Te vroeg om iets zinnigs over toekomst Syrië te zeggen
Voorspellen is moeilijk, zeker als het om de toekomst gaat, luidt een bekend Arabisch spreekwoord. En zeker met de razendsnelle ontwikkelingen in Syrië, is het zo goed als onmogelijk om iets zinnigs over de gevolgen van de machtsovername te zeggen.
Tegelijkertijd is dat wel de vraag die de wereld in het algemeen en de Syrische bevolking in het bijzonder deze dagen bezighoudt. Wat betekent de omwenteling in het Arabische land voor de geopolitieke verhoudingen? Doemen de contouren van een nieuw Midden-Oosten op? Moeten christenen en andere Syrische minderheden zich zorgen maken? En wordt de dreiging voor Israël minder?
Vooralsnog blijft het koffiedik kijken. Want het stof van de pijlsnelle opmars van de Syrische opstandelingen is nog maar nauwelijks neergedaald. De verdwaasde bevolking is nog lang niet bekomen van het idee dat president Bashar al-Assad niet langer de scepter zwaait.
De euforie over het verdrijven van Assad en de zijnen is weliswaar begrijpelijk, maar lijkt tegelijkertijd erg voorbarig. Natuurlijk slaken veel Syriërs in binnen- en buitenland een zucht van verlichting dat de dictator van het toneel is verdwenen en zich inmiddels in Moskou bevindt. Miljoenen hebben aan den lijve ondervonden tot welke wreedheden dit regime in staat was en hoezeer alle mogelijke vrijheden in het land onder druk stonden of helemaal niet bestonden.
Het gevaar is echter levensgroot aanwezig dat velen te vroeg juichen. Want er valt nog weinig zinnigs te zeggen over de manier waarop de nieuwe machthebbers het ‘nieuwe’ Syrië vorm zullen geven. Uitspraken van de leider van de belangrijkste rebellenbeweging Hayat Tahrir al-Sham (HTS), Abu Mohammed al-Jolani, over inclusiviteit, bescherming van minderheden en het verwerpen van wraak en geweld zijn voorlopig slechts woorden.
Een gematigde opstelling kan gemakkelijk bedriegen. De taliban in Afghanistan presenteerden zich na de machtsovername in augustus 2021 aanvankelijk ook als gematigd. De afgelopen jaren hebben laten zien wat dat in de praktijk betekent.
Het verleden van HTS en aanverwante groeperingen spreekt bovendien een veel minder gematigde taal. HTS is uit terreurbeweging al-Qaida voortgekomen en de toenmalige leider van Islamitische Staat, Abu Bakr al-Baghdadi, was bij de oprichting betrokken. De recente geschiedenis heeft laten zien aan welke gruweldaden –inclusief het uitmoorden van christenen– deze bewegingen zich schuldig hebben gemaakt.
Wat dat betreft is het verstandig om voorlopig niet al te veel illusies te koesteren over de agenda van de nieuwe machthebbers. Zij zullen zich hoe dan ook moeten verhouden tot de diepe sektarische verdeeldheid die Syrië al decennialang kenmerkt. Vooral voor christenen is het maar de vraag hoeveel ruimte zij krijgen van jihadisten met een radicaal-islamistische ideologie.
Het is daarom nog veel te vroeg om voor Syrië aan al te stellige voorspellingen te doen. Zelfs niet als het om de nabije toekomst gaat.