en „niet tot miverstaan leiden”, aldus de GBS.
Van de 103 wijzigingen gaat het in twee gevallen om een gewijzigde woordvolgorde. Bijvoorbeeld in Markus 11:2: ”tegen u over” werd: ”tegenover u”.
Studiebijbel
De GBS wilde het taalkleed van de SV handhaven, schrijft de in 1966 opgerichte organisatie, die zich „door Gods voorzienigheid” geroepen ziet om de SV „te bewaren voor de volgende generatie”.
Dat taalkleed is „meer dan een zogenaamd archäisch laagje”, het wortelt „deels in de oorspronkelijke talen”. Ook is het een middel om „diepe eerbied te ervaren voor de majesteit van God”. Bovendien: „De leer der Reformatie werd van generatie op generatie overgedragen, gegrond op de Bijbel in déze vertaling.”
De GBS wil daarom niet verder gaan dan het aanpassen van „woorden en taalkundige constructies die nu of niet of verkeerd worden begrepen”. Daarbij vindt de GBS dat er voor woorden als lankmoedig, goedertieren en verordineren „geen volwaardige alternatieven” zijn.
Ook bekend geworden uitdrukkingen uit de SV zullen blijven staan, zoals: „Komt herwaarts tot Mij” (Mattheüs 11:28).
Naast het taalkundig onderhoud van de Bijbeltekst werkt de GBS aan de uitgave van een Studiebijbel voor met name jongeren. Die zal landkaarten, woordkaders, tijdlijnen en afbeeldingen bevatten. Ook zullen de kanttekeningen bij de SV worden hertaald.
Dinsdag in het Reformatorisch Dagblad een aantal reacties vanuit de achterban van de GBS.