OpinieOpinie

Breken kunnen we echt niet maken

Kerstfeest ligt weer achter ons. We hoorden weer de boodschap over de Vredevorst die de vrede op aarde en in onze ziel kan gebieden. Hoe kan het dat er onder christenen conflicten bestaan waarbij mensen met elkaar breken? Moeten we niet radicaal zeggen: breken kun je niet maken?

Dr. J. Hoek
2 January 2025 11:35Gewijzigd op 3 January 2025 10:24
„De gebrokenheid door de zonde gaat aan de kerk niet voorbij.” beeld iStock
„De gebrokenheid door de zonde gaat aan de kerk niet voorbij.” beeld iStock

De laatste tijd stuitte ik er weer herhaaldelijk op. Dat de ene gelovige over een medechristen zegt: „Ik hoef die man of die vrouw nooit meer te zien, ik heb definitief gebroken.” Er is een conflict geweest, er zijn woorden gesproken die verkeerd gevallen zijn, vertrouwen is beschaamd of er is zelfs zonder meer oneerlijk gehandeld. Helaas doet zich dat allemaal voor binnen de christelijke gemeente. Het moest niet zo zijn, maar het is onmiskenbaar dat de gebrokenheid door de zonde niet aan de kerk voorbijgaat.

Inspanningsverplichting

De apostel Paulus roept ons op om bij niemand kwaad met kwaad te vergelden, maar bedacht te zijn op wat goed is voor alle mensen. De opdracht geldt om zo mogelijk, voor zover het van ons afhangt, in vrede te leven met alle mensen (Romeinen 12:17 en 18).

Dit appel is verstrekkend en tegelijk ook realistisch. Paulus weet ook wel dat je niet op goede voet kunt verkeren met iemand die elke toenaderingspoging afwijst. Je kunt ook in de relationele sfeer nu eenmaal geen ijzer met handen breken. Maar er is wel de inspanningsverplichting om tot het uiterste te gaan in dienst van de vrede. We zijn geroepen om –in de formulering van het avondmaalsformulier– zonder enige geveinsdheid alle vijandschap, haat en nijd van harte af te leggen, vanuit een ernstig voornemen om van nu voortaan in waarachtige liefde en enigheid met onze naasten te leven.

Onder de maat

Op je troontje blijven zitten als de beledigde partij is echt onder de maat. Zo’n houding drukt uit: O zeker, als hij naar mij toe komt en belijdt dat hij fout is geweest, dan ben ik van mijn kant zeker bereid tot vergeving. Dat klinkt misschien goed, maar het beeld van de christen zou veeleer dat van die wachtende, uitziende en liefhebbende vader uit de gelijkenis, die door zijn zoon op het hart is getrapt, moeten zijn. Vol liefde reikt hij uit naar zijn kind, vol bewogenheid wil hij verzoening, echte vrede (Lukas 15:11-32).

We kunnen het kerstevangelie in allerlei toonaarden hebben gehoord en meegezongen hebben met ontroerende kerstliederen, maar hoe is onze grondhouding tegenover onze naaste, juist ook wanneer deze ons niet ligt of wanneer we met hem of haar hebben gebotst? Breken kunnen we echt niet maken! De deur naar verzoening en vrede moet van onze kant altijd blijven openstaan.

Kom in beweging naar de ander, sla een brug, gooi bluswater op het vuur van ergernis en gekrenktheid, ruim misverstanden uit de weg, wil de minste zijn. Kortom, bewandel het vredespad waarop de Vredevorst onze voeten richt.

De auteur is emeritus hoogleraar gereformeerde spiritualiteit.

Meer over
Advent en Kerst

RD.nl in uw mailbox?

Ontvang onze wekelijkse nieuwsbrief om op de hoogte te blijven.

Hebt u een taalfout gezien? Mail naar redactie@rd.nl

Home

Krant

Media

Puzzels

Meer