Het grootste cellofestival van de wereld vindt van 31 oktober tot 10 november plaats in het Muziekgebouw en het Bimhuis in Amsterdam. Op het programma staan ruim honderd concerten, familievoorstellingen, masterclasses en het Nationaal Cello Concours. Tijdens deze tiende editie klinken twaalf wereldpremières en hoogtepunten van de voorgaande negen edities.

De eerste editie van de biënnale in 2006 trok bijna 20.000 bezoekers. Volgens de oprichter en artistiek directeur van het festival, Maarten Mostert, is de Cello Biënnale Amsterdam wars van dikdoenerigheid. „De gemoedelijke sfeer is altijd een belangrijke pijler geweest. Maar de grootste succesfactoren zijn natuurlijk het instrument zelf en de cellisten. In het algemeen zijn cellisten sociale mensen, makkelijk in de omgang. Met elkaar en met het publiek. Ze kijken er naar uit om andere cellisten te ontmoeten en ruim een week lang intensief met hen op te trekken.”

Mostert is blij dat het Koninklijk Concertgebouworkest voor de eerste keer van de partij is op het cellofestival. „Sowieso is minstens de helft van wat wij het publiek aanbieden nieuw en/of onbekend repertoire, waarbij we streven naar een mooie mix van oud en nieuw. Ook programmeren we nooit een concert met maar één cellist die twee sonates en een leuke toegift speelt. Nee, per concert minstens twee en soms wel vier solisten.”

Een gegarandeerd succesnummer zijn volgens Mostert de zes Bach & Breakfastconcerten. Zes ochtenden om half negen verzamelt het publiek zich in het Muziekgebouw voor een ontbijtje. Aansluitend krijgen de concertgangers één van de cellosuites van Bach voorgeschoteld. Dit jaar nemen onder meer Jean-Guihen Queyras, Ella van Poucke en Pieter Wispelwey een suite voor hun rekening. Mostert: „Voor ons team betekent het extra vroeg opstaan. We verzorgen zelf het ontbijt. Samen met zeven medewerkers sta ik dan elk van deze ochtenden meer dan duizend sinaasappels te persen.”

Meer informatie: cellobiennale.nl