De Unie van Waterschappen is blij met de nieuwe richtlijn voor stedelijk afvalwater van de Europese Unie. Volgens bestuurslid Sander Mager is Nederland grotendeels al goed op weg, maar moet er ook nog veel gebeuren. Onder meer het zuiveren van medicijnresten gaat veel extra geld en stroom kosten.
De Europese richtlijn is dinsdag officieel vastgesteld nadat in januari een politiek akkoord was bereikt. De belangrijkste maatregelen zijn dat vanaf 2035 al het biologisch afbreekbare materiaal uit afvalwater moet worden gefilterd. Vier jaar later moeten ook stikstof en fosfor uit het water worden gehaald. Vanaf 2045 is het verplicht om microverontreiniging tegen te gaan, het gaat dan onder meer om het filteren van microplastics en cosmetica. Producenten moeten voor die laatste reiniging 80 procent van de kosten op zich nemen.
De Unie van Waterschappen voorziet problemen met de stroomvoorziening die nodig is voor de extra zuiveringen. Het Nederlandse stroomnet is in alle provincies vol. Hierdoor zijn geen nieuwe stroomaansluitingen mogelijk. Bovendien moet het zuiveren van afvalwater volledig energieneutraal gebeuren, waarbij 35 procent van de stroom mag worden ingekocht en de rest zelf opgewekt moet worden. De unie schrijft dat veel waterschappen hiermee „al een heel eind op weg” zijn.
„De Nederlandse waterschappen staan klaar om hun bijdrage te leveren aan een betere waterkwaliteit en het voorkomen van klimaatverandering”, zegt Mager. Hij benadrukt het belang van goed overleg tussen verschillende overheidslagen om de verbeterde waterzuivering te realiseren.