Joodse voorgangers schrijven eigen belijdenis: „Klassieke belijdenissen reppen geen woord over Israël”
„De Heidelbergse Catechismus, de Westminster Confessie en andere klassieke belijdenisgeschriften reppen vreemd genoeg met geen woord over Israël”, aldus ds. David Zadok uit Gedera. Daarom schrijft hij, samen met andere Messiasbelijdende predikanten, een Israëlische geloofsbelijdenis.
![Ds. David Zadok, voorganger van de Grace and Truth Congregation in Gedera: „We móéten in onze belijdenis spreken over Israël en de positie van de Joden.” beeld David Zadok](https://images.rd.nl/fill/crop:2500:1563:sm/w:1020/plain/https%3A%2F%2Ferdee-prod-bucket-s3-001.ams3.cdn.digitaloceanspaces.com%2F237511_1303345029.jpeg)
Het plan voor een eigen belijdenisgeschrift is ontstaan in een samenwerkingsverband van negen kleine gemeenten. De gemeente van Nof HaGalil, waar ds. M.L. (Maarten) Dekker tot december voorging, maakt ook deel uit van het samenwerkingsverband.
Waarom schrijven jullie een belijdenis voor de Messiasbelijdende gemeenten?
„Gemeenten in Israël zijn sterk op de Bijbel gericht. Maar ze hebben meer leerstellige basis nodig. Voor mensen die willen toetreden tot onze gemeenten moet duidelijk zijn waar we voor staan. In de catechese behandelen we wel wat de leer is van de kerk. Maar het voorlezen uit de geloofsbelijdenis of het houden van een catechismuspreek doen we in Israël niet. Tenminste, nog niet.
Een andere belangrijke reden voor een eigen belijdenis is de wederkomst. We weten niet wanneer de Heere zal terugkomen. Wij verwachten dat daarvoor, naar Zijn beloften, heel Israël zalig zal worden. Tot die tijd moeten we trouw blijven aan het Evangelie van vrije genade. Deze belijdenis kan daarin een belangrijke rol spelen.”
Waarom nemen jullie geen bestaand belijdenisgeschrift over?
„De klassieke belijdenisgeschriften zijn geschreven omdat de traditie boven de Schrift was gesteld. Maar vreemd genoeg bevatten ze geen enkele verwijzing naar Israël. Terwijl twee derde van de Bijbel over Israël gaat. Sterker nog: niet alleen het Oude Testament, maar ook het Nieuwe Testament is er vol van. Jezus is gekomen voor de verloren schapen van het huis van Israël. God heeft Zijn volk niet verstoten. Daarom móéten we in onze belijdenis spreken over Israël en de positie van de Joden.”
Maar jullie maken wel gebruik van klassieke belijdenisgeschriften.
„Jazeker. Toen ik mijn masterstudie deed aan het Westminster Seminary in Californië, vertaalde ik de Heidelbergse Catechismus in het Hebreeuws. Ik heb veel waardering voor deze catechismus. Maar sommige dingen, zoals de paapse mis, zijn niet relevant in de context van onze gemeenten.”
Hoe doen jullie dat, een belijdenis schrijven?
„Een klein comité stelde de tekst op. Dat bestond uit ds. Maarten Dekker, ds. Tom Jamison van de gemeente ”The Hope of Israel” in Tel Aviv en ik. Ds. Dekker is nu terug naar Nederland.
We baseren ons voor een deel op de indeling zoals de Westminster Confessie die heeft. Ons overleg hebben we hoofdzakelijk in het Engels, om dicht bij de taal van de Westminster Confessie te blijven. De godgeleerden van toen hebben elk woord gewikt en gewogen. Het zijn woorden die de tijd verduren.”
Hoe ver zijn jullie in het proces?
„We zijn in de revisiefase. We hebben er drie jaar aan gewerkt. Het is een tekst geworden van ongeveer zes kantjes, die dus globaal lijkt op de Westminster Confessie.”
Op welke punten wijkt de Israëlische geloofsbelijdenis af van de Westminster?
„Op het punt van de doop hangt de meerderheid van de Messiasbelijdende gemeenten in Israël de volwassendoop aan. Dat heeft te maken met wat de Bijbel ons leert, tenminste, zoals wij het verstaan.
Bij ons doopstandpunt speelt het verleden een rol. In de tijd van de inquisitie dwong de Rooms-Katholieke kerk Joden om hun baby’s te dopen. Die herinneringen pleiten niet in het voordeel van de kinderdoop.”
Wat is er specifiek Joods aan deze belijdenis?
„We willen heel graag duidelijk maken dat Joodse christenen zich niet meer hoeven te onderwerpen aan de ceremoniële wetten, maar alleen aan de wet van Christus.
We hebben bijvoorbeeld lang gesproken over hoe we de besnijdenis aan de orde konden laten komen. De meeste joods-christelijke families laten hun zoons besnijden. Niet omdat dat bijdraagt aan hun zaligheid. Wel omdat het hoort bij Gods verbond met Zijn volk Israël. En we zijn er trots op Joods te zijn. Wanneer Joden christenen worden, vertellen hun families hun vaak dat ze niet langer Joods zijn. Door onze zoons te besnijden, maken we toch deel uit van de Joodse traditie, zonder dat we de Bijbel ongehoorzaam zijn. We laten het vrij of Joodse christenen hun zoons besnijden.
In onze belijdenis spreken we over de twee testamenten: het Oude, dat heenwees naar Christus in bijvoorbeeld de besnijdenis en het Paaslam. En het Nieuwe Testament, waarin Christus al gekomen is en Zich blijft openbaren door het Woord en door de sacramenten van doop en avondmaal. We benadrukken dat het één verbond is, waarbij het Nieuwe Testament bindend is.”
Wanneer is de Israëlische geloofsbelijdenis klaar?
„We gaan met voorzichtigheid te werk. We staan op de schouders van reuzen. Wij zijn drie eenvoudige voorgangers. Daarom leggen we de concepttekst voor aan theologen en bevriende voorgangers uit Amerika en Nederland. Eind maart hopen we weer samen te komen met de voorgangers van de andere Messiasbelijdende gemeenten. Dan zullen we het stuk aan onze collega’s voorleggen.”