De tweede termijn van Trump werpt op de Klimaatconferentie in Bakoe (Azerbeidzjan) (11 tot 22 november) zijn schaduw vooruit. De Verenigde Staten zijn niet alleen militair en economisch het machtigste land ter wereld, maar na China ook de grootste uitstoter van broeikasgassen.
Kort samengevat is Trumps verkiezing goed nieuws voor de Amerikaanse olie- en gasindustrie en slecht nieuws voor de temperatuur op aarde. Het bij het grofvuil zetten van iedere vorm van klimaatbeleid gaat ten koste van binnenlandse innovatie en op termijn van internationale concurrentiekracht van het bedrijfsleven in de VS.
Toch zijn het vooral toekomstige generaties en mensen elders naar wie de echte rekening van verdere opwarming wordt doorgeschoven. Klimaatwetenschappers wijzen er immers op dat de effecten van uitstoot cumulatief zijn (ze stapelen zich op). De impact van klimaatverandering verergert naarmate broeikasgassen zich blijven ophopen in de atmosfeer. Dat is precies de reden waarom het IPCC erop aandringt om de uitstoot in rijke landen in een ”steil pad” omlaag te brengen.
Kort samengevat is Trumps verkiezing goed nieuws voor de Amerikaanse olie- en gasindustrie en slecht nieuws voor de temperatuur op aarde
Voor ophoping van broeikasgassen kan slechts beperkt gecompenseerd worden. We rekenen ons te rijk als het gaat om de baten van natuurlijke koolstofopslag, stelde een onderzoeker vorige week ( RD 12-11 ). Een ton CO2-uitstoot van fossiele brandstoffen kan niet zonder meer gelijkgesteld worden aan een ton CO2 in bossen of andere soorten vegetatie. Bij afbraak, verrotting of verbranding komt de eerder opgenomen CO2 opnieuw vrij, terwijl de levensduur van de aangeplante bossen in een veranderend klimaat onzeker is. Door deze onzekere factoren van klimaatverandering komt het beste klimaatbeleid nog altijd neer op het simpelweg vermijden van uitstoot.
Niet alleen de samenstelling van de atmosfeer verandert, ook de hydrosfeer (de totale hoeveelheid water op aarde) raakt op drift, met reële gevolgen voor mensen elders. Denk hierbij aan de zeespiegelstijging, die een fysieke bedreiging vormt voor kustgemeenschappen in West-Afrika. Of aan verzuring van zeeën en oceanen, die ecosystemen zodanig in de war schopt dat hele vispopulaties dreigen uit te sterven. Om nog maar te zwijgen over in rap tempo verdwijnende koraalriffen.
Gods schepping is op zichzelf al het behouden waard, maar de nuchtere constatering dat de mens fysiek en economisch van het andere leven op aarde afhankelijk is, zou al voldoende moeten zijn om verantwoordelijkheid te nemen voor klimaat en milieu. Naast alle terechte bezwaren tegen de progressieve agenda van de Democraten lijkt de notie van rentmeesterschap volledig voorbij te gaan aan het Republikeinse kamp.
De positie van de VS op de Klimaatconferentie laat zich momenteel het beste omschrijven als een ”lame duck”. De Amerikaanse onderhandelingsdelegatie is ”vleugellam” omdat de hele wereld op de hoogte is van Trumps voornemen om zich opnieuw terug te trekken uit het Parijsakkoord (2015). Tot zover geen nieuws. De laatste geruchten zijn echter dat Trumpgetrouwen nog verder willen gaan, door ook uit het VN-Klimaatverdrag (de raamwerkovereenkomst uit 1992) zélf te stappen. Juristen verschillen van mening over de vraag of de president hiervoor steun van de Senaat nodig heeft en hoe moeilijk het is om na Trumps termijn opnieuw toe te treden.
Een vertrek uit het akkoord van Parijs houdt in dat de VS zich niet langer binden aan de 1,5-gradendoelstelling, de ruggengraat van het internationale klimaatbeleid. Als ze ook uit het bredere raamwerk stappen, doen ze überhaupt niet langer mee aan de onderhandelingen over de richting van gezamenlijk klimaatbeleid. China wordt op dat moment de grootste financier van het raamverdrag en krijgt zodoende via coalitievorming, diplomatie en agendabepaling meer invloed op de uitkomsten van onderhandelingen.
Het zelfs maar overwegen van zo’n stap heeft verstrekkende gevolgen voor de Nederlandse klimaatdiplomatie. Een aanzienlijk deel van de inspanningen is er nu op gericht om rijke niet-westerse landen –denk aan China, Singapore en de Golfstaten– ook tot de groep van officiële verstrekkers van klimaatfinanciering aan ontwikkelingslanden te laten behoren. Het zwaartepunt zou weleens kunnen verschuiven naar het binnenboord houden van de VS, zodat de schade van Trump-II enigszins binnen de perken blijft.
De auteur is politicoloog.